1. Je kunt een elektrochemische cel schematisch weergeven in een tekening.
2. Je kunt de begrippen halfcel, zoutbrug, membraan, elektrolyt en stroomkring gebruiken en uitleggen.
3. Je kunt de reactievergelijkingen die aan de elektroden plaatsvinden opstellen en aangeven wat de positieve en negatieve elektrode is.
4. Je kunt aangeven wat een onaantastbare elektrode is.
5. Je kunt aangeven in welke richting ionen verplaatsen door de zoutbrug