2.4 Megasteden online les.

Hoofdstuk 2 Steden
§ 2.4 Megastad, krachtstad met groeistuipen
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 Steden
§ 2.4 Megastad, krachtstad met groeistuipen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Online les
- De camera staat aan en je bent zichtbaar tijdens de gehele duur van de les. 
- Niet aan betekent afwezig.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§ 2.4 Megastad, krachtstad met groeistuipen 
Leerdoelen:
- Je weet wat de belangrijkste redenen zijn voor de woon-, werk- en milieuproblemen in een megastad. 
- Je begrijpt waarom de informele sector 'de smeerolie van de stedelijke economie' wordt genoemd.
- Je kunt met een kaart of foto uitleggen hoe een krottenwijk verandert. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
- Herhaling voorgaande paragrafen. Je maakt deze vragen in lessonup. 




Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit wat het verschil is tussen een megastad en een wereldstad.

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Even herhalen .... Maak de juiste combinaties: 
In rijke landen groeien steden niet zo snel meer. 
Mensen verhuizen naar de stad, bijvoorbeeld omdat er geen werk meer is op het platteland.
Het % mensen dat in steden woont.
Urbanisatie
Verstedelijkingsgraad
Verstedelijkingstempo

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

rijk land
arm land
arm land
rijk land
hoge verstedelijkingsgraad
lage verstedelijkingsgraad 
hoog verstedelijkingstempo 
laag verstedelijkingstempo

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vier steden horen bij de Randstad?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Beschrijf in welke gebieden veel steden liggen en waarom dat zo is ontstaan.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Europese stad 
Amerikaanse stad 

Dublin
Chicago 
Historisch centrum
Zakencentrum

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk gedeelte van een moderne westerse stad zie je op de achtergrond?
A
Suburbs
B
CBD
C
Primate city
D
Koloniale dubbelstad

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijk dit model met een model van een niet-westerse stad.
Welk element zal je in een niet-westerse stad NIET aantreffen?

A
suburbs
B
krottenwijken
C
CBD
D
industriegebieden

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen verstedelijkingsgraad en verstedelijkingstempo?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 14 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto

De Dachsteiner Alpen, Oostenrijk.
Benodigde voorkennis 
Je weet wat een megastad is;
Je weet waarom juist megasteden zo hard groeien;
Je weet weet waarom 
verstedelijkingstempo zo hoog ligt in ontwikkelingslanden.
https://lab.nos.nl/projects/lagos/index.html#/

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervolg nieuwe theorie §2.4


  • Waarom ontstaat er een informele sector in de megastad?

  • Waarom wordt de informele sector de 'smeerolie van de economie' genoemd?

  • Met wat voor problemen kampen megasteden in ontwikkelingslanden? Hoe zijn deze problemen ontstaan?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe theorie leren
- Pak je lesboek erbij en lees de tekst van paragraaf 2.4, markeer hierbij ook de belangrijke onderdelen. 
- Na het lezen van de tekst, maak je de vragen vanaf de volgende dia, ook deze vul je natuurlijk in. 
- Wanneer je vragen hebt over de nieuwe stof geef dat aan.
- Vragen stellen als iets onduidelijk is, is heel belangrijk! 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noteer minimaal 3 redenen waarom zoveel mensen van het platteland naar megasteden migreren(verhuizen).

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit wat de verschillen zijn tussen de formele in informele sector(werk)

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem minimaal twee voorbeelden van beroepen in de informele sector.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In megasteden ontstaan grote problemen door de grote hoeveelheid mensen. Noteer de drie terreinen waar de grootste problemen ontstaan. (Tip, kijk goed naar de kopjes in de tekst)

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht (10 minuten)
Zoek met behulp van de tekst van paragraaf 2.4 antwoord op onderstaande vragen:
1. Waarom trekken mensen naar megasteden?
2. Wat is het verschil tussen de formele en informele sector?
3. Wat zijn beroepen in de informele sector?
4. Op welke drie terreinen ontstaan in megasteden grote problemen?
5.Waardoor zijn bovenstaande problemen ontstaan?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woehoe
Jij bent lekker bezig!

Ga zo door. 
Op de volgende slides worden de belangrijkste dingen tot nu toe herhaald. 
Lees deze. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom trekken mensen naar de stad?

Omstandigheden op het platteland zijn slecht.
Er is geen werk, nauwelijks voorzieningen enz. (pushfactoren)

Mensen trekken door pullfactoren naar de stad. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Schoenenpoetser - beroep in de informele sector. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formele en informele sector (werk)

  • Arme landen
  • Landbouw en industrie sector het grootst 
  • Niet geregistreerd werk 
  • Betalen geen belasting
  • Rijke landen
  • Dienstensector het grootst
  • Betalen belasting
  • Geregistreerd werk
 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke problemen kent de megastad in de niet-westerse wereld?
Wonen
Infrastructuur overbelast
Vervuiling
Werken

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Megastad in perifeer (arm) land
  • 1990: 2,3 miljard mensen in steden, nu: 4 miljard
  • Verstedelijkingsgraad Afrika 11 keer zo hoog als in Europa
  • Gevolg: meer dan helft bevolking leeft in slums
  • Probleem: te weinig woningen!

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervuiling en verkeersproblemen
Drukte op de weg -> file, ongelukken

verkeer + fabrieken = luchtvervuiling (smog) 
giftige stoffen lozen in de rivier en in natuur. 

Kijk maar eens naar het filmpje op de volgende dia, het verkeer gaat er anders aan toe dan wat wij in Nederland gewend zijn. 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Samengevat: problemen in megasteden (§2.4)
  • Tekort aan woonruimte: het verstedelijkingstempo is zo hoog dat mensen in krottenwijken moeten wonen. Deze zijn vaak vies, overvol en onveilig.
  • Hoge werkloosheid: gevolg een grote informele sector (of scharreleconomie).
  • Verkeersproblemen en vervuiling: Door de enorme groei kan het wegennetwerk de drukte niet langer aan. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vragen heb je tot nu toe?

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Krottenwijken
- Het vervolg van de theorie gaat over krottenwijken en de verschillen tussen oude en nieuwe krottenwijken. 
- Er zijn veel verschillende namen voor krottenwijken, kijk maar op de volgende dia. 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sloppenwijken
Sloppenwijk
Favela
Shanty town
Slums
Bidonville

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillen in slums
1. Oudere slums liggen door groei van steden in de stad zelf.

2. De overheid zorgt hier voor basisvoorzieningen zoals wegen, riolering en elektriciteit.

3. Dat stimuleert de bewoners om hun huizen op te knappen.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe slums
- De nieuwste slums liggen aan de rand van de stad. 
- Deze zijn het armoedigste.
- Geen riolering, geen elektriciteit, 
niet aangesloten op het waternetwerk enz. 


Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oudere slums
- Liggen inmiddels in de stad.
- De overheid zorgt hier voor basisvoorzieningen zoals wegen, riolering en elektriciteit. 
- Woningen zijn hier van betere kwaliteit. 
- In megasteden woont 60 tot 80 procent van de inwoners zo (bron 16).

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Video sloppenwijk
Je gaat een filmpje bekijken over sloppenwijken .

Daarbij ga je daarna onderstaande vragen beantwoorden: 
1. In welke plaats en welk land is het filmpje opgenomen?
2. Wat voor soort werk doen de mensen en bij welke sector hoort dit?
3. Waar wonen en slapen deze mensen?
4. Wat vind je van de omstandigheden waarin de mensen leven?

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1. In welke plaats en welk land is het filmpje opgenomen?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. Wat voor soort werk doen de mensen en bij welke sector hoort dit?

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

3. Waar wonen en slapen deze mensen?

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Wat vind je van de omstandigheden waarin de mensen leven?

Slide 44 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten maken
1. Stel vragen over opdrachten van de vorige paragraaf. 
2. Huiswerk: opdrachten van 2.4
3. Klaar? Maak samenvattingen als voorbereiding op de toets. 



timer
0:00

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies