Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2V Quiz spelling H1-H4
QUIZ
Spelling H1, H2, H3 en H4
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
QUIZ
Spelling H1, H2, H3 en H4
Slide 1 - Tekstslide
Na een zelfstandige, mededelende zin komt een ....
Wanneer je twee zinnen samenvoegt tot een nieuwe zin, gebruik je een ...
Als twee zelfstandige zinnen sterk met elkaar samenhangen, kun je een ... gebruiken.
Als twee zelfstandige zinnen samenhangen, vormt de tweede zin soms een toelichting bij de eerste zin. Je gebruikt dan een ...
Punt
Komma
Punt komma
Dubbele punt
Slide 2 - Sleepvraag
welke spelling is correct
A
groentensoep
B
groentesoep
C
groentessoep
Slide 3 - Quizvraag
Welke spelling is correct?
A
buschauffeur
B
busschauffeur
Slide 4 - Quizvraag
Welke spelling is correct
A
paardebloem
B
paardenbloem
Slide 5 - Quizvraag
Welke spelling is correct?
A
beregoed
B
berengoed
Slide 6 - Quizvraag
Welke spelling is correct?
A
koninginnesoep
B
koninginnensoep
Slide 7 - Quizvraag
Welke spelling is correct?
De straat waar het station ligt heet de ...
A
stationstraat
B
stationsstraat
Slide 8 - Quizvraag
Welke leestekens gebruik je bij een citaat?
A
Uitroeptekens en dubbele punt
B
Dubbele punt en aanhalingstekens
Slide 9 - Quizvraag
(Leestekens en spaties)
De minister ........
A
zei: ' ik wacht af. '
B
zei: 'Ik wacht af.'
C
zei:" Ik wacht af."
Slide 10 - Quizvraag
De man fluisterde: "Ik kan niet meer".
A
leestekens/hoofdletters zijn goed geschreven
B
leestekens/hoofdletters zijn fout geschreven
Slide 11 - Quizvraag
"Als je thuiskomt," zei mama, "moet je eerst je handen wassen."
A
De hoofdletters/ leestekens kloppen
B
De hoofdletters/ leestekens kloppen niet
Slide 12 - Quizvraag
Een ingesproken bericht op je telefoon heet een...
A
voicemail
B
voice mail
C
voice-mail
Slide 13 - Quizvraag
Mijn buurman werkt als...
A
account manager
B
account-manager
C
accountmanager
Slide 14 - Quizvraag
Wij gaan dit jaar voor een ... vakantie.
A
low-budget
B
low budget
C
lowbudget
Slide 15 - Quizvraag
Ik zou toch nog even een .... vragen.
A
second opinion
B
second-opinion
C
secondopinion
Slide 16 - Quizvraag
Pfff, ik neem even een .....
A
time out
B
time-out
C
timeout
Slide 17 - Quizvraag
wat is een koppelteken?
A
is een leesteken dat wordt gebruikt als scheidingsteken tussen delen van een zin
B
is een leesteken dat onderdelen van samenstellingen met elkaar verbindt.
C
is een leesteken dat wordt gebruikt om nadruk te geven aan een woord of zin
D
Geen één antwoord is juist
Slide 18 - Quizvraag
Is hieronder een weglatingsteken nodig?
In wielerwedstrijden en hardloopwedstrijden wordt de winnaar bepaald met behulp van een fotofinish.
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quizvraag
wel of geen koppelteken?
A
cameraopstelling
B
camera-opstelling
Slide 20 - Quizvraag
Bij welk van onderstaande woorden wordt het weglatingsteken NIET goed gebruikt ?
A
binnen- en buitenbanden
B
carnavalsfeest en -optocht
C
boekenkast en -plank
D
dure- en goedkope kleding
Slide 21 - Quizvraag
Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden
Slide 22 - Quizvraag
Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
minijurk
B
mini-jurk
C
mi-nijurk
Slide 23 - Quizvraag
Als er staat 'in- en uitvoer' dan is het streepje een
A
koppelteken
B
weglatingsteken
Slide 24 - Quizvraag
Wat is goed?
A
Rode en - witte rozen
B
Rode - en witte rozen
C
Rode en witte rozen
D
Rode rozen en witte rozen
Slide 25 - Quizvraag
Wat is juist?
A
Singersongwriter
B
Singersong-writer
C
Singer- songwriter
D
Singer-songwriter
Slide 26 - Quizvraag
Geef aan welke woorden een trema nodig hebben, welke een koppelteken en welke correct gespeld zijn.
Correct gespeld
Trema nodig
Koppelteken nodig
financieel
antiallergisch
skiongeluk
dietiste
melodieen
preislamitisch
geupload
Slide 27 - Sleepvraag
Hoofdletters
Geen hoofdletters
anneke
docent
de jongen
maandag
rotterdam
januari
ijssel
klaslokaal
bolle harrie
apeldoorn
Slide 28 - Sleepvraag
Wat is de juiste spelling?
A
engelse drop
B
Engelse drop
Slide 29 - Quizvraag
Wat is de juiste spelling?
A
jarik de boer
B
Jarik De Boer
C
Jarik de Boer
D
jarik De Boer
Slide 30 - Quizvraag
"Sara zei:" Ik heb een super
vakantie gehad.
A
Goed
B
Fout
Slide 31 - Quizvraag
Schrijf deze zin met alle leestekens en hoofdletters:
hij zei in mei leggen alle vogels een ei
Slide 32 - Open vraag
Belgisch of belgisch?
A
Belgisch
B
belgisch
Slide 33 - Quizvraag
de film 'Matilda' of de film 'matilda'?
A
de film 'Matilda'
B
de film 'matilda'
Slide 34 - Quizvraag
het Noorden of het noorden?
A
het Noorden
B
het noorden
Slide 35 - Quizvraag
'Een supporter die zich misdraagt, zei de voorzitter, is niet meer welkom.'
A
juist
B
onjuist
Slide 36 - Quizvraag
Zwolle-Zuid of zwolle-zuid
A
Zwolle-Zuid
B
zwolle-zuid
Slide 37 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Spelling 4, 5 en 6
Februari 2022
- Les met
23 slides
Other languages
Secondary Education
Spelling van alles wat
Mei 2022
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Spelling van alles wat
Mei 2024
- Les met
46 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
3V Spelling blok 3: koppelteken
April 2021
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Spelling van alles wat
13 uur geleden
- Les met
46 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
2V Quiz H5 Spelling
Maart 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Leer het correct gebruik van leestekens
April 2023
- Les met
29 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
H3D - les 19 - H1 tm H5 Spelling opfrissen
Februari 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1