Flexuur 1 (V12): persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden herhaling / listening


Engeland 
FLEXLES
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Engeland 
FLEXLES

Slide 1 - Tekstslide

Handout schema
Je krijgt een tabel waarin precies staat hoe je de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden moet gebruiken. Verlies het niet!
We gebruiken alleen de eerste drie kolommen ;)

Slide 2 - Tekstslide

Practice makes perfect!
We gaan even oefenen met de persoonlijke voornaamwoorden

Slide 3 - Tekstslide

Personal Pronouns
timer
1:00
I
You
She
We
You
They
He
It
Jij/je
Wij/we
Zij/ze
Ik
Jullie
Hij
Zij
Het

Slide 4 - Sleepvraag

Choose the correct personal pronoun:

_____ is from London. (zij)
A
she
B
they
C
he
D
we

Slide 5 - Quizvraag

Welke Personal Pronoun kan je als vervanging gebruiken?
They
She
He
It
We
Sister
Boy
School
Dad
Cars
Emily & Jack
Bike
Sophia and I
Parents
Teacher

Slide 6 - Sleepvraag

En nu met de bezittelijke voornaamwoorden

Slide 7 - Tekstslide

You have a house. It's ... house
A
my
B
your
C
his
D
its

Slide 8 - Quizvraag

We have a dog. It's ... dog.
A
my
B
your
C
their
D
our

Slide 9 - Quizvraag

They have a cat. It's ... cat
A
our
B
my
C
their
D
your

Slide 10 - Quizvraag

I have a laptop. It's ... laptop
A
your
B
their
C
our
D
my

Slide 11 - Quizvraag

Fred and I have a bike.
It's ... bike
A
my
B
our
C
their
D
his

Slide 12 - Quizvraag

Which English words concerning 'school' do you know?

Slide 13 - Open vraag

what is your favourite school subject?

Slide 14 - Open vraag

Exercise 2 page 12 (unit 1, 1.2 listening)

Do exercise in 4 minutes!
We will check it together!
timer
4:00
V13

Slide 15 - Tekstslide

Answers exercise 2
a.  maths                                                                 h. diary
b. secondary school
c. canteen
d. history
e. library
f. clever
g. PE
V13

Slide 16 - Tekstslide

Work alone
Je krijgt 2 handouts: je hoeft niet alle opdrachten te maken. Ik schrijf op het bord welke dat je moet maken.
Let op: deze heb je volgende week ook weer nodig, dus stop ze ergens waar je ze kan vinden!

Slide 17 - Tekstslide