Gezonde voeding

1 / 32
volgende
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Gezonde voeding
Aan het einde van de les kun je het verschil uitleggen tussen voedingsmiddelen en voedingsstoffen.
Je kunt 5 voedingsstoffen noemen.
Je kunt uitleggen wat de functies zijn van bouwstoffen, brandstoffen en beschermende stoffen
Je kunt uitleggen hoe je een gezonde maaltijd kunt samenstellen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat snack jij vandaag?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Eetgewoonten ..
Als je op reis bent merk je dat mensen overal op de wereld er andere eetgewoonten op na houden. Ieder volk of ieder land heeft wel zijn eigen gerechten. Zo denk je bij Italië aan pizza, bij Duitsland aan bockwurst en bij china aan loempia's en nasi.
Zeker vroeger was ook de plaats waar je woont hierop van invloed. Het is bijvoorbeeld best lastig om aan vis te komen als je hoog in de bergen woont.
Ook het geloof schrijft soms voor wat je wel en niet mag eten. Zo mogen Hindoes geen rundvlees eten en joodse mensen juist geen varken.
Steeds meer mensen zijn vegetariër, zij eten geen vlees. Veganisten gaan nog een stapje verder en eten helemaal geen dierlijke produkten.
En vind je gezond eten belangrijk of vind je de Mac helemaal het einde.

Slide 5 - Tekstslide

Zoek van drie van deze landen de eetgewoonte op:
China - VS - Spanje - België - India - Duitsland - Frankrijk
Noteer je antwoord zo: Land - eetgewoonte

Slide 6 - Open vraag

Voedingsmiddelen

Slide 7 - Tekstslide

Voedingsstoffen

Slide 8 - Tekstslide

Voedingsvezels

Slide 9 - Tekstslide

3 groepen voedingsstoffen:
energierijke stoffen
suiker - zetmeel - vetten

bouwstoffen
eiwitten - mineralen - water

beschermende stoffen
vitaminen - mineralen

Slide 10 - Tekstslide

Bouwstoffen
Bouwstoffen zijn nodig:
  •  om te groeien
  •  om het lichaam te onderhouden (nieuwe cellen) 
  •  te herstellen (wondje op je arm)

Eiwitten, mineralen en water zorgen hiervoor.

Slide 11 - Tekstslide

Brandstoffen
Brandstoffen: Zorgen voor energie en warmte voor processen in het lichaam zoals ademhaling en spijsvertering

  • Vetten
  • Koolhydraten
  • Eiwitten

Slide 12 - Tekstslide

Beschermende stoffen

  • Zorgen voor bescherming
  • Zorgen voor weerstand tegen ziekten.

Vitaminen en  
Mineralen

Slide 13 - Tekstslide

Reservestoffen

Stoffen die zijn opgeslagen in het lichaam

Koolhydraten en Vetten

Slide 14 - Tekstslide

Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Neem de website die je vindt via de volgende slide goed door, lees en bekijk alles. Via de pijltjes aan de linker- en rechterkant kan je er door heen klikken.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Slide 17 - Video

Koolhydraten zijn een voorbeeld van...
A
Voedingsstoffen
B
Voedingsmiddelen

Slide 18 - Quizvraag

Voedingsmiddelen zijn de producten die je kan eten en drinken.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Voedingsmiddel of voedingsstof
Appel
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 20 - Quizvraag

Voedingsmiddel of voedingsstof
Vitaminen
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 21 - Quizvraag

Voedingsmiddel of voedingsstof?
Koolhydraten
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 22 - Quizvraag

Eiwitten zijn een
A
Voedingsstof
B
Voedingsmiddel

Slide 23 - Quizvraag

Wat is geen voedingsstof?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Koolhydraten
D
Vlees

Slide 24 - Quizvraag

Welke voedingsstoffen zijn brandstoffen?
A
allemaal
B
koolhydraten
C
vetten
D
eiwitten

Slide 25 - Quizvraag

Eiwitten zijn:
A
brandstoffen
B
bouwstoffen

Slide 26 - Quizvraag

Koolhydraten zijn:
A
brandstoffen
B
bouwstoffen

Slide 27 - Quizvraag

Welke voedingsstoffen zijn brandstoffen?
A
allemaal
B
koolhydraten
C
vetten
D
eiwitten

Slide 28 - Quizvraag

Koolhydraten zijn
A
bouwstoffen
B
zowel bouw- als brandstoffen
C
beschermende stoffen
D
brandstoffen en reserve stoffen

Slide 29 - Quizvraag

Zijn de lesdoelen gehaald?
Neem een papiertje en schrijf op wat je weet.
1   je kunt het verschil uitleggen tussen voedingsmiddelen en voedingsstoffen.
2 Je kunt 5 voedingsstoffen noemen.
3  Je kunt uitleggen wat de functies zijn van bouwstoffen, brandstoffen en beschermende stoffen
4 Je kunt uitleggen hoe je een gezonde maaltijd kunt samenstellen.

Slide 30 - Tekstslide

Eindopdracht: Gezond weekmenu
Gebruik hierbij de schijf van vijf, zorg dat je elke dag voor alle vakken voedingsmiddelen uitkiest.
Denk goed na over de keuzes die je moet maken, en welke tussendoortjes je kiest.
Zorg dat je elke dag iets te eten of te drinken krijgt uit alle vakken.
Op de volgende slide zie je een voorbeeld van een dagmenu, dit maak je nu zelf voor elke dag van de week en lever je in. Bewaar zelf ook het bestand, je hebt het nodig voor de eindopdracht.

Slide 31 - Tekstslide

Een dagmenu
Ontbijt
Yoghurt, cruesli, verse sinaasappelsap.
Tussendoor
Glas water, plak ontbijtkoek.
Lunch
Twee bruine boterhammen met boter en kipfilet. Banaan. Een glas melk.
Tussendoor
Thee en een biscuitje.
Avondeten
Wortels, gebakken aardappels en een hamburger. Yoghurt met aardbeiden. Glas water.
Tussendoor
Thee, twee paaseitjes. Een appel

Slide 32 - Tekstslide