Herhaling H2
De kerkelijke rechtbank die ketters moest opsporen en vervolgen:
A
privilege
B
Bloedraad
C
Raad der Beroerten
D
inquisitie
1 / 33
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
De kerkelijke rechtbank die ketters moest opsporen en vervolgen:
A
privilege
B
Bloedraad
C
Raad der Beroerten
D
inquisitie
Slide 1 - Quizvraag
Welke hervormer zou het waarschijnlijk eens zijn geweest met de Nederlandse Opstand?
A
Luther
B
Calvijn
Slide 2 - Quizvraag
Waardoor verspreidde de Reformatie snel over Europa?
A
bodes
B
nieuwe wegen
C
ontdekkingsreizigers
D
boekdrukkunst
Slide 3 - Quizvraag
Hoe noemen we iemand die zich baseert op de denkbeelden van de Reformatie?
A
protestant
B
katholiek
C
humanist
D
geus
Slide 4 - Quizvraag
Welk katholieke gebruik wordt hier afgebeeld?
Slide 5 - Open vraag
Waar was Luther zo op tegen bij de katholieke kerk? (meerdere mogelijk)
A
De 95 stellingen
B
De inquisitie
C
Getrouwde geestelijken
D
Streven naar macht en geld
Slide 6 - Quizvraag
God heeft volgens Calvijn van tevoren mensen uitgekozen die in de hemel zullen komen:
A
privilege
B
aflaat
C
predestinatie
D
particularisme
Slide 7 - Quizvraag
Over welke gebieden regeerde Karel V?
A
Frankrijk
B
De Nederlanden
C
Het Heilige Roomse Rijk
D
Spanje
Slide 8 - Quizvraag
Waarmee begon de Nederlandse Opstand?
A
Het indienen van het Smeekschrift
B
De kroning van Filips II
C
De Beeldenstorm
D
De Slag bij Heiligerlee
Slide 9 - Quizvraag
Wat is een andere naam voor de Nederlandse Opstand?
A
De Nederlandse oorlog.
B
De 80-jarige oorlog.
C
De grote oorlog.
D
De Spaans-Nederlandse oorlog.
Slide 10 - Quizvraag
De leider van de Nederlandse Opstand was...
A
Hertog van Alva
B
Maurits van Oranje
C
Filips II
D
Willem van Oranje
Slide 11 - Quizvraag
Wat is geen oorzaak van de Nederlandse opstand?
A
Nederlandse burgers willen stemrecht.
B
Centralisatie
C
De adel heeft minder macht.
D
Kettervervolgingen.
Slide 12 - Quizvraag
Twee politieke oorzaken voor het ontstaan van de Nederlandse opstand zijn:
A
Het streng doorvoeren van centralisatiepolitiek.
B
Het niet hebben van particularisme.
C
De Nederlanden wilden van landsheer Filips II af.
D
De Staten-Generaal kreeg de macht van Spanje.
Slide 13 - Quizvraag
Willem van Oranje was voor/tegen centralisatie
A
voor
B
tegen
Slide 14 - Quizvraag
Hoe noem je de plaatsvervanger van Filips II in de Lage Landen?
A
Landvoogd(es)
B
Verbond der Edelen
C
Stadhouder
D
Staten-Generaal
Slide 15 - Quizvraag
Is dit het interieur van een katholieke of protestanse kerk?
Slide 16 - Open vraag
Wat is de juiste volgorde?
A
Smeekschrift der edelen - Hagenpreken - Beeldenstorm
B
Beeldenstorm - Hagenpreken - Smeekschrift der edelen
C
Smeekschrift der edelen - Beeldenstorm - Hagenpreken
D
Beeldenstorm - Smeekschrift der edelen - Hagenpreken
Slide 17 - Quizvraag
Wanneer vond de Beeldenstorm plaats?
A
1566
B
1585
C
1633
D
1643
Slide 18 - Quizvraag
Wie werd na de Beeldenstorm landvoogd over de Nederlanden?
A
Alva
B
Filips II
C
Margaretha van Parma
D
Willem van Oranje
Slide 19 - Quizvraag
Wat was het belangrijkste gevolg van de Nederlandse opstand?
A
Nederland werd een onafhankelijk land met een eigen bestuur.
B
Willem van Oranje werd de vader des vaderlands.
C
Nederland kreeg na afloop zijn eerste grondwet.
D
Nederland leerde dat ze moesten luisteren naar hun koning.
Slide 20 - Quizvraag
Gebeurtenissen tijdens de Nederlandse Opstand.
1.Beeldenstorm
2.Plakkaat van Verlating
3.Verovering van den Briel
4.Moord op Willem van Oranje
Wat is de goede volgorde?
1.Beeldenstorm
2.Plakkaat van Verlating
3.Verovering van den Briel
4.Moord op Willem van Oranje
Wat is de goede volgorde?
A
1-2-3-4
B
1-3-2-4
C
4-1-2-3
D
4-3-1-2
Slide 21 - Quizvraag
In welk jaar werd de vrede van Munster afgesloten?
A
1642
B
1648
C
1653
D
1667
Slide 22 - Quizvraag
Willem van Oranje laat met dit document weten waarom het juist was om in Opstand te komen
A
Unie van Utrecht
B
Smeekschrift der Edelen
C
Vrede van Munster
D
Apologie
Slide 23 - Quizvraag
De machtsstrijd tussen raadpensionaris en stadhouder werd uiteindelijk gewonnen door:
A
stadhouder
B
raadpensionaris
C
geen van beiden, want beide functies bleven
D
was na de vrede van Munster voor beiden over.
Slide 24 - Quizvraag
Waarom werd Antwerpen helemaal geplunderd tijdens de Spaanse furie?
Slide 25 - Open vraag
Direct gevolg van de Spaanse furie:
A
Unie van Utrecht
B
Unie van Atrecht
C
Pacificatie van Gent
D
plakkaat van Verlatinge
Slide 26 - Quizvraag
In welk jaar vond de Pacificatie van Gent plaats?
A
1566
B
1568
C
1576
D
1588
Slide 27 - Quizvraag
De Unie van Utrecht:
A
was een reactie op de Pacificatie van Gent.
B
werd in 1576 gesloten.
C
werd in 1579 gesloten.
D
was een overwinning voor Willem van Oranje.
Slide 28 - Quizvraag
Met welk document maakten de Nederlanden zich los van de Spaanse Landsheer
A
Pacificatie van Gent
B
Unie van Atrecht
C
Acte van Verlatinghe
D
Apologie van Willem van Oranje
Slide 29 - Quizvraag
Wanneer was er sprake van een hoge mate van eenheid tussen de noordelijke en zuidelijke Nederlanden?
A
In de Unie van Utrecht
B
In de Unie van Atrecht
C
In de Pacificatie van Gent
D
In het plakkaat van Verlatinghe
Slide 30 - Quizvraag
Wie volgde Willem van Oranje op als stadhouder en prins van Oranje?
A
Willem II
B
Maurits
C
Lodewijk
Slide 31 - Quizvraag
Bij wie sloot de Unie van Atrecht zich aan?
A
Willem van Oranje
B
Filips II
Slide 32 - Quizvraag
Willem van Oranje werd neergeschoten in deze stad
A
Den Haag
B
Amsterdam
C
Delft
D
Utrecht
