In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Spelling
Slide 1 - Tekstslide
Woensdag 30 okt. Het schrijfdossier (geprint in een mapje). Per groepslid: Nieuwsbericht
- Voorbereidende opdracht nieuwsbericht
- Bouwplan nieuwsbericht
- Eerste versie nieuwsbericht
- Feedbackformulier 2x
- Tweede versie nieuwsbericht
Uiteenzetting
- Bouwplan uiteenzetting
- Eerste versie uiteenzetting
- Feedbackformulier 2x
- Tweede versie uiteenzetting
Slide 2 - Tekstslide
Woensdag 30 okt.
Het fictiedossier (geprint in een mapje)
Slide 3 - Tekstslide
Week 45 (4 t/m 8 nov.)
Paragraaf 1.1 Fictie
Paragraaf 1.2 Lezen
Paragraaf 1.3 Woorden + betekenis van de behandelde woorden.
Paragraaf 1.5 Spelling + dicteewoorden
Paragraaf 1.8 Gedicht
Paragraaf 2.5 Spelling + dicteewoorden
Slide 4 - Tekstslide
Herhaling
De punt
De komma
Aanhalingstekens
Slide 5 - Tekstslide
oa
Slide 6 - Open vraag
havo
Slide 7 - Open vraag
Omdat iedereen sushi lekker vindt kunnen we dat het beste eten.
Slide 8 - Open vraag
Volgens mij wordt het vandaag een regenachtige dag, zei Bart
Slide 9 - Open vraag
Werkwoordspelling
Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Vorig jaar (praten) buurtbewoners op een negatieve manier over de toenmalige hangplekken: er (slingeren) blikjes en de rookwolken (verspreiden) zich tot ver in de tuinen.
Slide 12 - Tekstslide
Een bord bij de plek (vermelden) de belangrijkste regels: zorg dat je de boel goed (schoonhouden), je sigaret (doven) en niet in een conflict met buurtbewonders (belanden).
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Wat? Maak opdracht 1 Hoe? Zelfstandig
Uitkomst? Bespreken
Slide 15 - Tekstslide
Meervouds-n bij verwijzingen
Je gebruikt woord zonder -n als:
- er een zelfstandig naamwoord achter staan
De rechter heeft alle oproerkraaiers veroordeeld.
Slide 16 - Tekstslide
In dezelfde zin de persoon staat waarnaar verwezen wordt: Alle aanhangers van de popgroep The Doors stonden luid te joelen, op enkele na.
Slide 17 - Tekstslide
Het niet verwijst naar personen: Wat onze fietsen betreft, sommige stonden niet op slot
Slide 18 - Tekstslide
Je gebruikt het woord met -n als: - Het zelfstandig gebruikt is en verwijst naar personen. Mijn broer en ik vonden het concert geweldig, terwijl anderen juist teleurgesteld waren.
Slide 19 - Tekstslide
Wat? Maak opdracht 2 Hoe? Zelfstandig Uitkomst? Bespreken
Slide 20 - Tekstslide
Wat? Maak het werkblad af. Hoe? Zelfstandig Klaar? Lever het in bij de docent. Ga verder met het fictiedossier en de grote opdracht.