In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Pak je boeken erbij en log maar in.
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
terug kijken vorige les over 3.1
Uitleg 3.2
Aan de slag..
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Hoe ging het? Hoe komt dat?
Slide 4 - Open vraag
Waar gaan impulsen/seintjes naar toe?
A
spieren
B
zintuigen
C
hersenen
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel zintuigen heeft de mens?
A
5
B
4
C
3
D
6
Slide 6 - Quizvraag
Wie vangen de prikkels op?
A
zenuwen
B
zintuigen
C
ruggenmerg
D
hersenen
Slide 7 - Quizvraag
Oren, ogen, neus, mond, huid en tong zijn
A
Waarnemingen
B
prikkels
C
zintuigen
D
zenuwen
Slide 8 - Quizvraag
Het oog 3.2 (1)
Slide 9 - Tekstslide
leerdoel deze les
je leert de onderdelen van het oog
je leert hoe het oog werkt
Slide 10 - Tekstslide
wat zie je aan de buitenkant van je ogen
je ziet alleen het voorste deel van je oogbollen
Slide 11 - Tekstslide
• wenkbrauwen, oogleden en wimpers beschermen je ogen tegen stof en zweet
Slide 12 - Tekstslide
De iris en pupil
Slide 13 - Tekstslide
Hoe werken je ogen
3 lagen
buitenste laag: harde
oogvlies
middelste laag: vaatvlies
binnenste laag: netvlies
oog is opgevuld met het
glasachtig lichaam
Slide 14 - Tekstslide
rode ogen
op foto's zie je soms rode ogen, dit is het vaatvlies. Hier lopen veel bloedvaatjes doorheen.
Slide 15 - Tekstslide
oogspieren
• oogbollen zitten met spieren vast aan de oogkassen. • door de spieren kan je oog alle kanten opdraaien • oogkassen zijn opgevuld met vetweefsel, dit vet vormt een stootbuffer voor de oogbollen
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
De pupilreflex
Slide 18 - Tekstslide
Scherp zien
Je kan scherp zien doordat je je ooglens boller en platter kunt maken (= accomoderen).
Bol = dichtbij
Plat = veraf
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Een bril?
Korte oogbol = verziend = bolle lenzen bril (+)
Lange oogbol = bijziend = holle lenzen (-)
Slide 21 - Tekstslide
Diepte
Diepte zien, oftewel 3D zien, is nodig om afstanden in te schatten!