Grammar Lesson 5: Present Perfect - woensdag

Welcome to the 5th and last lesson
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welcome to the 5th and last lesson

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TODAY'S LESSON
  • Instruction on present perfect
  • Practising with all the tenses:
Present Simple - Present Continuous
Past Simple - Present Perfect

BUT FIRST:

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What do you rememeber from the first lesson?
(articles, plural, word order)

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

What do you rememeber from the second lesson?
(personal and possessive pronouns)

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

What do you rememeber from the third lesson?
(present simple)

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

What do you rememeber from the last lesson?
(past simple & present continuous)

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar herken je volgens jou de present perfect aan?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

We ________ my aunt and uncle last weekend.
A
have visited
B
visit
C
visited
D
is visiting

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

SUMMARIZING

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - wanneer?
  • Als iemand met iets in het verleden begonnen is en nog steeds doet
    –> I have played tennis for three years now.
  • Als iets in het verleden begonnen is en nog aan de gang is
    --> We have lived in Amsterdam since 2012.
  • Als iemand iets heeft gedaan of er is iets gebeurd waarvan de resultaten nog merkbaar zijn
    --> Robert has lost his keys
    Vaak komen in de zin de woorden for of since voor.


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden Present Perfect:


Deze woorden gaan vaak met deze tijd samen

FYNE JAS:
For
Yet
Never 
Ever

Just
Already
Since

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - hoe?
De present perfect (voltooid tegenwoordige tijd) wordt gevormd door:

have / has + ww + ed bij regelmatige werkwoorden; 
  •     I have lived in this house for two years now.                                           
  •     He has owned that car since 1999.          

                      OF

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect - hoe?
Have / has + werkwoordsvorm uit het 3e rijtje bij onregelmatige werkwoorden
  •       My father has seen that film three times already.
  •       My parents have been in New York 5 times now.

Denk eraan :
  •        HAVE bij: I / you / we / they / you
  •        HAS = SHIT-regel, dus bij: he / she / it
             
                           

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We ... been to England once.
A
have
B
has

Slide 16 - Quizvraag

Even oefenen met de vorm: 
have/has en de shit-regel
They ... visited Paris 5 times.
A
have
B
has

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My mother ... seen that film before.
A
have
B
has

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

SUMMARIZING

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij twijfel ...
  1. Is het op dit moment nog aan de gang? 
    Ja = present perfect                                Nee = volgende vraag

  2.  Gaat het over ervaringen tot nu toe?
    Ja = present perfect                               Nee = volgende vraag

  3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?   
    Ja = present perfect 
                                 Nee = past simple

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I have been at the ROC for 3 years now.
A
past simple (in het verleden en nu klaar)
B
present perfect (nu nog bezig/ervaring/resultaat)

Slide 21 - Quizvraag

Oefenen, wat is waar?
I went to my friend last night.
A
past simple (in het verleden en nu klaar)
B
present perfect (nu nog bezig/ervaring/resultaat)

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I have seen that movie before!
A
past simple (in het verleden en nu klaar)
B
present perfect (nu nog bezig/ervaring/resultaat)

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My car is shiny! I have just cleaned it.
A
past simple (in het verleden en nu klaar)
B
present perfect (nu nog bezig/ervaring/resultaat)

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I saw a bird fly by my window.
A
past simple (in het verleden en nu klaar)
B
present perfect (nu nog bezig/ervaring/resultaat)

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

She has never ridden a bike before.
A
past simple (in het verleden en nu klaar)
B
present perfect (nu nog bezig/ervaring/resultaat)

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I ... my car. It looks great now!
A
washed
B
have washed

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I ... my aunt yesterday.
A
visited
B
have visited

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I love New York. I ... there twice.
A
was
B
have been

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

She ... to America five years ago.
A
went
B
has gone

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

AND NOW ALL TIMES

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jack (finish) ..... work an hour ago.
A
finished
B
finish
C
finishes
D
has finished

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Peter (go) ..... to France every Summer.
A
goes
B
is going
C
went
D
has gone

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

The policemen (catch) ..... the criminals, the day before yesterday.
A
catched
B
caught
C
have caught
D
have catched

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I (be) ..... a teacher since 1994.
A
have been
B
am
C
was
D
am being

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Once upon a time there (live) ..... a princess called Snow White.
A
lives
B
lived
C
has lived
D
is living

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What (do) ...... your friends at the moment?
A
do
B
have done
C
did
D
are doing

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(walk) .... your granny one kilometer, every day?
A
Does your granny walk
B
Walks
C
Is your granny walking
D
Walked

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My sister (live) ....... in Amsterdam since 2020.
A
lives
B
is living
C
lived
D
has lived

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My parents (be) ...... never in England
A
were
B
was
C
have never been
D
are never being

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(sleep) ...... you well, last night?
A
Do you sleep
B
Sleep
C
Did you sleep
D
Have you slept

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

THREE THINGS YOU CAN DO
(if you still find this difficult):
  1. Study the Grammar Survey in Cumlaude 

  2. Study the lessons in LessonUp

  3. Make the exercises you'll find at the end of each lesson!

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ENJOY YOUR AUTUMN BREAK!

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies