BS6.5 - Voortplanting bij dieren

BS6.5 - Voortplanting bij dieren
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

BS6.5 - Voortplanting bij dieren

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Planning komende lessen
Ma 14/6 --> BS6.5
Vr 18/6 --> BS6.7 (& practicum bloem)
               --> Stripverhaal inleveren
Ma 21/6 --> Toets BS6.1 t/m BS5.6
Vr 22/6 --> Toets nabespreken
Spaarneweek

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. Je kunt uitleggen dat bij bevruchting elk van de ouders de helft van de chromosomen levert.
  2. Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.


Slide 5 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting
Bij geslachtelijke voortplanting versmelt de kern van een mannelijke geslachtscel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel. 

Bij zaadplanten zijn dat de kern van een stuifmeelkorrel en de kern van een eicel.

Slide 6 - Tekstslide

Elke celkern bevat chromosomen.

  • Chromosomen zijn lange, dunne ‘draden’. 
  • Chromosomen bevatten de informatie voor de erfelijke eigenschappen.

Slide 7 - Tekstslide

De helft van de chromosomen in de bevruchte eicel komt van de moederplant en de helft van de vaderplant. 

Bij geslachtelijke voortplanting hebben de nakomelingen niet precies dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouders.

Slide 8 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting bij dieren
Bij alle dieren vindt geslachtelijke voortplanting plaats. 
   - De mannelijke geslachtscel = zaadcel. 
   - De vrouwelijke geslachtscel = eicel (net als bij planten). 

Uit een bevruchte eicel kan een nieuw dier groeien. De nakomelingen hebben dan niet precies dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouders 

Slide 9 - Tekstslide

De bevruchte eicel groeit door celdeling.
Dit wordt de kiem (plant) of jong (dier).

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Vragen?

Slide 12 - Tekstslide

Bevruchting:
  • Uitwendige bevruchting
  • Inwendige bevruchting

Slide 13 - Tekstslide

Uitwendige bevruchting
Bij dieren die hun eieren in het water leggen, kan de bevruchting in het water plaatsvinden (buiten het lichaam). 

Bevruchting buiten het lichaam noem je uitwendige bevruchting.

Slide 14 - Tekstslide

Uitwendige bevruchting bij kikkers
Bij kikkers zit het mannetje tijdens de paring boven op het vrouwtje.

 Het mannetje geeft zaadcellen af nét op het moment dat het vrouwtje eicellen afzet. De bevruchting vindt plaats in het water. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Vragen?

Slide 17 - Tekstslide

Inwendige bevruchting
Bij insecten (en zoogdieren en vogels) vindt de bevruchting meestal plaats in het lichaam van het vrouwtje. Dit noem je inwendige bevruchting

Na de bevruchting zet het vrouwelijke insect eitjes af. In de eitjes ontwikkelen zich larven.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Vragen?

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!
Basis: opdracht 1 t/m 6
BS6.5: opdracht 1, 2, 4, 5 en 7 maken
- 5 min in stilte werken

- 5 min op fluistertoon
Klaar? Maak een samenvatting óf ga door met je stripverhaal

Slide 21 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. Je kunt uitleggen dat bij bevruchting elk van de ouders de helft van de chromosomen levert.
  2. Je kunt voorbeelden geven van geslachtelijke voortplanting.


Slide 22 - Tekstslide

De eicel van een tomaat heeft 6 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft een bevruchte eicel van een tomaat?
A
0
B
3
C
6
D
12

Slide 23 - Quizvraag

De cellen van een Russische paardenbloem hebben 32 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft een bevruchte eicel van een Russische paardenbloem?
A
8
B
16
C
32
D
64

Slide 24 - Quizvraag

Vrouwtjes vissen zetten eitjes af. Vervolgens bevrucht een mannetjes vis deze eitjes.
Wat voor een soort voortplanting is dit?
A
ongeslachtelijke voortplanting
B
geslachtelijke voortplanting
C
ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting

Slide 25 - Quizvraag

Bij welke soorten vindt geslachtelijke voortplanting plaats? ( meerdere mogelijk)
A
aardbei
B
hond
C
kikker
D
tulp

Slide 26 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van geslachtelijke voortplanting?
A
uitwendige bevruchting
B
bestuiving van planten
C
bevruchting van een plant
D
voortplanting van vogels

Slide 27 - Quizvraag


Hoe heet de mannelijke geslachtscel bij dieren?


A
chromosoom
B
eicel
C
stuifmeelkorrel
D
zaadcel

Slide 28 - Quizvraag

Bij veel insecten vindt inwendige bevruchting plaats.
Wat voor een soort voortplanting is dit?
A
ongeslachtelijke voortplanting
B
geslachtelijke voortplanting
C
ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting

Slide 29 - Quizvraag

Bij welke soort vindt uitwendige bevruchting plaats?
A
hond
B
kat
C
kikker

Slide 30 - Quizvraag

Hoe heet de vrouwelijke geslachtscel bij dieren?
A
chromosoom
B
eicel
C
stuifmeelkorrel
D
zaadcel

Slide 31 - Quizvraag

Vragen?

Slide 32 - Tekstslide

Tot vrijdag!

Slide 33 - Tekstslide