H1.1 Weer of klimaat? (deel 2)

H1.1 Weer of klimaat?
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1.1 Weer of klimaat?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen? 
  • Terugblikken weer
  • Uitleg: klimaat & klimaatfactoren 
  • Aan de slag: H1.1 af 
  • Afsluiting les  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weer 

Zijn alle weerelementen in dit 
weerbericht aanwezig? 

Slide 3 - Tekstslide

Weerelementen: 
- temperatuur 
- neerslag
- luchtdruk
- wind
- bewolkingsgraad 

Missen: luchtdruk en neerslag hoeveelheid (half)
Leerdoelen 
Aan het einde van deze les:
  • Weet je hoe een klimaatgrafiek moet aflezen.
  • Kan je het verschil tussen weer en klimaat uitleggen
  • Kan jij de 5 klimaatfactoren benoemen en uitleggen wat het is. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaat 
Gaat over het gemiddelde weer over een langere periode (30-40 jaar) in een bepaald gebied. 

Wordt aan de hand van een klimaatgrafiek weergeven. 
Rode lijn: temperatuur 
blauwe staven: hoeveelheid neerslag 

Examen: aan de hand van een klimaatgrafiek koppeling maken welk landschap of klimaat erbij hoort. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klimaatfactoren 
Er zijn 5 klimaatfactoren die het klimaat in een gebied bepalen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Breedteligging 
Gaat over de afstand tot de evenaar. 
Hoe verder van de evenaar, hoe lager de gemiddelde temperatuur 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Hoogteligging 
Hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het kouder boven op een berg? 
Hoger is toch dichter bij de zon?
De zon verwarmt niet de lucht maar het aardoppervlak. Lucht neemt bijna geen zonnewarmte op, het aardoppervlak wel. De lucht wordt dus vanaf de grond opgewarmd! Hoe verder je van het aardoppervlak zit, hoe kouder. De zon staat bovendien 150 miljoen kilometer van de aarde... die bergtop maakt niks uit op die afstand.

Een andere reden voor de lage temperatuur op de berg is dat de lucht daar dunner is, ook wel ijler genoemd. Er is minder lucht, daardoor is de luchtdruk lager en worden de luchtdeeltjes minder samengedrukt dan onderaan de berg. Hoe minder lucht wordt samengedrukt, hoe kouder het is.  

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Gesteldheid van het aardoppervlak 
Verwarmt de zon land of water? 
Welk materiaal is er op de ondergrond, grondmateriaal.
Water warmt langzamer op en koelt langzamer af dan land. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Land/zee verdeling 
In de zomer: relatief koele lucht
In de winder: relatief warme lucht

Soms krijgt Nederland ook een landwind of aflandige wind.
in de zomer: extra warm
in de winter: extra koud.

Slide 11 - Tekstslide

vochtige lucht waar veel neerslag uit valt. Ook kan een zee daar zorgen voor een koele wind in de zomer e een warme wind in de winter (zie figuur 2 in je leerboek). 
5. Wind- en zeestromen 
Systeem van wereldwijd bewegen van zeestromen. 
Twee factoren die de stroming gaande houden: temperatuur (thermo) en zoutgehalte (halien). 

Hoe kouder het oceaanwater, hoe hoger de dichtheid. Koud water zal zinken en warm water zal stijgen.
Hoe zouter het oceaanwater, hoe hoger de dichtheid. Zout water zal zinken en minder zout water zal stijgen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Wat: afmaken H1.1
Wie: Mag met een buur 
Hoe: Fluistertoon
Tijd: Rest van het lesuur 
Vraag?: Vraag aan je buur 
Klaar?: Lees alvast H1.2 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting les 
Aan het einde van deze les:
  • Weet je hoe een klimaatgrafiek moet aflezen.
  • Kan je het verschil tussen weer en klimaat uitleggen
  • Kan jij de 5 klimaatfactoren benoemen en uitleggen wat het is. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies