Verengelsing van de Nederlandse taal

De verengelsing 
van de Nederlandse  taal
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

De verengelsing 
van de Nederlandse  taal

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
Soorten taal
Ontwikkeling in taal
Verengelsing en leenwoorden
Verschillen Nederlands en Engels
Gepastheid van taal
Blijft de Nederlandse taal bestaan?


Slide 2 - Tekstslide

Verschillende soorten taal
Computertaal
Gebarentaal
Dierentaal
Kunsttaal
Menselijke taal (Nederlands, Engels etc.), ontstaan door interactie

Slide 3 - Tekstslide

Ontwikkeling van de Nederlandse taal
Oud Nederlands (500-1200 n.C.)
Middelnederlands (1200-1500 n.C.)
Nieuw Nederlands ( vanaf 1500 n.C.)
Onze taal is altijd al beïnvloed door andere talen, b.v. Grieks, Latijn, Frans

Wereldhandel

Slide 4 - Tekstslide

Verengelsing
Verengelsing is de ontwikkeling van taal waarbij oorspronkelijk niet-Engelstaligen of oorspronkelijk niet-Engelstalige gebieden overgaan op het Engels. 

Slide 5 - Tekstslide

Verengelsing
Na WO II
Nieuwe producten uit Amerika
Film, muziek, boeken
Digitale ontwikkeling

Slide 6 - Tekstslide

Leenwoorden
Leenwoorden zijn woorden die uit een andere taal zijn overgenomen. Wij zien deze woorden als Nederlandse woorden, we hebben geen andere woorden voor die woorden en daarom worden ze ‘geleend.' Veel leenwoorden komen uit het Engels.

Slide 7 - Tekstslide

Welke leenwoorden uit het Engels ken jij?

Slide 8 - Open vraag

Selfie
Woord van het jaar 2013

Bedenk samen een Nederlands woord voor het woord selfie (1 woord, geen beschrijving!)

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het effect van verengelsing?
Wereldhandel, communiceren, beter Engels spreken

Engels op school (basisschool, hbo en universiteit)

Unieke identiteit van Nederlandse taal kleiner, populair taalgebruik niet altijd gepast, afstand in communicatie tussen ouderen en jongeren


Slide 10 - Tekstslide

Is verengelsing van onze taal erg?
ja
nee

Slide 11 - Poll

Verschillen Nederlands en Engels: grammatica
Woordvolgorde
Gebruik van lidwoorden
In bijzinnen hulpwerkwoorden

Slide 12 - Tekstslide

Verschillen in idioom
Kan niet letterlijk vertaald worden

Ook niet vanuit het Nederlands naar het Engels.....

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Gepastheid van taal

Slide 15 - Tekstslide

Wanneer Engelse woorden vermijden
Sollicitatie
Gesprek met oudere mensen
Formele situaties

Wees je bewust van het effect!

Slide 16 - Tekstslide

Blijft de Nederlandse taal bestaan?

Slide 17 - Poll