Les 11 "Lesen: CITO Fragen I"

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programm

1. Lesen:
CITO Fragen
Richtig/Falsch-Fragen
Lückentexte


Slide 2 - Tekstslide




1. Du kannst Richtig/Falsch-Fragen verstehen und beantworten.
2. Du kannst Lückentexte verstehen und vervollständigen.









Slide 3 - Tekstslide

Was sind Richtig/Falsch-Fragen?

Slide 4 - Woordweb

Richtig/Falsch-Fragen
Was sind Richtig/Falsch-Fragen?
Richtig/Falsch-vragen zijn vragen waarbij je van een aantal beweringen over de tekst of een alinea moet aangeven of ze wel of niet juist zijn. Deze beweringen zijn altijd in het Nederlands gesteld.
Richtig/Falsch-Fragen beantworten
Lees de hele tekst of alinea globaal door. Lees de beweringen en ga dan per bewering op zoek naar de passage waar het antwoord staat. Lees deze passage nog eens goed en ga na of de bewering wel of niet klopt. Als er niets over een bewering gezegd wordt, kun je afleiden dat hij onjuist is. Let op: de beweringen hoeven niet in volgorde van de tekst te staan. 
Aufgabe 20
Aufgabe 20 Seite 90 und 91

Sieh dir Examentekst 7 an und beantworte die Frage. Benutze die Hilfestellung.

Slide 5 - Tekstslide

Richtig/Falsch-Fragen
Was sind Richtig/Falsch-Fragen?
Richtig/Falsch-vragen zijn vragen waarbij je van een aantal beweringen over de tekst of een alinea moet aangeven of ze wel of niet juist zijn. Deze beweringen zijn altijd in het Nederlands gesteld.
Richtig/Falsch-Fragen beantworten
Lees de hele tekst of alinea globaal door. Lees de beweringen en ga dan per bewering op zoek naar de passage waar het antwoord staat. Lees deze passage nog eens goed en ga na of de bewering wel of niet klopt. Als er niets over een bewering gezegd wordt, kun je afleiden dat hij onjuist is. Let op: de beweringen hoeven niet in volgorde van de tekst te staan. 
Aufgabe 20
Aufgabe 20 Seite 90 und 91

Sieh dir Examentekst 7 an und beantworte die Frage. Benutze die Hilfestellung.

Slide 6 - Tekstslide

Was sind Richtig/Falsch-Fragen?

Slide 7 - Woordweb

Was sind Lückentexte?

Slide 8 - Woordweb

Lückentexte
Was sind Lückentexte?
In een Lückentext is een woord of woordgroep uit de tekst weggelaten. Het gaat hierbij vaak om zogenaamde signaalwoorden. Je moet het juiste woord uit drie of vier mogelijkheden kiezen. Soms kan er ook worden gevraagd door welk woord je een dubbele punt kunt vervangen. Of welk woord zou passen tussen twee andere woorden in de tekst. Zulke vragen kun je ook opvatten als een Lücke (gat).
Lückentexte vervollständigen
Zorg eerst dat je de precieze betekenis van de antwoordmogelijkheden kent. Schrijf achter elk woord de juiste vertaling. Lees ook de zinnen vóór en na het gat goed door. Voorspel op basis van wat je hebt gelezen, om wat voor soort verband het gaat tussen het deel vóór en na het gat. Let hierbij op signaalwoorden. Moet er iets positiefs of iets negatiefs ingevuld worden?
Kijk dan weer naar de antwoordmogelijkheden. 
Aufgabe 22
Aufgabe 22 Seite 92 und 93

Sieh dir Examentekst 8 an und beantworte die Fragen. Benutze die Hilfestellungen.
Aufgabe 23
Aufgabe 23 Seite 93 und 94

Sieh dir Examentekst 9 an und beantworte die Frage. Benutze die Hilfestellung.
Noch genügend Zeit
Arbeite an deinen persönlichen Aufgaben!

Slide 9 - Tekstslide

Was hast du heute gelernt?

Slide 10 - Woordweb

Was machen wir nächstes Mal?

Wortschatz: Examenidioom 
Wiederholung 1 bis 10
Nimm deinen Buch "Examenidioom Duits HAVO" und/oder deinen Laptop mit.

Slide 11 - Tekstslide