2MH Frans unité 2

Herhaling 2MH unité 2

Libre Service Junior
Januari 2020
woorden - zinnen - grammatica
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling 2MH unité 2

Libre Service Junior
Januari 2020
woorden - zinnen - grammatica

Slide 1 - Tekstslide

VOCABULAIRE

Slide 2 - Tekstslide

Vertaal naar het Nederlands:
je clique sur le lien
A
hij typt op de lijn
B
ik moet de telefoon opladen
C
ik klik op de link
D
ik begrijp de e-mail

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord past het best bij dit plaatje?
A
fâché
B
désolé
C
trop
D
chargé

Slide 4 - Quizvraag

beste
zeker
leven
bezet
meilleur
sûr
vivre
occupé

Slide 5 - Sleepvraag

l'ordinateur

Slide 6 - Woordweb

Vertaal naar het Frans:
de tablet is niet opgeladen (leeg)
A
la tablette est vieille
B
l'écran est déchargé
C
le portable n'est pas chargé
D
la tablette est déchargée

Slide 7 - Quizvraag

Vertaal naar het Frans:
mijn oortjes

Slide 8 - Open vraag

PHRASES

Slide 9 - Tekstslide

où est le chargeur?
c'est arrivé le trois août
le wifi est gratuit?
le réseau wifi a marché?
het is gebeurd op drie augustus
is de wifi gratis?
waar is de oplader?
werkte het wifi-netwerk?

Slide 10 - Sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

willen & kunnen

deze werkwoorden gebruik je elke dag....

donc, les français aussi!

Slide 12 - Tekstslide

ze lijken op elkaar... noem een paar overeenkomsten

Slide 13 - Open vraag

vertaal naar het Frans:
ik wil eten

Slide 14 - Woordweb

Vertaal naar het Nederlands:
nous voulons télécharger
A
jullie kunnen downloaden
B
jullie willen downloaden
C
wij willen downloaden
D
wij kunnen downloaden

Slide 15 - Quizvraag

Vertaal naar het Frans:
je kunt vergeten
A
tu veux oublier
B
tu peux oublier
C
je veux oublier
D
je peux oublier

Slide 16 - Quizvraag

cinquante-deux

Slide 17 - Open vraag

quatre-vingt-dix-huit

Slide 18 - Open vraag

soixante et onze

Slide 19 - Open vraag

Vertaal naar het Frans:
ik heb in Parijs gewoond
A
j'ai habité à Paris
B
tu as habité à Paris
C
j'ai habiteré à Paris
D
je suis habité à Paris

Slide 20 - Quizvraag

Welk Frans woord moet op de open plek komen te staan?
nous ... envoyé une carte postale

Slide 21 - Open vraag

Hoe maak je een voltooid deelwoord van een werkwoord met -er op het eind?
A
hak -er eraf
B
zet -é erachter
C
hak -er eraf + zet -é erachter
D
hak -er eraf en zet -ons erachter

Slide 22 - Quizvraag