Herhaling H1

Arm en Rijk
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Arm en Rijk

Slide 1 - Tekstslide

WELVAART

Slide 2 - Tekstslide

Problemen meten van welvaart

Slide 3 - Tekstslide

Welzijn 
  • Levensverwachting


  • Alfabetiseringsgraad


  • Koopkracht

Slide 4 - Tekstslide

Welke verschillen in arm en rijk zijn er tussen de verschillende delen van Nederland?
1. Armoede in aatallen
2. Armoede in percentage van de bevolking
3. Bevolkingsontwikkeling

Slide 5 - Tekstslide

Welke verschillen in arm en rijk zijn er tussen de verschillende delen van Nederland?
Sociaal-economische status: Het aanzien dat iemand heeft in de samenleving en dat vooral afhankelijk is van inkomen, opleiding en beroep.



Zegt niks over het geluk van de mensen!

Slide 6 - Tekstslide

Hoe pas je de woonomgeving aan?
Verpaupering
gentrificatie
renovatie
restauratie
sanering

kaalslag en nieuwbouw
Wanneer renoveren geen zin meer heeft gaat de hele buurt plat. Alle huizen worden gesloopt. Dit wordt kaalslag genoemd. Nu is er weer plaats voor nieuwbouw.

Slide 7 - Tekstslide

Opgeknapte wijken
  • Centrale stad kreeg ook een opknapbeurt.
  • Chicago knapt de verwaarloosde buurten op.
  • Dat trekt de rijkere, hogeropgeleiden aan.
  • Nadeel: Arme mensen moeten verhuizen.
  • Gentrificatie
Veranderingen in een arme woonwijk als rijke mensen er verwaarloosde woningen kopen en opknappen

Slide 8 - Tekstslide

De VN-ontwikkelingsindex (Human Development Index, HDI) meet het welzijn van mensen.

Slide 9 - Tekstslide

In NL zijn er ook regionale verschillen
rijtjeswoningen in Nederland

Slide 10 - Tekstslide

In NL zijn er ook regionale verschillen
Dure villa in Nederland

Slide 11 - Tekstslide

Regionale ongelijkheid
*De verschillen tussen rijke en arme gebieden binnen een land. 

Kijk naar de kaartjes van NL. Tussen en in provincies zijn er verschillen

Slide 12 - Tekstslide

Bevolkingsdichtheid en -spreiding

Slide 13 - Tekstslide

Verschillen in levensverwachting
Wat valt op aan de kaart?

Inwoners van dorpen net buiten
de grote steden hebben gemiddeld een hogere 
levensverwachting, hoe komt dat?


Slide 14 - Tekstslide

Kenmerken landelijk gebied
= platteland
  • er wonen weinig mensen
  • veel ruimte tussen gebouwen
  • weining voorzieningen
  • veel landbouwgrond of natuur

Slide 15 - Tekstslide

Kenmerken stedelijk gebied
= gebied met veel steden
  • wonen veel mensen
  • er is veel werk
  • gebouwen staan dicht op elkaar
  • veel voorzieningen (winkels, bioscopen, restaurants, scholen en ziekenhuizen)
  • Stedelijk gebied. 

Slide 16 - Tekstslide

Problemen in de stad
  • Congestie (verkeersproblemen/files)
  • Milieuvervuiling

Slide 17 - Tekstslide

Levensverwachting

Slide 18 - Tekstslide

3- Slechte gezondheid
Gevolg =>
- lage levensverwachting: 55 jaar
- veel sterftes door infectieziekten
- hoge zuigelingensterfte


vraag
Hoe hoog is de levensverwachting in Nederland?
antwoord
81.5

Slide 19 - Tekstslide

Gevolgen
1. Landen afhankelijk van westerse economie
2. Afwenteling van ruimtelijke problemen -> Milieu van andere opzadelen met onze problemen/ afvalstoffen.

Slide 20 - Tekstslide

Overheidsbeleid & leefomgeving
  • Wonen verbeteren -> verpaupering tegengaan
  1. Sanering
  2. Renovatie
  • Verstoringen milieu ongedaan maken
  1. Internationale milieuverdragen
  2. Verbetering lucht door regels

Slide 21 - Tekstslide

Overheidsbeleid en gezondheid
Overheid zet in op gezonde levenstijl.
  • Verminderen / tegengaan welvaartsziekten.
  • Gezondheidszorgt moet inwoners wijzen op slechte leefgewoonten.

Slide 22 - Tekstslide

Voedseltekort
Kwalitatieve honger
Kwantitatieve honger
% met te weinig Kcal

Slide 23 - Tekstslide

Regionale verschillen in de VS
VS zijn een groot land met grote regionale verschillen in welvaart.
Waar het percentage armen het hoogst?
  •  in het zuidoosten
  •  in sommige staten in de Appalachen

Slide 24 - Tekstslide

Voeding & gezondheid
  • Ondervoeding VS overvoeding
- Kwantitatieve & kwalitatieve honger
- Vitamines, eiwitten, mineralen, roken, alcohol, stress, beweging.


Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Voeding & gezondheid
Door veel of weinig voeding, goed of slechte voeding kunnen de volgende zaken ontstaan:
  • Welvaartziekten
  • Zuigelingensterfte
  • Levensverwachting
  • Aantal inwoners per arts

Slide 27 - Tekstslide

Welvaartsziekten
Door bijv. stress, slecht eten, roken etc ontstaan welvaartziekten. Die kunnen ontstaan omdat er voldoende geld is om bijvoorbeeld veel zoet en zout te eten.

Slide 28 - Tekstslide

Zuigelingensterfte
Door bijvoorbeeld een tekort aan voedsel of kwalitatief slecht voedsel kunnen kinderen voor hun 1e levensjaar overleiden.

Slide 29 - Tekstslide

Levensverwachting
Door ongezond eten of weinig eten daalt de levensverwachting. 

Slide 30 - Tekstslide

Aantal inwoners per arts
Door bijvoorbeeld veel mensen en weinig doktors.
Dit heeft invloed op bijvoorbeeld de levensverwachting of zuigelingensterfte.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Voedselzekerheid
  • Boeren (modern/traditioneel)
  • Oorlog
  • Koopkracht (laag)
  • Beleid overheid

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Verbeteren in Nigeria
Beleid Nigeria:
  • Modernisering landbouw
  • Verbetering opslag en infrastructuur
  • Opzetten van voedselindrustrie die landbouwproducten verwerkt.
  • Verbeteren milieu; ontbossing stoppen, stoppen verwoestijning, olieveruiling tegengaan.

Slide 36 - Tekstslide

Haalbaar?
  • Rijke elite
  • Geen stabiel bestuur

Slide 37 - Tekstslide

Verbeteren VS
  • Banen creeren -> meer geld -> beter eten
  • Schoollunch
  • Zorgverzekering
  • Campagne -> gezond eten + sporten

Slide 38 - Tekstslide

Haalbaar?
  • Gezond eten is duur?
  • Bereikt overheid iedereen?
  • Overheid eerlijk?
  • Veel daklozen/verslaafde

Slide 39 - Tekstslide