15.2 Gehoorzintuig

15.2 Gehoorzintuig
Voorkennisvragen
1. Wat is geluid?
2. Welk type receptoren heb je dus nodig om geluidprikkel om te zetten in een impuls?
3. Wat is de hoogste toon dat mensen kunnen horen?
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

15.2 Gehoorzintuig
Voorkennisvragen
1. Wat is geluid?
2. Welk type receptoren heb je dus nodig om geluidprikkel om te zetten in een impuls?
3. Wat is de hoogste toon dat mensen kunnen horen?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Hoe komt het dat alleen jongeren hele hoge tonen horen?

Slide 3 - Tekstslide

Inhoud hoofdstuk
14.1 Zintuigcellen (plus evenwichtszintuig)
15.2 Gehoorzintuig
15.3 Gezichtszintuig
15.4 Netvlies en de hersenen
15.5 Zintuigen en regeling

Slide 4 - Tekstslide

Doel 15.2
Je leert de bouw van het oor met de verschillende onderdelen
Je leert hoe de zintuigcellen in het oor geluiden opvangen en doorgeven
Je leert hoe we onderscheid maken tussen hoge en lage tonen en tussen harde en zachte tonen


Slide 5 - Tekstslide

Het gehoorzintuig (BINAS 87D)

Slide 6 - Tekstslide

Deel gaat via schedelbeenderen 

Slide 7 - Tekstslide

Slakkenhuis
Eigen frequentie
basilair membraan.

10000 Hz (hoge toon):
dichtbij in het slakkenhuis
400 Hz (lage toon):
ver in het slakkenhuis


Slide 8 - Tekstslide

Welke geluidsgolven komen aan het einde van het slakkenhuis?
A
zachte basmuziek
B
zacht stemgeluid
C
pistoolschot
D
rookalarm

Slide 9 - Quizvraag

Dwarsdoorsnede slakkenhuis

Slide 10 - Tekstslide

Depolarisatie door instroom K+ (!) in de zintuigcel door druk op de zintuigharen/ ciliën.

Slide 11 - Tekstslide

Endolymfe




Calciumpoort reageert op spanningsverschil



Blaasje met neurotransmitter

Perilymfe
Haarcel in orgaan van Corti




Depolarisatie







Gehoorzenuwcel

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Even reflectie:
1. Waar worden geluidstrillingen als eerst opgevangen door het oor? 
2. Hoe heet de vloeistof in de voorhoftrap en de trommelholtetrap?
3.  Hoe heet de vloeistof in de slakkengangtrap? 
4. Welke ionen vindt men veel van in vloeistof van vraag 3?
5. Beschrijf hoe een impuls ontstaat in de receptorcellen in het orgaan van Corti
6. Hoe maken je oren onderscheidt tussen een hoge en lage toon? 

Slide 14 - Tekstslide

Geluidsgolven vs impulsen
Hoge toon: hoge frequentie
Lage toon: lage frequentie
-> andere plek in het basilair membraan
-> andere zenuwcel


Slide 15 - Tekstslide

Geluidsgolven vs impulsen
Harde toon: grote amplitude
Zachte toon: kleine amplitude
Hoge/ lage frequentie impulsen door de zenuwcellen





Slide 16 - Tekstslide

Richting van het geluid






Snelheid van het geluid in lucht: +/- 340 m/s
Snelheid van het geluid in water: +/- 1500 m/s
Wat gebeurt er met je gehoor onder water?

Slide 17 - Tekstslide

Geluidssterkte
Wordt uitgedrukt in dB. Elke 10 dB erbij is 2 x zo hard.



Slide 18 - Tekstslide

Geluidssterkte

Slide 19 - Tekstslide

Gehoorbeschadiging

Slide 20 - Tekstslide

Gehoorbeschadiging

Slide 21 - Tekstslide

        H15.2 Gehoorzintuig





Hoe komt het dat alleen jongeren hele hoge tonen horen?

Slide 22 - Tekstslide

Doel 15.2
Je hebt de bouw van het oor met de verschillende onderdelen geleerd
Je hebt geleerd hoe de zintuigcellen in het oor geluiden opvangen en doorgeven
Je hebt geleerd hoe we onderscheid maken tussen hoge en lage tonen en tussen harde en zachte tonen


Slide 23 - Tekstslide

BINAS 15.2
BINAS 87D Gehoor en evenwicht

Slide 24 - Tekstslide

Begrippen 15.2
thalamus, toonhoogtes, haarcellen, mechanoreceptoren, buitenoor, oorschelp, hegoorgang, trommelvlies, middenoor, buis van eustachius, schedelbeenderen, gehoorbeentjes, hamer, aambeeld, stijgbeugel, binnenoor, slakkenhuis, ovale venster/ foramen ovale, ronde venster, endolymfe, perilymfe, basilair membraan, trillingsfrequentie, decibel, gehoorschade, ciliën

Slide 25 - Tekstslide