*ik liet koper 63,64,65 en 67 zien, maar koper 66 bestaat toch
niet alle isotopen staan in je binas
Ioniserende straling
Niet-ioniserende straling
Magnetische
Ultraviolet
Röntgen
Alfa
Infrarood
Gamma
Microgolven
Slide 4 - Sleepvraag
*Welke straling wel en niet ioniserent zijn (Rotgen en hogere straling)
*herhalen wat ioniserende straling doet (elektron los maken van de atoom)
*vraag: hoe heet okeweer een atoom met een elektron te veel of te weinig?
15bStraling deceteren en meten
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Gevaar van straling, waar denk jij aan?
Slide 6 - Open vraag
1 minuut tijd geven aan lln om zelf er naar te kijken
Schade van straling
Slide 7 - Tekstslide
straling kan de atoom isoniseren. Moluculen zijn opgebouwd uit atomen en kunnen hun verbinden hierdoor kwijt raken. Zo kunnen fouten ontstaan in het dna bijvoorbeeld. Meestal worden zulke fouten hersteld in het lichaam. Maar niet altijd en als je meer bloot gesteld word aan straling loopt de kans op dat je fouten krijgt in bijvoorbeeld dna, dat niet meer hersteld wordt. -> kanker.
Bij een enorm hoeveelheid, kan je dood gaan.
*vraag: welke dingen kunnen jullie bedenken dat bepalend is voor een gevaarlijke dosis?
-------------------------------------
Dit uit zich in misselijkheid, diarree en een toenemend tekort aan bloedlichaampjes. De kans op bloedingen en infectieziekten is hierdoor groter.
De straling van radioactief materiaal kan het DNA in het menselijk lichaam beschadigen. Meestal repareren eiwitten deze beschadigingen, maar soms gebeurt dat niet of niet goed. Als de reparatie van beschadigd DNA niet goed lukt, kan dat jaren later kanker veroorzaken. Hoe meer iemand bloot staat aan straling, hoe groter de kans op kanker is.
Bij zeer zware gevallen treden zwaardere symptomen op, zoals misselijkheid, overgeven en uiteindelijk de dood binnen een paar weken.
Dosimeter
dosimeter (GM-teller)
Slide 8 - Tekstslide
De dosis van een persoon geeft weer hoe groot zijn blootstelling is. Dosis wordt uitgedrukt in millisievert (afgekort: mSv millisievert ). Hoe hoger de dosis van een persoon is, hoe groter is de kans op het krijgen van kanker. Ook een kleine dosis brengt een klein risico op kanker met zich mee.
D= de hoeveelheid stralingsenergie die door een kilogram levend weefsel wordt geabsorbeert.
H= schadelijkheid van een straling * D
Stralingsdosis
[J/kg]
of
gray [Gy]
D=mEstr
Slide 9 - Tekstslide
De dosis van een persoon geeft weer hoe groot zijn blootstelling is. Dosis wordt uitgedrukt in millisievert (afgekort: mSv millisievert ). Hoe hoger de dosis van een persoon is, hoe groter is de kans op het krijgen van kanker. Ook een kleine dosis brengt een klein risico op kanker met zich mee.
D= de hoeveelheid stralingsenergie die door een kilogram levend weefsel wordt geabsorbeert.
H= schadelijkheid van een straling * D
stralingsfactor of kwaliteitsfactor
[J/kg]
[Sv] Sievert
D=mEstr
H=wb⋅D
Slide 10 - Tekstslide
De dosis van een persoon geeft weer hoe groot zijn blootstelling is. Dosis wordt uitgedrukt in millisievert (afgekort: mSv millisievert ). Hoe hoger de dosis van een persoon is, hoe groter is de kans op het krijgen van kanker. Ook een kleine dosis brengt een klein risico op kanker met zich mee.
D= de hoeveelheid stralingsenergie die door een kilogram levend weefsel wordt geabsorbeert.
H= schadelijkheid van een straling * D
Dosisequivalent (H)
[Sv] Sievert
H=wb⋅D
Slide 11 - Tekstslide
De dosis van een persoon geeft weer hoe groot zijn blootstelling is. Dosis wordt uitgedrukt in millisievert (afgekort: mSv millisievert ). Hoe hoger de dosis van een persoon is, hoe groter is de kans op het krijgen van kanker. Ook een kleine dosis brengt een klein risico op kanker met zich mee.
D= de hoeveelheid stralingsenergie die door een kilogram levend weefsel wordt geabsorbeert.
H= schadelijkheid van een straling * D
effectieve totale lichaamsdosis
dosislimieten
dosisequivalent
type weefsel
dosis limieten
Slide 12 - Tekstslide
De dosis van een persoon geeft weer hoe groot zijn blootstelling is. Dosis wordt uitgedrukt in millisievert (afgekort: mSv millisievert ). Hoe hoger de dosis van een persoon is, hoe groter is de kans op het krijgen van kanker. Ook een kleine dosis brengt een klein risico op kanker met zich mee.
D= de hoeveelheid stralingsenergie die door een kilogram levend weefsel wordt geabsorbeert.
H= schadelijkheid van een straling * D
Persoon A is bestraald met ioniserende straling, kan B ook bestraald worden als B naast A zit?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quizvraag
Bij A heeft de straling schade verricht, maar hij geeft momenteel geen straling af. Dus B kan niet door A bestraald wordt.
Jaarlijkse stralingsdosis
Slide 14 - Tekstslide
Het tabel doornemen
Jaarlijkse stralingsdosis
Nederlanders ontvangen
2,5 mSv per jaar
Rokers een extra
0,25 - 80 mSv per jaar
Arbo wet maximaal
20 mSv/jaar
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
De ontdekkers
Slide 16 - Tekstslide
De ontdekker van radioactiviteit, Pierre en Marie curie
Marie carried bottles of polonium and radium in her coat pocket. In some of her notes, she has written that she and Pierre loved visiting their workroom at night and observing the luminescent glow of the bottles containing their radioactive materials.
Even now, most of Marie’s papers and books are considered to be highly radioactive and are stored in lead-lined boxes.
Sommige spullen van de fam. Curie liggen in loden kisten. Welke straling wordt tegengehouden door lood?
A
Voornamelijk alfa
B
Voornamelijk béta
C
Voornamelijk gamma
D
Alle drie
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Straling van gebeurtenissen
Hiroshima/Nagasaki
0,87 mSv/jaar (extra achtergrond stra.)
Tsjernobyl
0,2 (flat)- 336 (grijparm) Sv/h
Fukushima
20 mSv/jaar (op 20km afstand)
μ
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Kan je qua stralingsdosis veilig wonen in de flats in Tsjernobyl?
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quizvraag
straling in de flat = 0.2*365*24/1000 =1,7 mSv/jaar
Dus ja dat kan, want in nederland is de achtergrond 2,5 mSv/jaar
Grijparm is bijna 3000 mSv/jaar
Slide 20 - Video
*klein stukje te kijken hoe de plek er nu eruit ziet.
Bijna het einde
"Radioactiviteit van een materiaal houdt in dat het spontaan ioniserende straling uitzendt. "
Slide 21 - Tekstslide
*terugkomen hoe radioactiviteit in verhalen gebruikt wordt
*De spin van spider man, kan hem niet die kracht geven