4K_Thema 12| bs. 2 De bloedsomloop en de bloedvaten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

12.2 De bloedsomloop en de bloedvaten

Leerdoelen 12.2 

12.2.1 Je kunt in de dubbele bloedsomloop van de mens de kleine en de grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

12.2.2 Je kunt de drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.

12.2.3 Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen en je kunt de samenstelling van het bloed daarin aangeven.

Planning

10 min: Wat weet je nog? Quiz

25 min: Uitleg of zelf aan de slag

10 min: Opnieuw de quiz om te controleren

Wat weet je nog?

De grote bloedsomloop is de weg ...

1. hart - hele lichaam - hart
2. hart - longen - hart
3. hart - hersenen - hart

Wat is de functie van de grote bloedsomloop?

1. Het ophalen van koolstofdioxide en het brengen van afvalstoffen.
2. Het brengen van koolstofdioxide en het ophalen van zuurstof.
3. Het ophalen van afvalstoffen en het brengen van zuurstof.
4. Het ophalen van zuurstof en het brengen van afvalstoffen.

Wat is de functie van de kleine bloedsomloop?

1. Zuurstof brengen naar de rest van het lichaam
2. Zuurstof ophalen bij de longen
3. De hersenen van zuurstof voorzien
4. Zuurstof uit de lucht halen

De hartkleppen zorgen ervoor dat bloed

1. sneller stroomt
2. niet terugstroomt in de boezems
3. niet terugstroomt in de kamers
4. langzamer stroomt

Tekst

Slagaders

Haarvaten

Aders

Gespierde wand

1 cellaag dik

'Dunne' wand, weinig gespierd

Vervoert bloed 

van hart af

Heeft kleppen

Hier is gaswisseling

Wat wordt aangegeven met 14 in de afbeelding?

1. Leverslagader
2. Leverader
3. Nierslagader
4. Nierader

Bij een dubbele bloedsomloop gaat het bloed.......

1. 2x door de longen
2. 2x door het hart
3. 2x door alle organen

	Van	Naar
Slagader
Ader

Hart

Hart

Orgaan

Orgaan

2 opties

Weet je alles nog best goed?

1. Je gaat zelfstandig aan de slag met de opgaven van 12.2

Nog uitleg nodig?

2. Luister mee en maak daarna de quiz beter dan de eerste keer.

kleine bloedsomloop

grote bloedsomloop

Mensen hebben een dubbele bloedsomloop (bloed 2x door hart)

3 typen bloedvaten

Slagaders

• Meestal zuurstofrijk bloed (behalve de longslagader!)
• Bloed stroomt van het hart af, naar de organen toe
• Dikke, elastische wand
• Bloeddruk is hoog  *voel
• Liggen diep in het lichaam

Aders

• Meestal zuurstofarm (behalve longader!)
• Bloed stroomt van organen af, naar het hart toe
  
• Bloeddruk is laag
• Geen hartslag te voelen
• Op veel plaatsen kleppen

Haarvaten

• Hebben één cellaag dikke wand

• Er vindt uitwisseling plaats van voedingsstoffen en afvalstoffen (CO2) 

Naamgeving 

De slagaders zijn vernoemd naar het gebied/orgaan waar ze  bloed naar toe brengen.

 

De aders zijn vernoemd naar het gebied/orgaan waar ze vandaan komen.

Uitzonderingen

Aorta: Grote slagader die zuurstofrijk bloed verspreid door lichaam

Bovenste holle ader: zuurstofarm bloed vanaf de bovenkant van het lichaam stroomt via hier naar het hart

Onderste holle ader: zuurstofarm bloed vanaf de onderkant van het lichaam stroomt via hier naar het hart

De poortader

De poortader is ook een uitzondering. 

De poortader= zuurstofarm 

Vervoert bloed van de darmwand naar de lever, zodat de lever de glucose gehalte kan regelen.

Huiswerk

Lees en maak 

12.2 De bloedsomloop en bloedvaten