Aan de slag met Executieve Functies

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

2 min
Druk: Beslissingen, samenwerken, opdrachten.
Aansturen gedrag vanuit onze hersenen (prefrontale cortex)
EF zijn processen in het brein die gedrag aansturen. Soort dirigent.
EF niet te zien, wel het gedrag dat daaruit vooruit komt.
11 EF's.....ieder met een belangrijke functie.
Tot ongeveer 30 jaar ontwikkelen. Daarom op jonge leeftijd sturen van gedrag niet altijd makkelijk.
Het kennen van de EF en jouw eigen profiel helpt jou om jouw schooltijd beter door te komen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfregulatie

Slide 7 - Tekstslide

7. Emotieregulatie 
  • emotie en gedrag kunnen controleren
  • leren omgaan met tegenslagen of teleurstellingen
  • rustig kunnen blijven
Balans hierin is belangrijk: alles inhouden is ook niet goed.

Waar sta jij?
ik begrijp achteraf waarom een bepaalde opdracht of toets niet zo goed ging.
Altijd
Meestal wel
Soms
Nooit

Slide 8 - Poll

Denk hierbij aan: te weinig gedaan, te veel afleiding, omstandigheden tijdens toets, verkeerd geleerd, stof anders begrepen, weinig in lessen geweest etc.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Organisatie & netheid

Slide 10 - Tekstslide

2. Organisatie
  • informatie en materialen kunnen ordenen volgens een bepaald systeem
  • weten waar alles staat (opgeslagen)
  • goed kunnen opruimen
Bijvoorbeeld: Opruimen, voorbereiden van spullen. Maar ook logisch ordenen van informatie in een werkstuk, zodat je het later terugvindt.
Waar sta jij?
Mijn spullen hebben een vaste plek, zodat ik er niet eerst naar hoef te zoeken.
Altijd
Meestal
Soms
Nooit

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandacht bij leren 

Slide 13 - Tekstslide

8.  Volgehouden aandacht
  • aandachtig blijven
  • afleiding negeren
  • langere concentratie kunnen afdwingen bij jezelf
Focus houden ondanks afleiding, moeheid of verveling.
Bijvoorbeeld als de taak lang duurt, je een appje krijgt, je moe bent.....

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning & timemanagement

Slide 15 - Tekstslide

4. Planning/prioritering
  • plan bedenken om doel te bereiken, prioriteren, volgorde bepalen. 
  • bedenken wat je nodig hebt voor je werk en dat verzamelen voordag je begint.
Belangrijk bij grotere projecten, zoals een feest. Maar ook koken, huiswerk maken . 

Wat helpt jou om goed te plannen?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen stellen & doorzetten

Slide 18 - Tekstslide

11. Doelgericht gedrag
  • je eigen doelen kunnen bepalen
  • je eigen doelen kunnen behalen
  • doorzetten 
Dus: doel formuleren en realiseren, ernaar toe werken. Niet opgeven. 
Waar sta jij?
Het lukt mij altijd om deadlines te halen
Altijd
Meestal
Soms
Nooit

Slide 19 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfinzicht

Hoe pak ik het aan?

Wat werkt wel 
& wat niet?

Slide 21 - Tekstslide

Goed  om jezelf te kennen. Wat werkt voor jou en wat niet. En om dit te bespreken met ouders, vrienden en docenten. Hoe kunnen zij jou helpen of juist laten?

PROCES: niet vaststaand, want je verandert door de tijd heen.
Een proces van evalueren.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Initieatief bij leren

Slide 23 - Tekstslide

9. Taakinitiatie
  • op tijd en efficiënt aan een taak beginnen
  • een goede werkplek kunnen vinden / creëren
Dus: aan de slag gaan en niet eerst 100 andere dingen die geen prioriteit hebben
Deze taak stel 
ik het langste uit:

Slide 24 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw grootste afleiders?

Slide 25 - Woordweb

voor de hand liggend: mobiel, internet, muziek

denk ook aan: bewegingsbehoefte, zithouding, gedachtes, moeheid, omgeving, mensen 
Waar sta jij?
ik begrijp achteraf waarom een toets niet zo goed ging.
Altijd
Meestal wel
Soms
Nooit

Slide 26 - Poll

Denk hierbij aan: te weinig gedaan, te veel afleiding, omstandigheden tijdens toets, verkeerd geleerd, stof anders begrepen, weinig in lessen geweest etc.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Flexibiliteit bij leren

Slide 28 - Tekstslide

10. Flexibiliteit 
  • flexibel omgaan met veranderingen of tegenslag
  • nieuwe informatie gebruiken
  • fouten herstellen
  • tegen iets onverwachts kunnen en niet in paniek raken bij iets onverwachts
  • zich kunnen aanpassen aan ideeën van anderen
Dus: doorgaan ook bij tegenslag, doelen bijstellen, een andere manier kiezen om iets op te lossen, opnieuw beginnen. Levert vaak frustratie en ruzie op.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Impulssontrole

Slide 30 - Tekstslide

6. Reactie-inhibitie
  • goed nadenken voordat je iets doet of zegt
  • je goed kunnen inhouden of stoppen als het nodig is
 Bijvoorbeeld niet zomaar opstaan, even wachten met reageren etc

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar gebruik jij je Werkgeheugen bij?

Slide 32 - Woordweb

Denk even aan jouw dagelijks leven. Waar gebruik jij je werkgeheugen bij? Wees niet te kritisch, loop door de dag en voordat je aan het ontbijt zit, heb je het werkgeheugen al heeeeel veel gebruikt.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies