Les 4. Christelijke Perspectieven onderzoeken

• Godsdienst
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Christelijke perspectieven onderzoeken

Opdracht vorige week

Uitzoeken:

Maak nu de opdracht: Kerken in Huizen.

Zie de opdracht in Classroom. Lever hem daar ook weer in aan einde van de les.

Wat hebben jullie gevonden?

Christelijke
stromingen in
en om Huizen

Laat leerlingen hier de stromingen invullen die ze hebben gevonden in Huizen en omgeving.

En laat ze daarna ook korte beschrijvingen voorlezen van stromingen. 

Heb je nu een idee wat de mensen geloven of vinden die tot een van deze stromingen behoren?

Hoe kom je daar achter?

Daarvoor moet je onderzoek doen. 

We hebben de website bekekenen, maar dat is onvoldoende.

Er is niet voldoende goed videomateriaal om hier achter te komen.

Dus: mensen bevragen om hen te begrijpen. 

We gaan met elkaar uitzoeken, door interviews:

1. Waarin lijken en verschillen christenen van verschillende stromingen van elkaar?
   
2. Welke christelijke perspectieven zijn er op een ethisch maatschappelijk thema?

Hoe gaan we dit doen?

Deze week 40:

- Richtlijnen interview. 

- Bedenken wie jullie gaan interviewen en tot welke kerk/stroming diegene behoort. 

- Iedereen bedenkt interview vragen. 

- Selecteren gezamenlijk 6.

Volgende week 41:

- Verdieping ethisch onderwerp (allemaal samen)

- Tweede deel interview opzet schrijven over ethisch onderwerp.

- Interview technieken.

Week 42:

- Vergelijken van je interview met ander groepje. 

- Reflectie schrijven op beide interviews over overeenkomsten, verschillen, eigen standpunten.

Tussen les week 41 en week 42:

Interview uitvoeren.

Richtlijnen interview

- Je interviewt als tweetal een volwassene.

- Het interview duurt minimaal een half uur en maximaal een uur. 

- Je vraagt of je het interview mag opnemen, zodat je het later kunt terugluisteren en je niks vergeet.

- Je stel minimaal 3 vragen over de kerk waar diegene toe behoort. 

- Je stelt minimaal 4 vragen over de christelijke stroming waar diegene toe behoort. 

- Je stelt 

Wat ga je nu doen?

• Je gaat bedenken wie je gaat interviewen. Je
• Je neemt hierin alvast de vragen op die we vorige week hebben bedacht (staan in Classroom).
• Je bedenkt als tweetal 2 geschikte vragen over iemands geloof: wat gelooft hij/zij?
• Je bedenkt als tweetal 2 geschikte vragen over religieus leven: wat doet hij/zij?
• Je bedenkt als tweetal 2 geschikte vragen over het ethisch maatschappelijk thema: hoe denkt hij/zij hierover?

Je maakt dus nu 6 vragen.

Waar kun je rekening mee houden:

• hoe leid je de vraag in als hij erg gevoelig is voor de persoon in kwestie?
• kun je je vraag open formuleren, zodat hij niet met ja/nee te beantwoorden is?
• is je vraag niet te vaag: snapt diegene wat je bedoelt?
• heb je niet per ongeluk twee vragen in een vraag gestopt?
• kun je alvast een subvraag bedenken, om door te vragen?

Kunnen we komen tot 6 vragen die iedereen gaat stellen?

Door kijken of er mensen zijn met erg vergelijkbare vragen.

Door te stemmen.

Vragen over stroming

Laat elk groepje hier hun beste vraag invoeren, waarvan ze graag willen dat die gesteld wordt.

Op bord de vragen bijhouden die echt in het interview gesteld gaan worden door iedereen? Op bord de vragen bijhouden die echt in het interview gesteld gaan worden door iedereen? Laten noteren in hun schrift.