Eerste les schooljaar

• Mentorles
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

Hoe was je vakantie?

1. saai
2. verdrietig/vervelend
3. chill
4. te kort

Wat heb je gedaan met kerst? Noem minimaal 1 ding

Wat heb je gedaan met oud en nieuw? Noem minimaal 1 ding

Deze week

Spelling: H2

Fictie: Boek lezen + poster maken (vrijdag 15-1 inleveren)

Stam van een werkwoord

Hoe vind je de stam?

Je doet: hele werkwoord - en

Voorbeelden:

werken - werk

kloppen - klopp

verhuizen - verhuiz

klimmen - klimm

Ik-vorm van een werkwoord

Hoe vind je de ik-vorm?

Je maakt een zin met 'ik ...'

Voorbeelden:

werken - werk

kloppen - klop

verhuizen - verhuis

klimmen - klim

Wat is de ik-vorm van: lopen

1. lopen
2. lop
3. loop
4. lopp

Wat is de stam van:
lopen

1. lopen
2. lop
3. loop
4. lopp

Wat is de stam van fietsen?

1. fietsen
2. fiet
3. fiets
4. fietst

Wat is de ik-vorm van fietsen?

1. fietsen
2. fiet
3. fiets
4. fietst

Wat is de stam van stelen?

1. stelen
2. stel
3. steel
4. steelt

Wat is de ik-vorm van stelen?

1. stelen
2. stel
3. steel
4. steelt

Herhaling: 

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

1 .  ik .... /  ..... jij             ->  de ik-vorm             ik loop/ loop jij?

                                                                                    ik vind / vind jij?

2. ander enkelvoud  -> ik vorm + t               jij loopt / hij loopt

                                                                                    jij vindt / hij vindt

3. meervoud                -> hele werkwoord   wij slapen / jullie slapen

Hoe moet de pv geschreven worden in de zin: Games, boeken, kleding; mensen ...(kopen) steeds meer op internet.

1. kop
2. koop
3. koopt
4. kopen

Hoe moet de pv geschreven worden in de zin: Mijn zus (betalen) altijd veilig met iDEAL.

1. betal
2. betaal
3. betaalt
4. betalen

Hoe moet de pv geschreven worden in de zin: Een goede webwinkel ... (krijgen) een keurmerk.

1. krijg
2. krijgt
3. krijgen

Hoe schrijf je de pv in de zin:
Mijn zus (verrassen) mijn broertje voor zijn verjaardag.

Hoe schrijf je de pv in de zin:
(Struikelen) jij nu over je eigen voeten?

Hoe schrijf je de pv in de zin:
De buschauffeur (zwaaien) naar zijn collega.

Persoonsvorm verleden tijd zwakke ww

1. neem hele werkwoord, haal -en eraf

2. laatste letter een medeklinker uit 't ex-fokschaap ? 

ja?  dan zet je achter de ik-vorm   - te (enkelvoud) of -ten (meervoud) 

voorbeeld:  lusten - lust - hij lustte / wij lustten

                        pakken - pak - ik pakte / wij pakten

nee?  dan zet je achter de ik-vorm - de (enkelvoud) of -den (meervoud)

voorbeeld: gooien - gooi - ik gooide / wij gooiden

                        verhuizen - verhuiz - (let op!) - ik verhuisde 

Hoe schrijf je de verleden tijd van acteren (enkelvoud en meervoud)

Hoe schrijf je de verleden tijd van belissen (enkelvoud en meervoud)

Hoe schrijf je de verleden tijd van grijzen (enkelvoud en meervoud)

Hoe schrijf je de verleden tijd van bloeden (enkelvoud en meervoud)

Vragen/ onduidelijkheden?