BVVJ 7.5 Voorplanting bij planten en dieren

KGT 7.5 Voortplanting bij dieren
BK 7.6 Voortplanting met bevruchting
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

KGT 7.5 Voortplanting bij dieren
BK 7.6 Voortplanting met bevruchting

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
  • Je kunt uitleggen dat bij bevruchting elk van de ouders de helft van de chromosomen levert.
  • Je weet wat inwendige en uitwendige bevruchting is.
  • Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.
  • Je weet dieren te noemen die eieren leggen met schaal, eieren in het water en dieren die drachtig zijn en melk geven.

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer spreken we bij zaadplanten van bevruchting
A
als een stuifmeelkorrel op een stamper van dezelfde bloemsoort komt
B
als de kern van een stuifmeelkorrel een buisje de stijl in laat groeien
C
als de kern van de stuifmeelkorrel en de kern van de eicel versmelten
D
als het zaadbeginsel is uitgegroeid tot een zaad dat weer in de grond gestopt wordt

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting
  • Bij geslachtelijke voortplanting versmelt de kern van een mannelijke geslachtscel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel.

Slide 5 - Tekstslide

Elke celkern bevat chromosomen 
Chromosomen zijn lange, dunne ‘draden’. 
Chromosomen bevatten de informatie voor de erfelijke eigenschappen.

Slide 6 - Tekstslide

De helft van de chromosomen in de bevruchte eicel komt van de moederplant en de helft van de vaderplant. 

Bij geslachtelijke voortplanting hebben de nakomelingen niet precies dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouders.

Slide 7 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting bij dieren
  • Bij alle dieren vindt geslachtelijke voortplanting plaats. 
  • De mannelijke geslachtscel bij dieren heet een zaadcel. 
  • De vrouwelijke geslachtscel bij dieren heet een eicel, net als bij planten.
  • Uit een bevruchte eicel kan door celdeling een nieuw dier groeien. 
  • De nakomelingen hebben dan niet precies dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouders 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Uitwendige bevruchting
Bij dieren die hun eieren in het water leggen, kan de bevruchting in het water plaatsvinden (buiten het lichaam).

Slide 10 - Tekstslide

Uitwendige bevruchting bij kikkers
Bij kikkers zit het mannetje tijdens de paring boven op het vrouwtje 
 Het mannetje geeft zaadcellen af net op het moment dat het vrouwtje eicellen afzet. De bevruchting vindt plaats in het water. Het mannetje kan wel enkele dagen op het vrouwtje blijven zitten.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Inwendige bevruchting
Bij insecten vindt de bevruchting meestal plaats in het lichaam van het vrouwtje. Dit noem je inwendige bevruchting. Na de bevruchting zet het vrouwelijke insect eitjes af. In de eitjes ontwikkelen zich larven. Ook bij vogels en zoogdieren vindt de bevruchting plaats in het lichaam van het vrouwtje.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Aan de slag
Maken en nakijken/ verbeteren
Voortplanting bij dieren

Slide 15 - Tekstslide

Doel van de les
  • Je kunt uitleggen dat bij bevruchting elk van de ouders de helft van de chromosomen levert.
  • Je weet wat inwendige en uitwendige bevruchting is.
  • Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.
  • Je weet dieren te noemen die eieren leggen met schaal, eieren in het water en dieren die drachtig zijn en melk geven.

Slide 16 - Tekstslide

De eicel van een tomaat heeft 6 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft een bevruchte eicel van een tomaat?
A
0
B
3
C
6
D
12

Slide 17 - Quizvraag

De cellen van een Russische paardenbloem hebben 32 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft een eicel?
A
8
B
16
C
32
D
64

Slide 18 - Quizvraag

Vrouwtjes vissen zetten eitjes af. Vervolgens bevrucht een mannetjes vis deze eitjes.
Wat voor een soort bevruchting is dit?
A
Uitwendige
B
Inwendige
C
Samensmelten

Slide 19 - Quizvraag

Bij welke soort vindt ongeslachtelijke voortplanting plaats?
A
aardbei
B
hond
C
kikker
D
Beuk

Slide 20 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van geslachtelijke voortplanting?
A
uitwendige bevruchting
B
bestuiving van planten
C
bevruchting van een plant
D
voortplanting van vogels

Slide 21 - Quizvraag


Hoe heet de mannelijke geslachtscel bij planten?


A
chromosoom
B
eicel
C
stuifmeelkorrel
D
zaadcel

Slide 22 - Quizvraag

Bij veel insecten vindt inwendige bevruchting plaats.
Wat voor een soort voortplanting is dit?
A
ongeslachtelijke voortplanting
B
geslachtelijke voortplanting

Slide 23 - Quizvraag

Bij welke soort vindt uitwendige bevruchting plaats?
A
hond
B
kat
C
kikker

Slide 24 - Quizvraag

Hoe heet de vrouwelijke geslachtscel bij dieren?
A
chromosoom
B
eicel
C
stuifmeelkorrel
D
zaadcel

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Afsluiten
Hoe ging de les
Huiswerk 7.5/7.6
Volgende keer: Oefenen voor de toets

Slide 28 - Tekstslide