2.4 Romeinen en Germanen

2.4 Romeinen en Germanen
Welkom!
Ga zitten op je plek
Pak je spullen
Laptop in de tas
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2.4 Romeinen en Germanen
Welkom!
Ga zitten op je plek
Pak je spullen
Laptop in de tas

Slide 1 - Tekstslide

Deze les


Terugblik: 4 vragen
Opmerking werkboek
Video + stukje uitleg
Aan de slag
Eindopdracht

Slide 2 - Tekstslide

1. Waarom werden christen vervolgd, terwijl de Romeinen wel tolerant waren ten opzichte van andere geloven?

Slide 3 - Open vraag

Waarom werden christen vervolgd, terwijl de Romeinen wel tolerant waren ten opzichte van andere geloven?

Andere godsdiensten mochten beleden worden (tolerantie), maar dan moesten de aanhangers ervan wel de Romeinse goden vereren. Christenen konden dat niet, want die mochten maar één god vereren.

Slide 4 - Tekstslide

2. Leg uit dat de bron past bij het kenmerkende aspect: 'De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten
Bron 12 Een joodse filosoof schreef over een ontmoeting van een joods gezantschap met de Romeinse keizer Caligula in het jaar 38 in de Egyptische stad Alexandrië:
Toen wij bij hem werden gebracht, bogen we naar de grond zodra we hem zagen, en groetten hem met eerbied en respect, hem aansprekend als keizer. En hij beantwoordde onze groet zo koel dat we niet alleen onze zaak maar ook ons leven opgaven. Want sarrend en grijnzend zei hij: ‘Zijn jullie die godenhaters die menen dat ik geen god ben, terwijl ik door alle anderen wel als god word aanbeden? En ik word door jullie niet zo aangesproken?’ En de handen ten hemel heffend deed hij een uitspraak die te erg was om aan te horen, laat staan dat die woordelijk kan worden weergegeven.

Uit: Philo van Alexandrië, Legatio ad gaium, uit: CE havo pilot 2008-II.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit dat de bron past bij het kenmerkende aspect: 'De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten
 En hij beantwoordde onze groet zo koel dat we niet alleen onze zaak maar ook ons leven opgaven. Want sarrend en grijnzend zei hij: ‘Zijn jullie die godenhaters die menen dat ik geen god ben, terwijl ik door alle anderen wel als god word aanbeden? En ik word door jullie niet zo aangesproken?’ En de handen ten hemel heffend deed hij een uitspraak die te erg was om aan te horen, laat staan dat die woordelijk kan worden weergegeven.

--> De bron maakt duidelijk dat joden de keizer niet als god willen aanbidden. Dat past bij het
kenmerkend aspect: de ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste
monotheïstische godsdiensten.

Slide 6 - Tekstslide

3. Welke groep mensen sprak het christendom in de eerste eeuw vooral aan en waarom juist hen?

Slide 7 - Open vraag

Welke groep mensen sprak het christendom in de eerste eeuw vooral aan en waarom juist hen?

Populair onder armen en slaven: rijkdom deed er niet toe voor je plek in de hemel. Voor mensen die het niet goed hebben in het aardse leven was er het vooruitzicht van een beter bestaan in het hiernamaals.

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 4
1. Waarin zie je de ontwikkeling van het christendom als eerste monotheïstische godsdienst?

2. Waarin zie je de klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur?

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 9
Verduidelijk het kenmerkend aspect van deze paragraaf met een zelfgekozen voorbeeld (een gebeurtenis, ontwikkeling, verschijnsel, handeling van en/of gedachtegang van een persoon).

Kenmerkend aspect? Wat is hier eigenlijk de vraag??

Slide 10 - Tekstslide

Ontwikkeling
Verduidelijk het kenmerkend aspect - de ontwikkeling van het jodendom en christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten - met een ontwikkeling in deze periode

Bijvoorbeeld: Paulus maakte de verering van Jezus los van het jodendom waardoor een nieuwe monotheïstische godsdienst ontstond: het christendom. Korter: ontwikkeling v/h cristendo

Slide 11 - Tekstslide

HAVO 4
2.4 Romeinen en Germanen
Lesdoelen:
In deze paragraaf leer je:
- welke kenmerken de Germaanse cultuur had.
- welke contacten Romeinen en Germanen hadden.

Volgende les:
- wat gebeurde met Romeins erfgoed.


KA: - de confrontatie tussen de Grieks-Romeinse en de Germaanse cultuur.

Slide 12 - Tekstslide

2.4 Romeinen en Germanen
De Germaanse cultuur

De Germanen leefden in een landbouwsamenleving, kleine dorpjes, geen schrift

Krijgsheren en hun families vormden elites, die voortdurend strijd voerden met elkaar

Geen geheel!




Video 3 - 12

Slide 13 - Tekstslide

2.4 Romeinen en Germanen
Germanen volgens de Romeinen

"Ze hebben woeste blauwe ogen, roodblond haar en een groot postuur."
Tacitus, Romeinse geschiedschrijver

Germanen: primitieve barbaren, maar respect voor hun kracht

De volken ten noorden en oosten van de Rijn --> Germanen
De volken ten westen van de Rijn --> Kelten (Galliërs)





Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Kijkvragen
1. Waardoor weten we minder van de tijd voor de Romeinen in ons land kwamen? 
2. En waardoor weten toch wel iets van die periode?
3. Wat heb je teruggezien van de landbouwsamenleving? 
4. Waarom is de Bello Gallico een mooie historische bron en waarom niet? 

Slide 16 - Tekstslide

Slag bij Teutoburgerwoud (9 n Chr)
Verpletterende nederlaag: 18.000 Romeinse soldaten gedood

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Gevolg: de Romeinen trokken zich terug. De grens kwam bij de rivier de Rijn te liggen (limes). Deze limes werden verdedigd door o.a. forten te bouwen.

Slide 20 - Tekstslide

2.4 Romeinen en Germanen
Romeinen en Germanen
De limes, een verdedigingslinie langs de grenzen van het Romeinse Rijk, kwam niet alleen hier te liggen

Video 18 -

Slide 21 - Tekstslide

2.4 Romeinen en Germanen
Romeinen en Germanen
Contacten bij de Rijngrens waren vreedzaam. 

1. volken mochten in het grensgebied wonen om dat te helpen verdedigen: bondgenootschap met Bataven.
2. Romeinen namen Germanen op in het leger.
3. Romeinen en Germanen dreven handel samen.

Gevolg: ontstaan Germaans-Romeinse cultuur.

Slide 22 - Tekstslide

2.4 Romeinen en Germanen

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Overleg
Wat zie je?

Waarom zou dit zo zijn weergegeven?

En geeft het een realistisch beeld als bron?

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoel: deze paragraaf leer je
1. Welke kenmerken de Germaanse cultuur had.
Landbouwsamenleving, krijgers, geen eenheid

2. Welke contacten Romeinen en Germanen hadden.
9 n Chr. Slag bij Teutoburgerwoud: afslachting Romeinse soldaten, zorgt voor terugtrekken langs Rijn = limes
Maar ook samenwerking: handel, Romeinen in leger, Bataven

Slide 27 - Tekstslide

2.4 De Romeinen en Germanen
Aan de slag!

Wat: Maak opdracht 1, 2, 4, 5, 9, 10 en 13

Klaar? Kijk na via de antwoorden die op Teams staan

Daarmee ook klaar? Maak opdracht 3, 6, 7, 8, 11 en 15

Tijd: 20 minuten

timer
15:00

Slide 28 - Tekstslide

Toevoegen tot Lesson-up
Heb je het al gedaan? Hulde!
Nog niet gedaan: Nu doen!

Code: jtgcy

Slide 29 - Tekstslide