Transatlantische slavenhandel
Portugal, Frankrijk, Spanje, Engeland en Nederland handelen in de vijftiende eeuw al met West-Afrika in producten als goud en ivoor, voordat zij beginnen met de slavenhandel. De Portugezen bezitten veel grondgebied in Brazilië. In West-Afrika (Ghana) bezitten de Portugezen fort Elmina. Hier worden de tot slaaf gemaakte Afrikanen verkocht en naar Brazilië verscheept. De Portugezen verwerven zo veel welvaart.