5.1 3 K

Wat gaan we vandaag doen?
korte herhaling
05 min
Voorkennis ophalen
10 min
Uitleg rendement
05 min
Oefenen met rendement
10 min
Maken opdracht 18 t/m 27
15 min
Bespreken opdrachten
05 min
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, k, g, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we vandaag doen?
korte herhaling
05 min
Voorkennis ophalen
10 min
Uitleg rendement
05 min
Oefenen met rendement
10 min
Maken opdracht 18 t/m 27
15 min
Bespreken opdrachten
05 min

Slide 1 - Tekstslide

te doen vandaag:
1: Korte herhaling deel 5.1
2: uitleg rendement.

Slide 2 - Tekstslide

5.1 Energievoorziening

* door een conversiele energiecentrale 
nadelen: gebruikt fossiele brandstoffen en er komen broeikasgassen vrij.
* duurzame energie :
zonnepanelen : geen zon geen energie, duur in aanschaf
windmolens: horizonvervuiling, geen wind geen energie, kunnen kapot gaan.
waterkracht centrales: er zijn er maar 4 in Nederland.

Slide 3 - Tekstslide

Zonnepanelen

Slide 4 - Tekstslide

De windturbine

bewegingsenergie -> elektrische energie

Binnen in een windmolen zit een generator. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Kernenergie
Voordelen: geen luchtvervuiling

Nadelen: gevaarlijk afval, gevaarlijk om mee te werken. 

Slide 7 - Tekstslide

In Nederland maken we vooral gebruik van....
A
Waterenergie
B
Zonne energie
C
Windenergie
D
Kernenergie

Slide 8 - Quizvraag

Energietransport
bij centrale wordt in een generator elektriciteit opgewekt deze zit vast aan een turbine. Hier wordt de bewegingsenergie omgezet in elektriciteit. Deze verlaat via dikke kabels de centrale. De spanning wordt hier op 320 kV gebracht en dmv transformatoren wordt de spanning veranderd.

Slide 9 - Tekstslide

Energieverlies
  • Als stroom door een kabel gaat, wordt de kabel warm.
          
 
  • Voor de minste energieverlies moet de stroom met een zo hoog mogelijke spanning worden vervoerd worden.
ENERGIEVERLIES
minder energie over voor de eindgebruikers

Slide 10 - Tekstslide

Elektriciteitcentrale

Transformators



380kV
10kV
230 V

Slide 11 - Tekstslide

Transformatoren zijn overal!

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Verbruik van energie

Slide 15 - Tekstslide

Energielabel
Energielabels maken het je makkelijk om te kiezen, want ze laten in één oogopslag zien welke apparaten, auto's en woningen zuinig omgaan met energie. 

Het energielabel is verplicht gesteld door de EU

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
  • Wat? Maak paragraaf 5.1 opdracht 8 t/m 12 + 14, 15, 17
  • Hoe? In je groep
  • Tijd? 15 minuten
  • Klaar? Maak 5.1 opdracht 13 en 16
  • Ook daarmee klaar? Lees de rest van 5.1 door en maak de paragraaf af

timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Rendement
Niet alle energie wordt nuttig gebruikt. Door het percentage nuttige energie te berekenen, kun je het rendement vinden. 

Slide 18 - Tekstslide

Energie-stroomdiagrammen

Slide 19 - Tekstslide

Rendement






Wanneer je moet rekenen met rendement, maak een schetsje.

Slide 20 - Tekstslide

Bij de verbranding van een bepaalde hoeveelheid benzine, komt in een automotor 500 kJ aan warmte vrij. Hiermee kan 200 kJ bewegingsenergie worden gemaakt. Wat is rendement van deze auto?
A
500 / 200 -> 2,5 %
B
200 / 500 -> 0,40 %
C
500 / 200 -> 25%
D
200 / 500 -> 40%

Slide 21 - Quizvraag

Een gloeilamp levert 20J aan warmte. Het rendement is 30%. Hoeveel energie wordt verbruikt?
A
20 x 0,30 --> 6,0 J
B
20 / 0,30 --> 67 J
C
20 x 0,70 --> 14 J
D
20 / 0,70 --> 29 J

Slide 22 - Quizvraag

Rendement
Papa heeft voor Vaderdag een nieuw koffiezetapparaat
gekocht. Op de verpakking staat dat het vermogen 1200 W is.
Bij het koffie zetten wordt 200 W aan nuttig vermogen gebruikt.

Wat is het rendement?

Slide 23 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd?
  • Hoe wordt elektrische energie opgewekt bij een elektriciteitcentrale?
  • Hoe je uitrekent hoe effectief 
een elektrisch apparaat werkt
  • Wat doet een transformator?

Slide 24 - Tekstslide

Fossiele brandstoffen
Voordelen: makkelijk te vervoeren en verbranden. 

Nadelen: versterkt het broeikaseffect, geeft luchtvervuiling, raakt op. 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Hoe noemen we de energie die in een batterij zit?
A
Elektrische energie
B
Zonne energie
C
Bewegingsenergie
D
Chemische energie

Slide 29 - Quizvraag

Lesdoel:
Aan het eind van de les kun je:
  • Beschrijven wat energie is
  • Beschrijven wat groene stroom is
  • Beschrijven wat duurzame energiebronnen zijn
  • Beschrijven wat rendement  is

Slide 30 - Tekstslide