rekenen met verhoudingstabel

Wat gaan we leren! 
Ik kan een som uitrekenen met behulp van een verhoudingstabel!
13.1


1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we leren! 
Ik kan een som uitrekenen met behulp van een verhoudingstabel!
13.1


Slide 1 - Tekstslide

wat zijn verhoudingen?

Slide 2 - Woordweb

REKEN UIT
1) Als je 1 taart wilt bakken, heb je daar 3 eieren voor nodig.
Voor 2 taarten heb je dan…... eieren nodig.
2)Er passen 4 kinderen op een boot.
We zijn met 20 kinderen. Hoeveel boten hebben we nodig?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Als Daan bij zijn opa op bezoek gaat, moet hij 50 minuten fietsen. Opa woont 20 kilometer verderop.
Vandaag gaat Daan bij een vriend voetballen. Hij woont 12 kilometer bij hem vandaan. Hoe lang moet Daan fietsen?

Slide 6 - Tekstslide

Stap 1: Maak een plaatje 
Stap 2: Teken een lege verhoudingstabel



Slide 7 - Tekstslide

Ik kan een som uitrekenen met behulp van een verhoudingstabel.
Stap 3: Vul links de woorden of informatie in die je weet,
Stap 4: Vul de getallen in die je weet.

Slide 8 - Tekstslide

Ik kan een som uitrekenen met behulp van een verhoudingstabel.
Stap 5: Zet een pijl neer met informatie




Stap 6: Zet ook de pijl aan de onderkant neer

Slide 9 - Tekstslide

Ik kan een som uitrekenen met behulp van een verhoudingstabel.
Stap 7: Reken de som uit
Stap 8: Schrijf je antwoord op



Belangrijkste strategie bij een verhoudingstabel is:
Wat je boven doet, doe je onderaan ook!

Slide 10 - Tekstslide

Stap 1: Maak een plaatje
Stap 2: Teken een lege verhoudingstabel
Stap 3: Vul links de woorden of informatie in die je weet,
Stap 4: Vul de getallen in die je weet.
Stap 5: Zet een pijl neer met informatie
Stap 7: Reken de som uit
Stap 8: Schrijf je antwoord op!

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de strategie bij een verhoudingstabel!

Slide 12 - Open vraag

Jonathan gaat naar de bakker. 2 bruine broden wegen 800 gram. 
Hoeveel gram wegen 3 bruine broden?

Slide 13 - Tekstslide

Liz loopt de avondvierdaagse. 
De eerste avond loopt ze 2 kilometer. Daar doet ze 30 minuten over. Hoe lang doet Liz over een tocht van 7 kilometer als ze hetzelfde tempo blijft lopen?

Slide 14 - Tekstslide

Franse jam merk confiture kost per 400 gram €1,28
Nederlandse jam kost 300 gram €1,20

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Ik fiets 15 km per uur.
Hoe lang doe ik over 50 km


De prijs van 1 kilo appels is €2,80. Wat is de prijs van 3,5kg? 

Slide 17 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd!
- wat een verhoudingstabel is;
- hoe je een verhoudingstabel tekent;
- hoe je er eentje gebruikt om sommen uit te rekenen;
- welk handig stappenplan je daarbij gebruikt.

Slide 18 - Tekstslide