BV_1ste klas_2D naar 3D

2D naar 3D V1
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

2D naar 3D V1

Slide 1 - Tekstslide

Lijnen
Waar vind je lijnen?
OF
Waar zie je lijnen?

Slide 2 - Tekstslide

Lijnen in de publieke ruimte

Slide 3 - Tekstslide

Bron: unsplash.com
Foto: Deva Darshan
Bron: unsplash.com
Foto: Ernest Ojeh

Slide 4 - Tekstslide

Lijnen in het landschap

Slide 5 - Tekstslide

Bron: unsplash.com
Foto: redcharlie
Bron: unsplash.com
Foto: Luca Cavallin

Slide 6 - Tekstslide

Lijnen in de mode

Slide 7 - Tekstslide

Bron: rollingstone.com
Foto: Masayoshi Sukita
Design: Kansai Yamamoto
Bron: unsplash.com
Foto: Djurdjica Boskovic

Slide 8 - Tekstslide

Lijnen in auto design

Slide 9 - Tekstslide

Bron: unsplash.com
Foto: Nathan Mendes
Bron: unsplash.com
Foto: Casper Munk

Slide 10 - Tekstslide

WAT KAN JE ALLEMAAL MET LIJNEN?

'BEELDASPECT LIJN'

Slide 11 - Tekstslide

Een lijn = een lijn..........toch?
Dat zou je wel zeggen, maar er is meer! Je kunt van alles zeggen over een lijn. 
Hier wat begrippen die bij LIJN horen.
  • lijnsoort
  • lijndikte
  • lijnvoering
  • arcering
  • contourlijn
  • lijnwerking
  • lineair

Slide 12 - Tekstslide

LIJNSOORT
Een lijn kan op verschillende manieren getekend zijn:

recht - gebogen
onderbroken - doorlopend
kronkelend - vloeiend
slingerend - golvend
enz. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

BEELDASPECT LIJN

Slide 15 - Tekstslide

Welke soorten lijnen ken jij?

Slide 16 - Open vraag

2D - 3D

Slide 17 - Tekstslide

2D, 3D
Wat weet je al?

Slide 18 - Woordweb

Praat er samen over. 

Welke vormen zie je hier?
p

Slide 19 - Tekstslide

2D
2D staat voor tweedimensionaal. 

Vormen die 2D zijn, hebben een lengte en een breedte. 
Een voorbeeld van een 2D vorm is een A4 papier: 
je ziet de lengte en breedte. 

2D is vlak: er zit geen diepte in. 

Welke vorm heeft het A4 papier, als je kijkt naar de basisvormen?

Slide 20 - Tekstslide

Praat er samen over. 

Welke vormen zie je hier?

Slide 21 - Tekstslide

Vergelijk met elkaar. 
Wat is er anders bij de tekeningen?
Wat hebben de verschillen voor functie?

Slide 22 - Tekstslide

3D
Het is je waarschijnlijk wel opgevallen: 
de stippellijntjes maken een vorm 3D (driedimensionaal).

3D wil zeggen dat de vorm niet alleen een lengte en breedte heeft 
(zoals bij 2D), maar ook een diepte. 

Denk bijvoorbeeld aan een zwembad.

Let op: de namen van de basisvormen veranderen bij 3D. We spreken dus bijvoorbeeld niet meer over een cirkel, maar over een bol. 

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag!
Groepswerk

Per tafel krijg je de volgende opdracht;
Vind 1 voorwerp dat 2D is en 1 voorwerp dat 3D is.


timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Hiernaast zie je een kunstwerk.
Is het een 2D of 3D kunstwerk?

A
2D
B
3D
C
Geen van een
D
Allebei

Slide 25 - Quizvraag

Een tekening is altijd
A
2D
B
3D

Slide 26 - Quizvraag

Een standbeeld is altijd
A
2D
B
3D

Slide 27 - Quizvraag