H2 - Par4 geluidsoverlast bestrijden

1 / 20
volgende
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

14

Slide 2 - Video

01:18
Door welke zintuigcellen wordt geluid opgevangen?
A
Gehoorzintuigcellen
B
Evenwichtzintuigcellen
C
Smaakzintuigcellen

Slide 3 - Quizvraag

01:24

Slide 4 - Tekstslide

01:24
De oscilloscoop is zo afgesteld, dat je steeds het aantal trillingen in 0,01 s te zien krijgt.
Bepaal de frequentie van trilling B (de middelste).
Bedenk: Het aantal trillingen per seconde wordt de frequentie van de trilling genoemd

Slide 5 - Tekstslide

01:24

Slide 6 - Tekstslide

01:24
Kan iedereen even goed horen?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

01:24

Slide 8 - Tekstslide

01:24
De stem van een meisje is meestal ..................... dan de stem van een jongen.

Een basgitaar maakt een ............... geluid dan een viool.

Als je dichter bij de snelweg komt, wordt het geluid steeds ...........................................
harder
zachter
Hoger
Lager

Slide 9 - Sleepvraag

01:35
Voorbeeldopdracht 1
Walvissen communiceren met elkaar onder water. 2 walvissen (Jantje en Pien) zijn elkaar uit het oog verloren. Ze proberen elkaar te bereiken door geluid te maken over een afstand van 200.000 meter. Hoe lang duurt het voor de 2 walvissen elkaar horen?

Slide 10 - Tekstslide

01:35

Slide 11 - Tekstslide

01:35
Tussenstof
Hoe snel het geluid zich verplaatst, verschilt van stof tot stof. 
De geluidssnelheid in lucht is ongeveer 340 meter per seconde (≈ 1225 km/h).

Slide 12 - Tekstslide

01:24
Als de trilling van de lucht langzaam gaat klinkt het geluid.....? (geluidsfrequentie)
A
Hoog
B
Laag

Slide 13 - Quizvraag

01:24

Slide 14 - Tekstslide

01:35

Slide 15 - Tekstslide

01:24
Als het geluid hoog is dan is de trilling van de lucht (geluidsfrequentie) .........?
A
Snel
B
Langzaam

Slide 16 - Quizvraag

Geluidsisolatie?

Slide 17 - Woordweb

Par3
In tabel 1 staan meetgegevens van een bepaald soort geluidsisolatie. Je ziet met hoeveel dB(A) de geluidssterkte buiten afneemt. Dit noem je de reductiewaarde. Voor een toon van 500 Hz is de reductiewaarde 34 dB(A). Als je voor het isoleren buiten 90 dB(A) zou meten, is daar na het isoleren nog maar 56 dB(A) van over.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Hoe zou het kunnen dat mensen dit verschillend horen?
Wat je brein ervan maakt verschilt per persoon. Dat zou met je leeftijd te maken hebben. Hoe ouder je bent, hoe minder gevoelig je wordt voor hoge tonen.
Omdat Laurel op een lagere frequentie wordt afgespeeld dan Yanny, horen oudere mensen waarschijnlijk makkelijker Laurel dan Yanny. 


Slide 20 - Tekstslide