Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Maatwerk V2 9.2.2021, Modalwv, sterke ww tt, Der-gruppe
Willkommen!
Frau Rörig
1 / 52
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
52 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Willkommen!
Frau Rörig
Slide 1 - Tekstslide
classroom hzoe7tu
Komende weken: meet in classroom gebruiken!
Slide 2 - Tekstslide
Programm Dienstag, 9.2.2021
Fragen? Wünsche?
Wiederholen modale hulpwerkwoorden -
möchten
sterke ww
der - groep
Slide 3 - Tekstslide
Deutsche Buchstaben
ß alt gr + s
ü, ä, ö shift " dan u,a of o
Ü, Ä, Ö shift " dan shift u, a of o
Slide 4 - Tekstslide
ß
Slide 5 - Open vraag
ö
Slide 6 - Open vraag
Modalverben
Slide 7 - Tekstslide
MODALE HULPWERKWOORDEN
dürfen
können
mögen
möchten
müssen
sollen
wollen
wissen
mogen, toestemming hebben
kunnen, in staat zijn tot
houden van, lusten
graag (zouden) willen
moeten (noodzaak)
moeten (opdracht, bevel)
willen
weten
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Möchten...."de vreemde eend in de bijt".
Slide 10 - Tekstslide
Möchten = zou graag willen
Möchten is een vriendelijkere -/beleefdere vorm van willen. Deze vorm wordt in het Duits veel gebruikt als je iets wilt hebben.
Beispiel: Ich
möchte
gerne ein Eis haben.
Slide 11 - Tekstslide
Möchten = zou graag willen
ich möchte
du möcht
e
st
er/sie/es möcht
e
wir möchten
ihr möcht
e
t
sie/Sie möchten
Slide 12 - Tekstslide
ich
du
er sie es
wir
ihr
sie Sie
möchtest
möchte
möchte
möchten
möchten
möchtet
Slide 13 - Sleepvraag
_________ du eine Cola?
Slide 14 - Open vraag
Wir ________ eine Cola bitte!
Slide 15 - Open vraag
Was _______ er?
Slide 16 - Open vraag
Noch Fragen?
Atheneum leerlingen -> Kapitel 3
Wörterliste B +
Schreibecke lernen
Zurück im meet um 9.45 uur!
Slide 17 - Tekstslide
sterke werkwoorden
e in stam
Slide 18 - Tekstslide
Regel
Sterke werkwoorden met een "e" in de stam krijgen
bij:
du, er, es , sie
Als de "e" lang klinkt
e -----> ie
bijv. sehen, du siehst
Als de "e" kort klinkt
e -----> i
bijv. helfen, du hilfst
Slide 19 - Tekstslide
lesen
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
lese
liest
liest
lesen
lest
lesen
Slide 20 - Sleepvraag
Sterke werkwoorden met e in stam t.t.
helfen
sehen
geben
nehmen
treten
ich
helf - e
seh - e
geb - e
nehm - e
tret - e
du
h
i
lf - st
s
ie
h - st
g
i
b- st
n
imm
- st
tr
itt
- st
er/sie/es
h
i
lf - t
s
ie
h - t
g
i
b - t
n
imm
- t
tr
itt
- t
wir
helf - en
seh - en
geb - en
nehm - en
tret - en
ihr
helf - t
seh - t
geb - t
nehm - t
tret - et
sie/Sie
helf - en
seh - en
geb - en
nehm - en
ret - en
geholfen
gesehen
gegeben
genommen
getreten
Slide 21 - Tekstslide
sehen - du ______
A
sehst
B
sist
C
siehst
Slide 22 - Quizvraag
nehmen - er ______
A
nehmt
B
nimmt
C
nihmt
Slide 23 - Quizvraag
treten - Der Spieler _______ den Ball ins Tor.
Slide 24 - Open vraag
Ausnahmen
stehen -> du stehst, er,sie,es steht
gehen -> du gehst, er,sie,es geht
bewegen -> du bewegst, er,sie,es bewegt
Slide 25 - Tekstslide
sterke werkwoorden
a in stam
Slide 26 - Tekstslide
Regel
Sterke werkwoorden met een "a" in de stam krijgen
bij: du, er, es , sie
Als de "e" lang kinkt
a -----> ä
bijv. tragen: du trägst, er,sie,es trägt
Geldt ook voor laufen: du l
ä
ufst, er,sie,es l
ä
uft
stoßen: du st
ö
ßt, er,sie,es st
ö
ßt
Slide 27 - Tekstslide
Sterke werkwoorden met a in stam t.t.
fallen
lassen
halten
laufen
stoßen
ich
fall - e
lass - e
halt - e
lauf - e
stoß - e
du
f
ä
ll - st
l
ä
ss - st
h
ä
lt- st
l
ä
uf - st
st
ö
ß - st
er/sie/es
f
ä
ll - t
l
ä
ss - t
h
ä
lt
l
ä
uf - t
st
ö
ß - t
wir
fall - en
lass - en
halt - en
lauf - en
stoß - en
ihr
fall - t
lass - t
halt - t
lauf - t
stoß - et
sie/Sie
fall - en
lass - en
halt- en
lauf- en
stoß - en
gefallen
gelassen
gehalten
gelaufen
gestoßen
Slide 28 - Tekstslide
fahren
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
fahre
fährst
fahrt
fahren
fährt
fahren
Slide 29 - Sleepvraag
fallen - du ______
A
fällst
B
fallst
C
fällt
D
fallt
Slide 30 - Quizvraag
laufen - Der Schüler _______ durch die Sporthalle?
Slide 31 - Open vraag
Noch Fragen?
Übungen im classroom
Slide 32 - Tekstslide
Noch Fragen?
Übungen im classroom
Slide 33 - Tekstslide
Der - groep
Slide 34 - Tekstslide
Wann gebraucht man
der,die,das
?
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig
Meervoud
die
das
die
der
Slide 35 - Sleepvraag
Wörter der Der - Gruppe
deze, dit
elke, iedere
sommige
zulke, zo'n
welke
alle
der, die, das
dies-
jed-
manch-
solch-
welch-
alle
Slide 36 - Tekstslide
Dies-, jed-, welch-, solch-, manch-, alle
vervangen altijd het lidwoord.
dieses Mädchen, welcher Vater,
jede Schule, solche Probleme, manche Fehler, alle Schüler
Slide 37 - Tekstslide
Der - Gruppe
Dat betekent dat ze op dezelfde manier als
d
er,
di
e,
da
s
vervoegd worden .
Dies
er
Mann ist 80 Jahre alt. Welche
s
Kind ist das?
Ich kenne dies
e
Frau nicht
Slide 38 - Tekstslide
Der - Gruppe
D
er
Mann ist groß. Dies
er
Mann ist groß.
Di
e
Frau ist nett. . Dies
e
Frau ist nett.
Da
s
Kind ist müde. Dies
e
s
Kind ist müde.
D
er
Mann ist groß. Welch
er
Mann ist groß.
Di
e
Frau ist nett. Jed
e
Frau ist nett.
Da
s
Kind ist müde. Manche
s
Kind ist müde.
Slide 39 - Tekstslide
Welche Wörter passen zusammen?
solche
jedes
solcher
manche
der
die
das
die (mv)
diese
welches
jeder
alle
Slide 40 - Sleepvraag
Gymnasium/Plusklas
Rest van de les zelfstandig leren.
Slide 41 - Tekstslide
Kapitel 3 Wörterliste B
Slide 42 - Tekstslide
die Hochzeit
Slide 43 - Open vraag
Ostern
Slide 44 - Open vraag
naschen
Slide 45 - Open vraag
soms
Slide 46 - Open vraag
omdat
Slide 47 - Open vraag
de lente
Slide 48 - Open vraag
Schrijf dat het goed gaat met jouw ouders.
Slide 49 - Open vraag
Schrijf dat je vaak bij je grootouders bent.
Slide 50 - Open vraag
Schrijf dat je ouders bijna twintig jaar getrouwd zijn.
Slide 51 - Open vraag
Viel Erfolg in der Prüfungswoche!
Slide 52 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les P2a 9.2.2021, serke ww tt, Der -Gruppe
Februari 2021
- Les met
43 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
13.4. Toetsvorbereitung Atheneum
April 2021
- Les met
33 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
27.10. Kap. 10 Wiederholen
Oktober 2021
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H2d 4.6.2021 Wh Akk. Der-Gruppe, pers. voornaamwoorden
Juni 2021
- Les met
32 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H2c 15.6.2021 Wh Akk. Der-Gruppe, pers. voornaamwoorden
Juni 2021
- Les met
29 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
MW 13.6. Der-Gruppe + ein-Gruppe, ww tt
Juni 2022
- Les met
20 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
K1 persoonlijk voornaamwoord & werkwood sein
September 2019
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Maatwerk V2 13.4.
April 2021
- Les met
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2