Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Samenstellingen Deviant
Nederlands
Periode 2
3F
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands
Periode 2
3F
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Nieuwsbericht
Herhaling bijvoeglijke naamwoorden
Leestekens
Samenstellingen
Huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Een
bijvoeglijk naamwoord
zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
Je weet door een bijvoeglijk naamwoord meer over het zelfstandig naamwoord.
Slide 4 - Tekstslide
Leestekens
Leestekens verbeteren de leesbaarheid van teksten.
Er zijn veel verschillende leestekens.
Slide 5 - Tekstslide
Leestekens
Slide 6 - Tekstslide
Waarom zijn leestekens belangrijk?
Zonder leestekens kan een tekst slecht leesbaar zijn
Zonder leestekens kan een zin verkeerd begrepen worden
Slide 7 - Tekstslide
Leestekens
Slide 8 - Tekstslide
Wanneer gebruik je een komma?
Tussen
2 bijvoeglijke naamwoorden: de hoge, groene boom.
Bij een opsomming: je kunt kiezen uit de kleuren groen, blauw, zwart en rood.
Tussen
2 persoonsvormen: Als ik slaap, zie ik niets.
Voor
een voegwoord: ik heb er geen zin in, maar doe het toch.
Slide 9 - Tekstslide
Welke leestekens zijn er?
Punt
.
Om de zin af te sluiten, bij sommige afkortingen
Komma
,
In opsommingen, tussen twee pv's, voor en/of na een aanspreking/tussenwerpsel, tussen hoofd- en bijzin
Vraagteken
?
Na een vraag
Uitroepteken
!
Na een bevel, na een uitroep.
Dubbele punt
:
Na een aankondiging van een opsomming, of citaat, voor een uitleg.
puntkomma
;
de ; verbindt hoofdzinnen aan elkaar die bij elkaar horen.
Aanhalingstekens
'...'
Bij een citaat, als je een woord ironisch bedoelt, als het om een woord of de groep woorden zelf gaat.
Slide 10 - Tekstslide
Interpunctie = het gebruik van leestekens
Slide 11 - Tekstslide
Leestekens
Slide 12 - Tekstslide
https://www.cambiumned.nl/theorie/spelling/spellingsregels/leestekens/
http://www.leer-actief.nl/verhalen/vriendschap/leestekens/leestekenstoets1.htm
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/wanneer-gebruik-je-accent-trema-en-apostrof/
Slide 13 - Tekstslide
Samenstellingen
Slide 14 - Tekstslide
Samenstellingen
Bestaan uit 2 of meer losse woorden die samen één woord vormen.
Schrijf je aan elkaar om te laten zien dat ze bij elkaar horen.
2 zelfstandige naamwoorden kunnen een zelfstandig naamwoord vormen. Een zelfstandig naamwoord en een werkwoord niet.
Let op voor klinkerbotsing/verkeerde uitspraak!
Slide 15 - Tekstslide
Samenstellingen met een tussenklank-s
Je schrijft de tussenklank-s als je die hoort in de samenstelling.
Dorp
+ gek =
dorp
s
gek
Dorp
+
straat
=
dorp
s
straat
Maar niet
: drop
s
veter
Slide 16 - Tekstslide
Tussenletter in samenstellingen
Slide 17 - Tekstslide
Samenstellingen
Je krijgt de tussen-n ook niet als:
Het eerste deel van de samenstelling geen meervoud heeft (snottebel, rijstevlaai)
Het eerste deel van de samenstelling verwijst naar iets waar maar 1 van is (zonnebril, maneschijn)
Slide 18 - Tekstslide
Samenstellingen Samengevat
Slide 19 - Tekstslide
Nog een keer: samenstelling
Een samenstelling is een woord waarin twee of meer woorden zijn samengeplakt. Schrijf samenstellingen altijd aan elkaar.
! De spellingscorrectie van Word herkent niet al deze woorden! Je kunt dus zelf samenstellingen maken
Slide 20 - Tekstslide
Welke samenstellingen zijn goed?
A
Groentenwinkel, berensterk
B
Groentewinkel, beresterk
C
Groentenwinkel, beresterk
D
Groentewinkel, berensterk
Slide 21 - Quizvraag
Maak van onderstaande woorden een juiste samenstelling.
koffie apparaat
A
koffie apparaat
B
koffie-apparaat
C
koffieapparaat
Slide 22 - Quizvraag
Maak van onderstaande woorden een juiste samenstelling.
politie uniform
A
politieuniform
B
politie-uniform
C
politie uniform
Slide 23 - Quizvraag
Welke samenstelling klopt?
A
apentrots
B
apetrots
C
secondenwijzer
D
secondeswijzer
Slide 24 - Quizvraag
Hoe maak je de samenstelling:
beer + gezellig
A
berengezellig
B
beregezellig
C
beergezellig
D
beregezellie
Slide 25 - Quizvraag
Welke samenstelling is goed gespeld?
A
zonnenbril
B
beukennootje
C
ladenkast
D
roggenbrood
Slide 26 - Quizvraag
Welk woord is geen samenstelling ?
A
zwemles
B
zwempak
C
zwemmendeman
D
zwembad
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de goede samenstelling:
hond ... hok
A
hondehok
B
hondenhok
Slide 28 - Quizvraag
Huiswerk
Studiemeter: Starttaal Online 3F
Taalverzorging -> spelling -> aaneenschrijven en tussenklanken -> ALLE oefeningen/
Boek A Deviant
Lifestyle blz. 224
Taalverzorging: Samenstellingen en tussenletters
Opdr. 1, 2, 4, 5 en 6
Slide 29 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Thema 3 blz 328-336
September 2024
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Samenstellingen
Maart 2024
- Les met
34 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Samenstellingen
Oktober 2022
- Les met
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
V2 Taalverzorging 13: samenstellingen (tussenletters)
Augustus 2024
- Les met
31 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spelling: de tussenklank in samenstellingen
Mei 2016
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Creatief schrijven & spelling les 6: verkleinwoorden
Februari 2023
- Les met
34 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Samenstellingen
Februari 2024
- Les met
26 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
T6L6: Geen probleem, no problemo!
Februari 2023
- Les met
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs