3/3 1h3 zke

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

le 3 mars - 1H3 - ZKE

C

Le planning

Deze les

- check hw 

- bron D - grammaire - passé composé 

Vorige les: Bron A

Doel van deze les: 

- ik weet hoe ik een passé composé maak

- ik ken Franse woorden die te maken hebben met vrienden en activiteiten

Chapitre 5 is boek B

Ff checken...

- ex. 5, 6

- 7b samen

- vragenhalfuurtje maandag 14:00 ---> is dit nog gewenst?

Chapitre 5 - bron C - passé composé 

Wat weten jullie over de voltooide tijd? Vul in wat in je opkomt

Voltooide tijd =

Passé Composé

Ik heb gedanst = J'ai dansé

Passé composé bestaat uit:

1. een vorm van AVOIR (=hebben)

   2. een voltooid deelwoord

Geef de juiste vorm van AVOIR:
Nous .....…... parlé.

1. sommes
2. avons
3. ai
4. ont

Geef de juiste vorm van AVOIR:
Vanessa ...….... parlé

1. ai
2. as
3. a
4. avons

Je hebt dus het rijtje van AVOIR weer nodig!
Geef z.s.m. het rijtje van AVOIR weer.

Het voltooid deelwoord/participe passé

Het voltooid deelwoord van een regelmatig werkwoord op 

-ER, eindigt altijd op " É "                zoals parlER --> parlÉ

 J'ai parlé (parler = praten)               = Ik heb gepraat 

 On a chanté (chanter = zingen)    = We hebben gezongen

Nous avons mangé (manger = eten) = Wij hebben gegeten                                  

N'oublie pas: 

Passé composé bestaat ALTIJD uit een hulpwerkwoord ÈN een voltooid deelwoord!!!

Pas op! Hou altijd het hulpwerkwoord en het voltooid deelwoord bij elkaar! (net als in het Engels)

Bijvoorbeeld: Ik heb een hamburger gegeten = J'ai mangé un hamburger.

Samenvatting:

Hulpwerkwoord + voltooid deelwoord

Het hulpwerkwoord is een vorm van AVOIR

DAN komt er een voltooid deelwoord!! 

Nous avons joué.

Wij hebben gespeeld.

Regardez bien!!!

Le chien a mangé une glace.

1. De hond eet een ijsje.
2. De hond at een ijsje.
3. De hond heeft een ijsje gegeten.
4. De hond had een hoed op.

Hij heeft gepraat

1. Il a parlé
2. Ils ont parlé
3. Elle a parlé
4. Nous avons parlé

De hond heeft gedanst

1. Le chien a danse
2. Le chien ont dansé
3. Le chien dansé
4. Le chien a dansé

Vertaal:
Vous avez dansé

Ik heb in Groningen gewoond.

1. J'ai habite à Groningue.
2. J'ai habité à Groningue.
3. Je suis habité à Groningue.
4. Je suis habite à Groningue.

Waaruit bestaat de Passé Composé?

Geef aan of je zelfstandig verder kunt werken of dat je nog hulp nodig denkt te hebben. Vul in : ZELF of HULP

Voor extra uitleg:

- Ga naar Grandes Lignes/Chapitre 5/Naslag/Grammaire D

of

- Luister naar deze uitleg: 

Au travail !

1. Fais ex. 9a, 12a, 16, 17 via Grandes Lignes online

2. Apprends le verbe avoir + zinnen van AB

Aan de slag in willekeurige tweetallen. Ik ben beschikbaar voor vragen.

Je krijgt de tijd tot 5 minuten voor het eind van de les (10:25)

Welke Franse woorden over vrienden en activiteiten tijd ken jij nu (na deze les) al?

Hoe maak je een passé composé?

Les devoirs pour lundi 8/3

- Fais bron A ex. 9a, 12a, 16, 17

- Apprends le verbe avoir + phrases-clés van voca AB

hw volgende keer: 18 (met mijn uitleg) + monoloog + francofolies soiree ciné tijdens les