5.3 lezen (di les 4: wat leren voor de toets)

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Leg alvast klaar:

• je etui en je leerwerkboek;
• je laptop (log in bij LessonUp).

Planning

• Wat leren voor de toets
• Testen wat je al weet
• Werkmoment
  
• Afsluiting

Leerdoelen 4.3

• leesstrategie studerend lezen toepassen
• tekstdoelen herkennen: informeren en amuseren
• schematische samenvatting en instructie herkennen
• leespubliek bepalen/vaststellen
• uitleggend tekstverband herkennen en de signaalwoorden

Leerdoelen 5.3

• tekstdoelen overtuigen en activeren herkennen
• tekstsoorten en tekstvormen herkennen
• een betogende tekst herkennen
• redengevend en concluderend tekstverband herkennen 

Tekstdoel, tekstsoort en tekstvorm (p.91)

tekstd oel	uitleg	tekstsoort	tekstvorm
informeren	de lezer informatie geven	informerende tekst	verslag
overtuigen	de lezer overtuigen (mening)	betogende tekst	boekbespreking
activeren	de lezer iets laten doen	activerende tekst	advertentie
amuseren	de lezer vermaken	amuserende tekst	stripboek

Theorie eerdere hoofdstukken

• Alle zes tekstverbanden en de signaalwoorden (p.151 Bboek) 
• Leesstrategieën (p. 150 Bboek)
• Opbouw van een alinea: kernzin
• Onderwerp en hoofdgedachte van een tekst
• Betekenis moeilijke woorden uit een tekst kunnen halen.

Tekstdoel

Tekstsoort

Tekstvorm

activerende tekst

betogende tekst

amuserende tekst

informatieve tekst

informeren

amuseren

overtuigen

activeren

betoog

nieuwsbericht

uitnodiging

poster

klachtenbrief

gedicht

column

Het onderwerp van een tekst

Een alinea

De hoofdgedachte van een tekst

Een tussenkopje

In 1 of 2 woorden waar de tekst over gaat. 

Een groepje zinnen dat bij elkaar hoort

Wat de schrijver je wil vertellen in 1 zin.

Een titel boven een alinea

Ik ga graag op vakantie naar Italië, maar ik houd niet van pizza's.

1. opsomming
2. tegenstelling
3. tijdsvolgorde

Snorkelen is mijn favoriete hobby, daarnaast houd ik van voetballen.

1. opsomming
2. tegenstelling
3. tijdsvolgorde
4. reden

Nadat ik gefietst had, pakte ik een lekker glas drinken.

1. opsomming
2. tegenstelling
3. tijdsvolgorde
4. reden

Vanwege de harde regen ging de voetbalwedstrijd niet door.

1. opsomming
2. tegenstelling
3. tijdsvolgorde
4. reden

Kortom, alle leerlingen hadden een geslaagde dag.

1. conclusie
2. tegenstelling
3. tijdsvolgorde
4. reden

Julia was het 1e uur niet op school, want zij moest naar de tandarts.

1. conclusie
2. tegenstelling
3. tijdsvolgorde
4. reden

Werkmoment

• Maak  17 t/m 22 van 5.3.
• Dit is donderdag voor de les af.
• Je mag zachtjes overleggen.
• Je mag muziek luisteren.
• Ik loop rond voor vragen.

Weet je iets niet?

Lees eerst de lesstof

of kijk achterin je boek

Voor de les af: 5.3:

 1 tot en met 13

Afsluiting

• Donderdag Test Jezelf van 4.3 en 5.3.
• Zorg dat je  17 t/m 22 van 5.3 voor de les afhebt.