Paragraaf 4 - Het klimaat in Nederland

H3 - paragraaf 4
Het klimaat in Nederland
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

H3 - paragraaf 4
Het klimaat in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- Uitleggen hoe windrichting ons weer beïnvloed
- Uitleggen waarom het in de zomer koeler is dan Duitsland en in de winter warmer
- Uitleggen hoe het klimaat veranderd door de mens

Slide 2 - Tekstslide

Ander klimaat
Door de invloed van de zee kunnen gebieden op dezelfde breedte toch een ander klimaat hebben:
  • Amsterdam: zeeklimaat
  • Saratov: landklimaat

Slide 3 - Tekstslide

Het zeewater doet er lang over om op te warmen en af te koelen.  

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

De zee zorgt voor...
  • Zachte winters: de zee warmt het land op
  • Koele zomers: de zee koelt het land af

Slide 6 - Tekstslide

Nederland heeft een ............. klimaat
A
Poolklimaat
B
Landklimaat
C
Zeeklimaat
D
Tropisch klimaat

Slide 7 - Quizvraag

Wat warmt eerder op in de zomer?
A
Zee
B
Land

Slide 8 - Quizvraag

In de winter is de zee kouder dan het land.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Wat koelt eerder af in de winter?
A
Land
B
Zee

Slide 10 - Quizvraag

Als je van Nederland naar Noorwegen vliegt, wordt het kouder.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Wanneer landijs smelt, stroomt er ........
in de zee.

A
Extra water
B
Geen water

Slide 13 - Quizvraag

Op Groenland is de klimaatverandering al duidelijk
zichtbaar.
Wat valt op? Meerdere antwoorden zijn goed.
A
De winters worden kouder
B
De gletsjers smelten
C
De temperatuur stijgt
D
Het ijsoppervlak wordt groter

Slide 14 - Quizvraag

Hierdoor ......... de zeespiegel.
A
Stijgt
B
Daalt

Slide 15 - Quizvraag

Wanneer zeeijs smelt neemt het weer het volume van water aan, dit heeft ...... invloed op de zeespiegel.
A
Wel
B
Geen

Slide 16 - Quizvraag

Maken


Maken werkboek 3.4
1, 2, 4, 6 en 7

Slide 17 - Tekstslide