Hoofdstuk 4 Paragraaf 1 Woonplaats en Werkplaats

Paragraaf 4.1. Woonplaats en Werkplaats
Tijd van Steden en Staten
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 4.1. Woonplaats en Werkplaats
Tijd van Steden en Staten

Slide 1 - Tekstslide

In deze les leer je:

•hoe in Europa weer een landbouwstedelijke samenleving ontstond  

•hoe de economie zich ontwikkelde  
•hoe ambachtslieden en handelaren samenwerkten 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een Domein?

Slide 3 - Open vraag

Welke soorten samenlevingen ken jij?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video

Platteland en Stad
  • De heer wilde zijn domein uitbreiden
  • Hij liet moerasgebied omvormen tot landbouwgrond. 
  • Gevolg: Productie van voedsel groeit. 

Slide 6 - Tekstslide

Nieuwe landbouwtechnieken
  • Gebruikten nieuwe ploegen.
  • Mengden mest beter
  • Gevolg: Productie van Voedsel groeit meer. 

Slide 7 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg: 
Oorzaak: Er wordt genoeg voedsel geproduceerd. 
Gevolg: De bevolking leeft langer en gezonder
Gevolg: De bevolking groeit. 

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg: 
Oorzaak: Er wordt genoeg voedsel geproduceerd. 
Gevolg: De boeren konden wat zij overhadden verkopen op een markt. 
Gevolg: De handel groeit. 

Slide 9 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg: 
Oorzaak: Er wordt genoeg voedsel geproduceerd. 
Gevolg: Boeren hoefde niet meer boer te zijn, maar gingen in de nijverheid werken.  

Slide 10 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg: 
Oorzaak: De handel groeit, doordat boeren hun producten die zij over hebben gaan verkopen. 
Gevolg: Steeds meer handelaren gaan bij een markt wonen. 
Gevolg: Markplaatsen groeien uit tot steden. 

Dit noemen wij verstedelijking: Het ontstaan en groei van een stad. 

Slide 11 - Tekstslide

Meer geld
Boeren verkopen groenten aan ambachtslieden. (Aanbod)

Ambachtslieden willen eten en kopen de groenten (Vraag)

Slide 12 - Tekstslide

Bedenk zelf: Wat is de vraag van de boer?

Slide 13 - Open vraag

Bedenk zelf: Wat de ambachtslieden aan de boeren kunnen aanbieden als aanbod

Slide 14 - Open vraag

Geld

Door de groei van de handel gingen mensen gebruik maken van geld. 

Slide 15 - Tekstslide

Geld
Handelaar kochten producten bij de één markt. 

Verkochten de producten bij een andere markt. 

Geld dat zij daarna overhadden noemen wij Winst. 

Slide 16 - Tekstslide

Geld
Niet iedereen had dezelfde munten. 

Bij sommige handelaren kon je vreemde munten inruilen voor de goede munt. 

Sommige handelaren kon je zelfs je geld bewaren.

Sommige handelaren gingen geld uitlenen

Slide 17 - Tekstslide

Geld
Handelaren waar je geld kon bewaren en waar je geld kon lenen werden de eerste banken. 

Zij verdienden geld door rente. 

Rente is een vergoeding voor het lenen van dit geld. 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Samenwerking
  • Ambachtslieden moesten lid zijn van een gilden.

  • Gilden is een vereniging van mensen met hetzelfde beroep. 

Slide 20 - Tekstslide

Samenwerking
Gilden zorgden voor: 
  • Dezelfde manier goede producten maken (kwaliteit)
  • Zorgden voor een de opleiding van nieuwe ambachtslieden. 

Slide 21 - Tekstslide

Handel
Op de markten werden: 
  • Producten uit de omgeving verkocht
  • Producten uit andere landen verkocht. (internationale handel)

Internationaal (Verschillende volken)

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Handel
Om de internationale handel te bevorderen werd de Hanze opgericht. 

De Hanze: Een verbond tussen steden aaan de Noordzeen en Oostzee. 

Zij vroegen elkaar geen Tol. (Belasting voor het gebruik van wegen, rivieren of bruggen.)



Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag: 
  • Maken paragraaf 4.1.
  • online op magister



Slide 25 - Tekstslide

Noem één voorbeeld van hoe de landbouw productie groeide.

Slide 26 - Open vraag

Noem één voorbeeld van hoe de landbouw productie groeide.

Slide 27 - Open vraag