In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Hst 4 Het weer, wat is luchtdruk
Slide 1 - Tekstslide
Atmosferisch druk
Wordt ook luchtdruk genoemd
Alle lucht die boven je is.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Luchtdruk
in dampkring zit lucht, deze wordt ook door de aarde aangetrokken.
daardoor wordt op iedere vierkante centimeter een druk uitgeoefend van 10 N
druk van de lucht is dus 10 N/cm2
Slide 4 - Tekstslide
Luchtdruk
druk op oppervlakte van 1 m2 is 100.000 N
1 Pa = 1 N/m2
Pa staat voor Pascal, eenheid van luchtdruk
100 Pa = 1 hPa
hectoPascal (hPa) is de eenheid die gebruikt wordt door meteorologen
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Hoe kan het dat hoger in de atmosfeer een lagere luchtdruk is?
A
er drukt meer lucht op 1 cm2
B
er drukt minder lucht op 1 cm2
Slide 7 - Quizvraag
druk / hoogte
moleculen / hoogte
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Luchtdruk
990 hPa = 80% kans op regen 1000 hPa = 70% kans op regen 1010 hPa = 40% kans op regen 1020hPa = 20% kans op regen 1030 hPa = 10% kans op regen Hoge luchtdruk = goed weer lage luchtdruk = slecht weer
Slide 10 - Tekstslide
Barometer
Laat de plaatselijke luchtdruk zien
Gemiddelde druk op zeeniveau 1013 hPa
kan gemeten worden tussen tussen de 970 en 1050 hPa
Slide 11 - Tekstslide
Werking barometer
in metalen doosje (wit op plaatje) is een erg lage luchtdruk
doosje wordt door luchtdruk ingedrukt
hoe verder ingedrukt, hoe hoger de luchtdruk in de buitenlucht
Slide 12 - Tekstslide
Hoe hoger, hoe minder luchtdruk
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Zijaanzicht luchtdruk
Slide 15 - Tekstslide
Punten met een gelijke luchtdruk heten:
A
Isobaren
B
Isothermen
C
Isotopen
D
Isostaren
Slide 16 - Quizvraag
Bij een hoge druk gebied hebben we
A
Nat en koud weer
B
Stabiel en nat weer
C
Nat en warm weer
D
Stabiel en droog weer
Slide 17 - Quizvraag
Wind waait van
A
Hoge druk naar lage druk
B
Lage druk naar hoge druk
C
Koud en nat weer
D
Warm en droog
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Video
Lees paragraaf 4.1 eens goed door
Maak vervolgens de eerste 4 opdrachten van 4.1
Is niet heel veel werk, maar neem daarom ook de moeite de theorie door te lezen.