In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je uitleggen wat er in de hersenen gebeurt bij Parkinson
Aan het eind van de les kun je minimaal 3 symptomen van Parkinson benoemen
Aan het eind van de les kun je minimaal 3 tips geven hoe je als helpende iemand met Parkinson kan ondersteunen
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je al over Parkinson?
Slide 3 - Woordweb
Ken jij iemand uit je omgeving met Parkinson? Wat merk je aan diegene?
Slide 4 - Woordweb
Waarom moet je als helpende kennis hebben over Parkinson?
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Wat is Parkinson?
Hersenziekte: hersencellen sterven af door een te kort aan het hormoon dopamine
Dopamine zorgt ervoor dat de hersencellen met elkaar kunnen samenwerken. Door een te kort aan dopamine kunnen ze niet meer samenwerken en sterven ze af
De ziekte verloopt zowel geleidelijk als progressief. Wat betekent progressief?
Slide 7 - Tekstslide
Wat is de oorzaak?
Oorzaak is nog niet bekend en wordt nog onderzocht. Wel denken ze dat er een verband is met:
Leeftijd (ouder worden van de hersenen), in aanmerking komen met giftige stoffen en erfelijkheid
De ziekte begint meestal tussen het 50e en 60e levensjaar
De ziekte kan niet vertraagd worden en is ook niet te genezen
Slide 8 - Tekstslide
Symptomen
Trillen en beven (tremor)
Trager worden van bewegingen
Stijfheid van de spieren
Houdings- en evenwichtsproblemen
Trager denken
Obstipatie (verstopping)
Stemmingsproblemen
Slide 9 - Tekstslide
Behandeling
Parkinson is niet te genezen
Er zijn ook geen medicijnen om de ziekte te vertragen
Er zijn wel medicijnen die ervoor zorgen dat iemand zich beter kan bewegen en minder last heeft van het trillen
Slide 10 - Tekstslide
Welke uitdagingen zouden mensen met Parkinson kunnen hebben?
Slide 11 - Tekstslide
Hoe kun je als helpende ondersteunen?
Helpen bij ADL zoals wassen en aan- en uitkleden
Ondersteunen bij beweging zoals uit bed halen, bij opstaan en lopen
Langzaam en duidelijk praten. Mensen met Parkinson hebben meestal langer de tijd nodig om de informatie te verwerken
Structuur bieden (vaste dagplanning)
Luisterend oor, begrip tonen en geruststellen
Slide 12 - Tekstslide
Voeding bij Parkinson
Mensen met Parkinson kunnen last krijgen van een verminderde eetlust, obstipatie en kauw- en slikproblemen
Niet te grote en of harde stukken i.v.m. verslikkingsgevaar
Gezonde voeding zoals? ..
Voldoende beweging!
NO STRESS! Stress kan de klachten verergeren
Slide 13 - Tekstslide
Wat gebeurt er in de hersenen bij Parkinson?
Slide 14 - Open vraag
Welk hormoon is er tekort bij Parkinson?
A
Dopamine
B
Insuline
C
Cortisol
D
Adrenaline
Slide 15 - Quizvraag
Parkinson kan zowel geleidelijk als progressief verlopen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quizvraag
De ziekte kan vertraagd worden met medicatie, maar kan niet genezen worden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
Noem minimaal twee symptomen op van Parkinson
Slide 18 - Woordweb
Noem twee tips hoe je als helpende iemand met Parkinson kan ondersteunen