In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
LET OP!
Zorg dat de klas opgedeeld is in max 5 groepjes. De groepjes beantwoorden als groep de vraag! Er zijn dus ook maar 5 deelnemers. Bedenk een leuke naam voor je groep!
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat is geen criterium voor nieuws?
A
Het is interessant voor veel mensen
B
Het is actueel
C
Het is bijzonder
D
Het is negatief
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
"Katy Perry en Orlando Bloom uit elkaar." Dit is een typisch bericht voor in:
A
De hitkrant
B
Het Algemeen Dagblad
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Bij de NOS komt dagelijks veel nieuws binnen. Wat is geen nieuwsbron?
A
het ANP
B
Persberichten van organisaties
C
de Speld
D
Twitter
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Wat doet een persbureau?
A
nieuws versturen naar redacties
B
nieuws bedenken
C
nieuws controleren op juistheid
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Waarom is een schoorsteenbrand in Winschoten niet interessant voor het NOS Journaal?
A
het is niet actueel
B
het is niet afwijkend van normaal
C
het is niet interessant voor een grote groep kijkers
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Een belangrijke journalistieke regel is het toepassen van wederhoor. Wat is dat?
A
bronnen benoemen
B
feiten dubbel checke
C
voor- en tegenstanders aan het woord laten
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Waar of niet waar? Op Facebook krijg je alles te zien van vrienden en pagina's die je leuk vindt.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
………… en ………. zijn voorbeelden van massamedia. Welke woorden zijn weggelaten?
A
Een appje; een verkeersbord.
B
Een dagboek; een tijdschrift.
C
Een krant; een verjaardagskaart.
D
Een flyer; een website.
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Kwaliteitskranten en populaire kranten staan hieronder door elkaar. Wat zijn twee kwaliteitskranten?
A
De Telegraaf en Trouw.
B
NRC en de Volkskrant.
C
Metro en het AD.
D
Het AD en de Volkskrant.
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Je vindt ……………. vaak in een kwaliteitskrant, maar minder vaak in een populaire krant.
Welk nieuws is hier weggelaten?
A
sportnieuws.
B
nieuws over criminaliteit.
C
politiek nieuws.
D
amusementsnieuws.
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Wat is een voorbeeld van een publieke omroep?
A
Veronica.
B
De VARA.
C
RTL.
D
SBS 6.
Slide 24 - Quizvraag
Leuk die informatie, maar weet je ook iets over the VOICE?
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Video
Sinds wanneer is the Voice op tv?
A
2009
B
2010
C
2011
D
2012
Slide 27 - Quizvraag
Wie is dit
A
John de Hoop
B
Jaap de Mol
C
Jaap de Hoop
D
John de Mol
Slide 28 - Quizvraag
Wie is er nooit coach geweest?
A
Sanne Hans
B
Jeroen van der Boom
C
Guus Meeuwis
D
Frans Duits
Slide 29 - Quizvraag
Waarom is the Voice plotseling gestopt?
A
Anouck stapte op
B
Er was al bekend wie de winnaar was
C
Er waren klachten over seksueel overschrijdend gedrag
D
John de Mol had geen geld meer
Slide 30 - Quizvraag
Laatste vraag: Ik zal NOOIT mee doen met zo'n show!
A
waar
B
niet waar
Slide 31 - Quizvraag
OPDRACHT:
Zoek uit wat er nu precies gebeurt is bij the Voice
Slide 32 - Tekstslide
Hoe?
Er zijn verschillende manieren om informatie te zoeken.
Elke groep mag 1 vorm van Media gebruiken.
De winnaar van de Quiz mag als 1e kiezen, nr 2 als tweede enzovoort.
Slide 33 - Tekstslide
De keuzes:
1: krant
2: jeugdjournaal
3: BOOS
4: internet
5: Social Media
Slide 34 - Tekstslide
Wat moet je doen?
Kom erachter wat er gebeurt is dmv van de media die je gekozen hebt.
Verwerk je informatie in een (soort van) presentatie.
Beantwoord de vragen op het vragenblad dat je van de docent krijgt.
Je krijgt hier een cijfer voor!
Slide 35 - Tekstslide
presentatievormen:
1: een voorpagina van een krant
2: een stukje journaal als nieuwslezer of reporter