B4, T7, paragraaf 3, glucose als grondstof

Planten
Thema 8, 4 kader

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Planten
Thema 8, 4 kader

Slide 1 - Tekstslide

Biologie klas 4
Zitten volgens de plattegrond!!!

Slide 2 - Tekstslide

Gedragsregels 
  • Huiswerk is af iedere eerste les van de week, zie magister.learn!
  • Huiswerk onvoldoende is opnieuw. 
  • Chromebook iedere les bij je en opgeladen.
  • Schrift om begrippen, aantekeningen en samenvattingen in op te schrijven iedere les mee.
  • Iets zeggen: steek je vinger op! 

Slide 3 - Tekstslide

Begrippentest paragraaf 1 en 2
Ga naar Lesson up en doe mee met de begrippentest.
Heb je er meer dan 10 goed; jij hebt het al goed begrepen.
Heb je er meer dan 8 goed: jij bent op de goede weg maar moet nog wel even oefenen.
Minder dan 8; jij hebt het nog niet begrepen. Jij maakt de test jezelf en de extra opdrachten voor de volgende les!

Slide 4 - Tekstslide

Waarmee vervoert een plant stoffen door de plant heen?
A
Bladgroenkorrels
B
Zijwortels
C
Vaatbundels
D
Huidmondjes

Slide 5 - Quizvraag

De wortel van een plant is een...
A
Weefsel
B
Cel
C
Orgaan
D
Orgaanstelsel

Slide 6 - Quizvraag

Welk onderdeel van de plant maakt de voedingsstoffen voor de plant?
A
Stengel
B
Wortels
C
Bloem
D
Bladgroenkorrels

Slide 7 - Quizvraag

Wat kan een plant maken ?
A
Glucose (voedsel) en zuurstof
B
Zuurstof Koolstofdioxide
C
Water en zuurstof
D
Zuurstof en water

Slide 8 - Quizvraag

Welk onderdeel van de plant maakt de voedingsstoffen voor de plant?
A
Stengel
B
Wortels
C
Bloem
D
Bladgroenkorrels

Slide 9 - Quizvraag

Het vatenstelsel van een plant vervoert glucose van de wortels naar de andere delen van de plant.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Bladgroenkorrels hebben belangrijke functies voor een plant.
Ze zorgen bij een plant voor;
A
De groene kleur.
B
Fotosynthese.
C
Fotosynthese en de groene kleur.
D
Vorming van sporen.

Slide 11 - Quizvraag

Water gaat de plant in en uit. Welke weg gaat water door de plant ?
A
wortels bladeren stengel huidmondjes
B
huidmondjes bladeren stengel wortels
C
wortels stengels bladeren huidmondjes
D
huidmondjes bladeren wortels stengels

Slide 12 - Quizvraag

Welk orgaan van de plant zorgt ervoor dat de plant niet omwaait
A
Stengel
B
Bladeren
C
Bloemen
D
Wortels

Slide 13 - Quizvraag

Vindt in gras fotosynthese plaats?
Fotosynthese kan alleen in de bladgroenkorrel plaatsvinden.
De bladgroenkorrel zit in het blad van een plant.
Gras is een plant (hij is groen). Dus vindt er fotosynthese plaats
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Een plant is een .......
A
cel
B
weefsel
C
orgaan
D
organisme

Slide 15 - Quizvraag

Hebben planten ook organen?
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

Planten
Thema 8, 4 kader

Slide 17 - Tekstslide

Thema 8, paragraaf 3
Glucose als grondstof

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen
8.3.1 Je kunt beschrijven onder welke omstandigheden fotosynthese en verbranding plaatsvinden.
8.3.2 Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken uit de grondstof glucose en wat de functies zijn van deze stoffen.

Slide 19 - Tekstslide

Energierijke en energiearme stoffen
De stoffen waaruit organismen bestaan, zijn in twee groepen te verdelen
• energierijke stoffen
• energiearme stoffen

Slide 20 - Tekstslide

Energierijke  stoffen

Gevormd door dieren en/of planten:
Koolhydraten
Vetten
Eiwitten


Energiearme stoffen

Komen voor in de levenloze natuur.
Deze krijgen we ook binnen via ons voedsel.
Denk maar aan ijzer via planten. Maar ook water. 

Slide 21 - Tekstslide

Fotosynthese en verbranding
Bij fotosynthese worden er van energiearme stoffen, energierijke stoffen gevormd en bij verbranding worden energierijke stoffen afgebroken tot energiearme stoffen. 

Slide 22 - Tekstslide

Verbranding en fotosynthese in een plant.
Overdag heeft een plant fotosynthese en verbranding. 
Het gebruikt de gemaakte zuurstof bij z'n verbranding.
Glucose die overblijft wordt opgeslagen, zoals bijv. in zetmeel (bijv. aardappels)

Slide 23 - Tekstslide

Verbranding in de nacht
De plant verbruikt nu zuurstof en geeft koolstofdioxide af aan de lucht.
Geen zuurstof!
Zetmeel wordt omgezet in suikers en vervoerd via de bastvaten naar de rest van de plant om weer andere energierijke producten van te maken. 

Slide 24 - Tekstslide

Fotosynthese en dan?
ASSIMILATIE

De plant maar ook andere organismen, gebruiken glucose door deze te koppelen aan andere stoffen en zo andere energierijke stoffen te maken. 
Dit noemen we 
ASSIMILATIE

Slide 25 - Tekstslide

Door assimilatie complexe suikers

Slide 26 - Tekstslide

Door assimilatie eiwitten 

Slide 27 - Tekstslide

Door assimilatie vetten

Slide 28 - Tekstslide

Waarom assimilatie producten
Brandstoffen worden verbruikt bij de verbranding. Vooral glucose is een belangrijke brandstof. De glucose die niet als brandstof nodig is, wordt gebruikt voor de assimilatie van andere stoffen.
Bouwstoffen worden gebruikt bij de vorming van cellen en weefsels (voor opbouw en herstel). Eiwitten zijn bijvoorbeeld nodig voor de vorming van DNA en cellulose is nodig voor de vorming van celwanden.
Reservestoffen, vooral zetmeel, worden opgeslagen voor later.

Slide 29 - Tekstslide

Huiswerk 
Lezen en maken paragraaf 3, 4 en 5, maken opdrachten 1-7, samenvattingsopdracht maak je in je schrift!
Lees de paragraaf goed voordat je het huiswerk gaat maken. Zorg dat je de begrippen goed kent en begrijpt! Deze komen weer terug bij de toets.
Zorg dat je je schrift iedere les meeneemt!!!
WERK IN KADER 4 MAX, via magister!  Inlogcode: 086928

Slide 30 - Tekstslide