BB H3 - KB 2.2

 Arbeidsvoorwaarden 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

 Arbeidsvoorwaarden 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
1. Je kan uitleggen wat arbeidsvoorwaarden zijn.  
2. Je kent het verschil tussen brutoloon en nettoloon.  


Slide 2 - Tekstslide

Arbeidsvoorwaarden 
Afspraken die gelden als iemand ergens werkt 
Voorbeeld: aantal uur, werktijden, hoeveel je gaat verdienen -> dit staat allemaal in je arbeidscontract

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

CAO
Vaak staat er in je contract dat je onder een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) valt. Hierin staat alle arbeidsvoorwaarden die voor een heel beroep gelden.
Bijvoorbeeld CAO voortgezet onderwijs

Slide 5 - Tekstslide

Brutoloon en nettoloon
Loon is meestal de belangrijkste arbeidsvoorwaarde.
Brutoloon: Loon die op je arbeidscontract staat, krijg je niet op je bankrekening. 
Nettoloon: Loon die je overhoudt na het aftrekken van loonbelasting en sociale premies. 

Slide 6 - Tekstslide

Ontslag
Ook over ontslag bestaan er afspraken:
Opzegtermijn:  periode die minimaal is vastgelegd tussen het opzeggen en het einde van een overeenkomst (afspraak/contract). 
Op staande voet ontslagen worden: je moet dan onmiddelijk vertrekken. Dit kan alleen als je je zwaar misdragen hebt.


Slide 7 - Tekstslide

WGB (Wet gelijke behandeling)
WGB verbiedt het maken van onderscheid tussen mannen en vrouwen op werk. 
Als een man en een vrouw hetzelfde werk doen, moeten ze hetzelfde loon krijgen.
Een baas mag een vrouw niet ontslaan omdat ze zwanger is.

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag!
BB: maken vraag 5, 6, 7, 10 
KB: maken vraag 6, 7, 9, 10a


Slide 9 - Tekstslide

Vragen voor flashcards
Werk H3
- Wat zijn arbeidsvoorwaarden?
- Noem 5 dingen die in een arbeidscontract staan.
- Wat is een CAO?
- Wat is het verschil tussen brutoloon en nettoloon?

Slide 10 - Tekstslide

Wat zijn arbeidsvoorwaarden?
A
afspraken die gelden als je ergens werkt
B
afspraken die voor iedereen gelden

Slide 11 - Quizvraag

Loon dat je niet op je bank gestort krijgt is......
A
Nettoloon
B
Brutoloon

Slide 12 - Quizvraag

Loon na aftrek van loonbelasting en sociale premies is je nettoloon
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag