9.2 Goed geregeld les 2 VWO 2 2024

VWO 2
9.2 De lever les 2
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

VWO 2
9.2 De lever les 2

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag:
- Herhaling vorige week (o.a glucose-wipwap).
- Nieuwe uitleg resterende deel paragraaf 9.2
- Gelegenheid tot vragen stellen.
- Opdracht mindmap + HW check

Slide 2 - Tekstslide

Korte check van vorige week
Wat weten we o.a. nog van de glucose wip/wap?
(aantal vragen zijn hetzelfde als vorige week)

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de graadmeter van je lichaam?

Slide 4 - Open vraag

Wat is een andere benaming voor 'hormonen'?

Slide 5 - Open vraag

Zuurstof gaat hier de lever in
Veel voedingsstoffen komen de lever binnen
Hier mondt de galgang in uit
Bloed stroomt de lever uit
Poortader
Leverader
Leverslagader
Twaalfvingerige darm

Slide 6 - Sleepvraag

In welke 4 hoofdprocessen kun je de ongeveer 500 functies van de lever onderverdelen?

Slide 7 - Open vraag

Om je glucose hoeveelheid te regelen werkt je lever samen met een ander orgaan. Welk orgaan is dit?
A
Galblaas
B
Dunne darm
C
Alvleesklier
D
Maag

Slide 8 - Quizvraag

Glucose wordt in het menselijk lichaam niet als losse glucose opgeslagen maar als...

Slide 9 - Open vraag

Welke 2 hormonen regelen de glucose huishouding in het lichaam?

Slide 10 - Open vraag

Als de glucoseconcentratie in je bloed te laag is, wordt....
A
minder glucagon afgegeven en minder insuline afgegeven
B
meer glucagon afgegeven en minder insuline afgegeven
C
minder glucagon afgegeven en meer insuline afgegeven
D
meer glucagon afgegeven en meer insuline afgegeven

Slide 11 - Quizvraag

Voorkennis nieuwe stof:
Als je diabetes hebt wordt dit niet gemaakt?
A
Glucagon
B
Insuline
C
Glucose
D
Hormonen

Slide 12 - Quizvraag

Suikerziekte / diabetes 
  • Type 1: te weinig of geen insuline aangemaakt.
      - Cellen eilandjes Langerhans werken niet (goed).
  • Type 2: cellen ongevoelig voor insuline.
      - Hormoon werkt niet goed meer.
  • Te veel glucose.
  • Nieren filteren glucose eruit → urine.
  • Tussendoor glucosetekort → moe, flauwvallen.

  • Hyper = bij teveel glucose in het bloed.
     Hypo = bij te weinig suiker in het bloed

Slide 13 - Tekstslide

Wie heeft diabetes?
Michel of Monique?
A
Michel
B
Monique

Slide 14 - Quizvraag

Afvoer: 
  • Afbraak rode bloedcellen in milt.

  • Bilirubine (gele stof) uit afbraak hemoglobine.

  • Bilirubine in lever gemengd met gal.
     (zorgt voor kleur ontlasting).

Slide 15 - Tekstslide

Welke stoffen kan een lever opbouwen en omzetten?
A
aminozuur naar eiwit ijzer naar rode bloedcel
B
aminozuur naar eiwit glucose naar vet
C
aminozuur naar eiwit alcohol naar glucose
D
aminozuur naar eiwit gal naar hemoglobine

Slide 16 - Quizvraag

Opbouwen en omzetten:
  • Eiwitten (maag) → aminozuren (lever) → nieuwe eiwitten.
     (aminozuur is bouwsteen eiwit)
  • Teveel aan glucose → vet.
  • Vet → cholesterol.


  • Verstopte bloedvaten
    (hartinfarct/beroerte/atherosclerose

Slide 17 - Tekstslide

Het volgende proces is 'afbraak'.

Waarom is het goed en handig dat je lichaam giftige stoffen (alcohol, medicatie etc.) kan afbreken?

Slide 18 - Open vraag

Afbreken:
  • Giftige stoffen: alcohol, drugs, medicijnen
      (tijdelijke effecten).

  • Teveel aan aminozuren afbreken → ureum.

  • Ureum → uitscheidingsstelsel → nieren.

Slide 19 - Tekstslide

De nieren
  • Bron 10 blz. 83 KK!
  • Nefronen in de nieren filteren/zuiveren bloed:
     - giftige stoffen: ureum
     - afbraakproducten: alcohol/medicatie
     - zouten en vitaminen
     - overbodige stoffen: kleurstoffen

Slide 20 - Tekstslide

Werking nieren
  1. Nierslagader – nefronen in niermerg met kluwen haarvaten.
  2. Haarvaten als filter – bloeddruk drukt bloedplasma uit haarvat = filtratie 
  3. Voorurine ontstaat (water/zouten/glucose+ afvalstoffen.
  4. Voorurine in nierkanaaltje – resorptie stoffen (glucose/deel zouten / osmose water) weer terug in bloed.
  5.  Urine blijft over  – verzamelbuisje – nierbekken – urineleiders – blaas – urinebuis.

LR Bron 11 en 12 blz. 84 KK.

Slide 21 - Tekstslide

En nu?

Nog vragen?

- Opdracht mindmap (zie volgende dia)
- HW check

Slide 22 - Tekstslide

Check Mindmap
  • Maak een mindmap van  paragraaf 9.2
  • Neem de lever als middelpunt
  • Zorg dat alle processen, bloedvaten, hormonen etc, verwerk zijn in je mindmap.
  • Je mag dit online doen of op papier
  • Maak hiervan een screenshot/foto
      (plak hem desnoods in een bestand en sla hem op als pdf).
  • Je bestandje of de link lever je in via opdrachten bij magister (dus niet delen/mailen oid)
      + op papier.
  • Inleveren: datum volgt
Cijfer telt 1x

Slide 23 - Tekstslide