O.P. Puber LES 11, 12 & 13 en adolescent LES 14&15

Jongeren en adolescent
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
OntwikkelingspsychologiePedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Jongeren en adolescent

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
Aan het eind van deze les kun je
  • 3 kenmerken van de ontwikkeling van puber/adolescent benoemen. 
  • Een activiteit voor deze doelgroep organiseren.

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
* Filmpje over het puberbrein
* Filmpje met pubers aan het woord
* Quizvragen over de puber en adolescent
* Informatie

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is?

'Pubers zijn sterk bezig met de toekomst'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is?

'Jongeren die worden buiten gesloten ervaren fysieke pijn'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag


Wat is de levensfase van een puber?
A
0-1,5 jaar
B
12-16 jaar
C
6-12 jaar
D
16-21 jaar

Slide 8 - Quizvraag

wat hoort bij een puber?
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Kenmerken Puber
A
Moe
B
Afzetten
C
Groepsdruk
D
Me myself and I

Slide 10 - Quizvraag

Hoe groeien pubers?
A
Het hele lichaam groeit in dezelfde maten.
B
De ledematen groeien eerst.
C
Het hoofd groeit trager dan de rest.
D
Eerst het hoofd, daarna de ledematen & het hoofd.

Slide 11 - Quizvraag

de meeste puber zijn:
A
onzeker
B
zelfverzekerd
C
verveeld
D
slaperig

Slide 12 - Quizvraag

De puberteitsspurt duurt ongeveer
4 jaar
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is?
'Veel pubermeisjes voelen zich onzeker door veranderingen van hun lichaam'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is?
'Bij pubers verschuift het slaapritme naar achteren'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

De lichamelijke veranderingen bij de puber staan in het teken van het geslachtsrijp worden.

Geslachtsrijpheid wil zeggen dat:
A
iemand zich kan voortplanten
B
Iemand geslachts-gemeenschap kan hebben
C
Iemand graag kinderen wil
D
Iemand open is over zijn geslachtsdeel

Slide 16 - Quizvraag

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is?
'Pubers kunnen net zo goed plannen als volwassenen'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is? 'Bij nogal wat brugklassers verdwijnt in de loop van het schooljaar hun enthousiasme en de nieuwsgierigheid'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij de volgende beschrijving van een puber
'Het aanpassen aan, en gedragen naar, de geldende (groeps)-normen
A
Groepsdruk
B
Conformisme
C
Individualisatieproces
D
Losmakingsproces

Slide 19 - Quizvraag

Welk gedrag van een ouder of begeleider kan de kans op conflicten met pubers vergroten?
A
Luisteren en vragen stellen
B
Onderhandelen over de regels
C
Sterke controle houden
D
Uitleggen

Slide 20 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij onderstaande omschrijving van een puber
'Een puber is op zoek naar zichzelf'
A
Online contacten
B
Individualisatieproces
C
Persoonlijke vriendschappen
D
Peergroup

Slide 21 - Quizvraag

Welk verband is er tussen de lichamelijke ontwikkeling en de sociale ontwikkeling
A
Schaamte
B
Geen
C
Roddelen
D
Groepsdruk

Slide 22 - Quizvraag

Geef aan of de onderstaande stelling juist of onjuist is?

'De puberteit is de startmotor voor de adolescentie'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Pubers kiezen vaak voor wat op korte/lange termijn winst oplevert
A
korte termijn
B
lange termijn

Slide 24 - Quizvraag

Pubers kunnen hun impulsen niet altijd controleren
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Pubers zijn vooral egocentrisch buitenshuis
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Groepsdruk
Pubers hebben hun uitspattingen vooral in een groep. Groepsdruk speelt hierbij een rol. Een groep leeftijdsgenoten met vergelijkbare status en belangstelling noemen we een peergroep. Elke groep mensen heeft zijn eigen regels. Als groep bepaal je wat je wel en wat je niet doet. Als lid van de groep doe of laat je makkelijker dingen dan wanneer je alleen bent. Dit doe je omdat je er graag bij wilt horen.  We herkennen allemaal vast wel iets wat we in het verleden door invloed van een groep hebben gedaan want we nooit zouden doen wanneer we alleen waren. Conformisme is het zich aanpassen aan het gedrag en aan de opvattingen die heersen in een bepaalde groep, met als doel het geaccepteerd worden door deze groep. Het Asch-experiment, onder leiding van Solomon Asch, was een beroemd groepsdruk experiment dat was ontworpen om te testen hoe we reageren op groepsdruk en conformiteit. Op de volgende sheet zie je een filmpje. 

Slide 27 - Tekstslide

We zijn allemaal een beetje gevoelig voor groepsdruk. 

Slide 28 - Tekstslide

Adolescent

Slide 29 - Tekstslide

Adolescentie
Nederland: 17 - 25 jaar
Vroege adolescentie
  • 12-14 jaar
  • seksuele rijping
  • losmakingsproces
Midden adolescentie
  • 14-16 jaar
  • experimenteren
Late adolescentie
  • 16-20 jaar
  • definitieve verplichtingen aangaan
Eind adolescentie
  • 20-25 jaar
  • integratie in volwassen wereld

Slide 30 - Tekstslide

Lichamelijke ontwikkeling
  • voltooiing van de lichamelijke volwassenwording
  • meisjes gem. 1,67 m lang
  • jongens gem. 1,81 m lang

Slide 31 - Tekstslide

Cognitieve ontwikkeling
Abstract denken
Beter nadenken en praten over begrippen als rechtvaardigheid, vriendschap en gelijkwaardigheid.
Genuanceerd denken
Het besef dat gewoonten, regels en waarden&normen samenhangen met verschillen tussen mensen.
Tegenovergestelde van zwart-wit denken.

> meer mensenkennis en inlevingsvermogen.

Slide 32 - Tekstslide

Sociale ontwikkeling
Invloed van:

Ouders
  • na 18e beter band
  • meer gelijkwaardigheid
  • verlaten ouderlijk huis
Vriendengroep
  • zoeken naar originaliteit
  • gemengde vriendenclubs (kleinere groepen)
  • zelfbewust

Slide 33 - Tekstslide

Persoonlijke ontwikkeling
Identiteitsvorming:
vorming identiteit en het gedrag beïnvleoden 

Slide 34 - Tekstslide

Idealisme/ idealen
Zeer belangrijk
Belangrijk
Redelijk belangrijk
Minder belangrijk
Minst belangrijk
Kinderen hebben en opvoeden
Een gelukkig gezinsleven
Jezelf ontplooien
Klaarstaan voor anderen
Studeren en kennis opdoen

Slide 35 - Sleepvraag

Maatschappelijke betrokkenheid
  • Volwassenen zijn pessimistisch; jongeren zijn positiever
  • Volwassenen zijn vasthoudend; jongeren staan open voor nieuwe dingen
  • Volwassenen houden dingen voor zichzelf; jongeren delen met elkaar
  • Politieke partijen (o.a.) zijn voor volwassen interessant; jongeren niet

Slide 36 - Tekstslide

Emotionele ontwikkeling
Kans om uit evenwicht te raken is in deze fase kleiner want:
  1. adolescent heeft meer duidelijkheid over eigen identiteit
  2. adolescent is in staat impulsen en emoties onder controle te houden

Slide 37 - Tekstslide

Puberteit
Bekijk de link op de volgende pagina. Deze informatie is geschreven voor ouders met een puber. De website is van de Jellinek, een bekende aanbieder van psychologische zorg bij een verslaving.  Daarna volgt een artikeltje over het puberbrein. Lees de 8 feitjes. Bekijk daarna hoeveel je van het onderwerp weet door de vragen te beantwoorden. 

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Link

Slide 40 - Video

Slide 41 - Link