Onderdeel 3 Cursus 1 Paragraaf 1 Synoniem, omschrijving en voorbeeld

Onderdeel 3 Cursus 1 Paragraaf 1 Synoniem, omschrijving en voorbeeld
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Onderdeel 3 Cursus 1 Paragraaf 1 Synoniem, omschrijving en voorbeeld

Slide 1 - Tekstslide

Start van de les!
Bij de start van de les heb je op tafel:
- Je boek Nieuw Nederlands (blz. 10 t/m 14)
- Je schrift 
- Je pen/etui


timer
1:30

Slide 2 - Tekstslide

Doelstellingen:
  • Je leert de betekenis van onbekende woorden in een tekst ontdekken door woordraadstrategieën te gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat doe je als je een onbekend woord tegenkomt?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Link

3 manieren om een de betekenis van een moeilijk woord te vinden:
  • Een synoniem zoeken
  • Een omschrijving  zoeken
  • Een voorbeeld zoeken 

Slide 7 - Tekstslide

Zo zoek je een synoniem:
Sommige woorden hebben ongeveer dezelfde betekenis. Deze woorden noem je synoniemen. Zo is trottoir een synoniem van stoep.

Kijk of in dezelfde zin een synoniem staat. Zo niet, lees dan ook de zin voor het moeilijke woord en de zin erna. Bij een synoniem gaat het om één woord dat dezelfde betekenis heeft als het onbekende woord.
- Amin transpireert in de zon. Hij rent over het voetbalveld en zweet enorm.


Slide 8 - Tekstslide

Zo zoek je een omschrijving:
In een tekst kan ook een omschrijving van een moeilijk woord staan. Een omschrijving is een uitleg van een onbekend woord. Let op: bij een omschrijving worden meer woorden gebruikt en bij een synoniem wordt maar één woord gebruikt.
- Lotte houdt de waarheid hardnekkig vol, ze houdt vast aan wat ze gezegd heeft.

Omschrijvingen staan vaak tussen haakjes of tussen komma’s in dezelfde zin of in de zin ervoor of erna:
- Hidde werkt in de akkerbouw, een vorm van landbouw, waar hij mais en suikerbieten kweekt.


Slide 9 - Tekstslide

Zo zoek je een voorbeeld:
Soms kun je moeilijke woorden begrijpen door de voorbeelden die genoemd worden:
- Yoesra verzamelt haar tekengerei (potloden, wasco en stiften) om verder te werken aan haar kunstwerk.

Er komt vaak een voorbeeld na de volgende woorden: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van.
- In het ziekenhuis werken veel specialisten, bijvoorbeeld een oogarts en een chirurg.


Voorbeelden staan vaak na een dubbele punt, tussen haakjes of tussen komma’s.
- Tijdens biologie hadden we het over het gebruik van onze zintuigen: zien, horen, proeven, voelen en ruiken.


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
Boek: opdracht 1 t/m 6 (blz. 10 t/m 14)

Niet af? Dan is het huiswerk!

Ben je klaar? Extra oefenen (online)
--> Ga naar www.lessonup.app
--> Log in als leerlingen
--> De les staat klaar in Onderdeel 3

timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Volgende les
  • Huiswerk controleren
  • Herhaling theorie
  • Nakijken opdracht 2 t/m 5
  • Bespreken opdracht 6 
  • Maken opdracht 7

Slide 13 - Tekstslide

Op welke 3 manieren kun je de betekenis van een woord uit de tekst halen?

Slide 14 - Open vraag

Vond je deze paragraaf moeilijk of makkelijk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Waarom vind je dat?

Slide 16 - Open vraag

Vragen?

Slide 17 - Open vraag