PO Mens en Gezondheid

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Veiligheid en hygiëne in de keuken

-Afspraken

-Veiligheid

-Examen (wat je leert, kan in je examen terug komen)

Regels in de keuken 

Woordweb
Regels in de keuken
- voorbereiding -

Kleding en hygiëne

- Nagels moeten schoon en kort zijn 

- Stevige en platte schoenen dragen

- Goede persoonlijke hygiëne 

Het contact met voedingswaren/eten is verboden bij: 

- Ernstige huidaandoeningen, open wonden

- Zware aandoeningen van de ademhalingswegen (verkoudheid)

- Ernstige aandoeningen van het spijsverteringsstelsel (diarree)

Kleding en hygiëne 

Kleding en hygiëne

1. Trek een schort aan 
   
2. Lang haar vast
   
3. Sieraden af en handen wassen 
4. Handen afdrogen met een handdoek

Volgorde koken

1. Lees het recept eerst goed door.
2. Materialen verzamelen volgens het recept.
3. Zet een prullenbakje klaar op jouw werkplek.
4. Ingrediënten verzamelen en gebruik hierbij een weegschaal als het nodig is. 
5. Start koken; lees het recept goed door en voer het stap voor stap uit.
6. Schoonmaken; wasbakken droog achterlaten en zorg ervoor dat er geen etensresten op de werkbanken liggen.

Volgorde koken 

1. Lees het recept eerst goed door.
2. Zet een afvalbakje klaar op jouw werkplek.
3. Ingrediënten verzamelen IN ÉÉN KEER en gebruik hierbij een weegschaal als het nodig is (weet jij hoe de weegschaal werkt?).
4. Start koken; lees het recept goed door en voer het stap voor stap uit.
5. Schoonmaken; Afwassen volgens de juiste volgorde, afdrogen, keukens poetsen, wasbakken droog achterlaten.

Voor ik ga koken moet ik:

1. haren vast en handen wassen
2. Schort aan, haren vast en handen wassen
3. Alleen handen wassen als ik iets maak wat niet warm wordt
4. Niets, ik kan meteen beginnen

Handhygiëne

Voor het handen wassen, doe ik mijn sieraden af?

Waarom je handen wassen

• Regelmatig en op de juiste manier handen wassen kan veel infecties voorkomen

• De hele dag door kom je met bacteriën, virussen en andere ziekteverwekkers in aanraking
• Via je handen kunnen deze op het voedsel terechtkomen en zo besmetting veroorzaken  

Momenten van handen wassen (ook algemeen)

Het is aan te raden de handen te wassen:

• Voor het klaarmaken van voedsel en voor het eten
• Na contact met rauw vlees, vis en gevogelte en na contact met rauwe groente
• Na contact met rauwe eieren, bijvoorbeeld bij het breken van eieren
• Na hoesten of niezen, zeker bij het koken
• Na gebruik van toilet
• Na contact met de afvalbak
• Na contact met (huis)dieren

Voor kinderen is het belangrijk dat ze ook hun handen wassen na het (buiten) spelen

Opdracht handen wassen:

Gebruik onderstaand stappenplan

De beste manier om je handen te wassen is:

• Was je handen onder stromend water
• Gebruik hierbij vloeibaar zeep
• Wrijf de zeep over de hele hand, ook tussen de vingers en onder de nagels
• Spoel je handen goed af
• Droog je handen aan een droge, schone handdoek of aan een papieren wegwerphanddoek

Waarom is handhygiëne bij kinderen en ouderen nog belangrijker?
of voor jou als jij eten maakt voor deze doelgroep?
Welk antwoord is NIET correct?

1. Het afweersysteem van ouderen werkt soms minder goed zij kunnen eerder ziek worden
2. Het afweersysteem van kinderen is nog in de groei. Hierdoor worden zij sneller ziek
3. Ziekteverwekkers worden via handen verspreid
4. Het maakt niet zo veel uit. Virussen gaan niet weg bij handen wassen.

Voordat we gaan koken eerst jouw kennis checken!

Gebruik materialen 

en de werkplek

Vaatdoekje: 

Schoonmaken keukenblad en gasfornuis  

Theedoek: 

Afwas mee afdrogen 

Handdoek: 

Afdrogen handen 

De werkplek en de vloer:

Schoonhouden tijdens het koken.

Vaatdoekje werkplek

Theedoek

afwas

Handdoek

Handdoek

handen afdrogen

Gebruik van deze materialen

theedoek:

afdrogen afwas

(dun geweven doek)

(klein) vaatdoek:

werkplek - fornuis

schoon

handdoek:

afdrogen handen

(dik geweven doek)

Gebruik een kunsstof spatel

of houten lepel

in de koekenpan/muffinvorm

NIET met een vork of mes of metalen lepel in 

de pan of muffinvorm.

Tijdens het koken

Aanrecht - werkplek:

Schoonhouden met het vaatdoekje of papier

Afval: Direct in het afvalbakje

Lepels / vorken / spatels:

Niet op het aanrecht maar bijv. op een bord

Klaargemaakte ingrediënten:

Op een bord/schaaltje (niet op het aanrecht).

               DE WERKPLEK BLIJFT SCHOON

Rauw vlees altijd met gescheiden materiaal bereiden: 

Aparte snijplank en aparte messen etc.

Pasop voor kruisbesmetting

Vlam in de pan

Draai het gas uit

Doe bijv. een deksel op de pan.

Kijk op het plaatje hoe je dat doet. Je beschermt jezelf door het op deze manier te doen!

Beweeg de deksel van je af!

Wat is waar?

1. vaatdoekje om de handen mee af te drogen
2. vaatdoekje om de afwas mee af te drogen
3. vaatdoekje om de werkplek mee schoon te houden
4. vaatdoekje om een pan mee leeg te vegen

Je hebt gegeten.
Er liggen nog wat kleine etensresten op je bord. Wat doe je daarmee?

1. Die gaan met je bord, in het afwaswater
2. Die spoel je eraf met water, ze komen in de gootsteen
3. Die veeg je eraf, op het aanrecht
4. Die haal je eraf, je doet ze in het afvalbakje/de afvalbak

Als ..... 1 dan .... 2

1. (1) je deze gebruikt(2) krijg je zeker een verstopte afvoer
2. (1) je deze gebruikt (2)komen er geen etensresten in de afvoer

Wat doe je met een afdruiprek?

1. als je de afwas hebt afgedroogd, zet je hier alles op
2. als je hebt afgewassen, zet je de natte afwas (omgekeerd) hierop, dan kan dat uitlekken
3. de vuile afwas zet je hierop, dan pak je het eraf om te gaan afwassen
4. deze wordt gebruikt om alles netjes op te ruimen.

Afvalbakje
aanwezig op de werkplek
want......

afvalbakje

1. daar kunnen de smerige messen en vorken in
2. resten van ingrediënten doe je hier in. Je houdt de werkplek schoon

Wat is waar?

1. Je wast je handen met alleen water en je droogt ze af met een handdoek
2. Je wast je handen met alleen water en je droogt ze af met een theedoek
3. Je wast je handen met water en zeep, je droogt ze af met een vaatdoekje
4. Je wast je handen met water en zeep, je droogt ze af met een handdoek

Je hebt het afwaswater weggespoeld en de afwasbak opgeruimd.
Wat moet je nog even doen?

1. Het afdekroostertje (voor de afvoer) schoonmaken en terugplaatsen
2. Inderdaad, het is antwoord A Je mag niet vergeten dat te doen Klik op A!

Je hebt gegeten. Van al het materiaal zijn de etensresten verwijderd.
Wat doe je voordat je gaat afwassen met materiaal dat nog behoorlijk smerig is?

1. niets, dat materiaal was je als laatste af
2. met afwasmiddel 'insmeren'
3. afspoelen met lauw water, je gebruikt eventueel de afwaskwast
4. met afwasmiddel afwassen en daarna, als je gaat afwassen, dat materiaal nog een keer afwassen

Vlam in de pan

1. Ik doe het gas uit. Ik doe iets over het vuur. Ik beweeg van mij af zodat het vuur niet naar mij toekomt.
2. Inderdaad, het is antwoord A Doe het op de juiste manier! Klik op A

Bereidingstechnieken

materialenkennis

ingrediëntenkennis

Afwassen