Grammatik: de voorzetsels van de vierde naamval

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Herzlich willkommen!

Was machen wir heute?

- Lernziel

- Wiederholen

- Grammatik erklären: die Präpositionen im vierten Fall

- Üben 

- Aufgaben kontrollieren 

- Ist das Lernziel erreicht?

- Hausaufgaben checken

Lernziel 

- Aan het einde van de les kan ik de persoonlijke voornaamwoorden in de vierde naamval benoemen.

- Aan het einde van de les kan de ik de voorzetsels van de vierde naamval benoemen.

Wiederholen 

Welke woorden vormen de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits?

Wat doet een naamval met de vorm van het persoonlijk voornaamwoord? 

Grammatik erklären: die Präpositionen im vierten Fall

Wat zijn voorzetsels? 

Grammatik erklären: die Präpositionen im vierten Fall

Na de woorden: durch, für, ohne, um, bis en gegen volgt het persoonlijk voornamwoord in de vierde naamval. 

Üben 

Was: Aufgabe 22, 23, 24, 26

Wie: 5 minuten in stilte, daarna zachtjes overleggen

Hilfe: boek - buurman - bureau

Zeit: 15 Minuten

Resultat: alle opdrachten zijn klaar!

Fertig: Maken opdracht 35 - zelfstandig: beschrijf de kamer in je schrift!

Aufgaben kontrollieren 

Aufgabe 22, 23, 24, 26

Alle opdrachten die je niet af hebt kunnen maken, zijn huiswerk voor de volgende les! 

Ist das Lernziel erreicht?

- Aan het einde van de les kan ik de persoonlijke voornaamwoorden in de vierde naamval benoemen. 

- Aan het einde van de les kan de ik de voorzetsels van de vierde naamval benoemen.

Hausaufgaben checken

Was steht für nächste Woche auf dem Programm? 

Bis zum nächsten Mal!