Scholierenverkiezingen les 1 voorbereiding

https://www.jongerenstemtest.nl/
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

https://www.jongerenstemtest.nl/

Slide 1 - Tekstslide

Verkiezingen
-Je weet hoe de Tweede Kamer verkiezingen verlopen
-Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen 'links' en 'rechts' in de politiek
-Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen conservatief en progressief in de politiek
-Je hebt een idee aan welke kant jouw ideeën over de samenleving op het politieke spectrum staan

Slide 2 - Tekstslide

Tweede Kamer verkiezingen?

Slide 3 - Tekstslide

1.
Partijen bestaan uit een groep mensen die globaal dezelfde ideeën hebben over de ideale samenleving. 

Kandidatenlijsten worden door de partijen samengesteld en samen met stempas opgestuurd.

Slide 4 - Tekstslide

2.

 De partijen voeren campagne (canvassen). Daarnaast zijn er debatten op televisie en radio door de lijsttrekkers van de partijen.

Slide 5 - Tekstslide

3.
Verkiezingsdag

Stemmen op een persoon -> lijsttrekker of toch voorkeursstem?

Slide 6 - Tekstslide

4. Bepalen van de uitslag
Stelsel van evenredige vertegenwoordiging:
percentage stemmen is percentage zetels.

Kiesdeler:

Hoeveel stemmen heb je 

nodig voor 1 zetel (stoel)?


Slide 7 - Tekstslide

5. Zetelverdeling Tweede Kamer
Er zijn 150 zetels (stoelen) te verdelen.

Mensen die namens dezelfde partij in de Tweede Kamer zitten noemen we een fractie (bijv. VVD fractie,
SP fractie, CDA fractie).


Slide 8 - Tekstslide

Politiek spectrum
Waar politieke partijen zich bevinden op een schaal van links naar rechts én op een schaal van progressief naar conservatief.

Daardoor zie je goed wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen partijen.



Slide 9 - Tekstslide

Sociaal economisch
Links:
  • Ongelijkheid tussen mensen verminderen.
  • De overheid is er om zwakkeren te beschermen en te helpen.
  • Dus… Sterke en actieve overheid.

Rechts
  • Eigen verantwoordelijkheid.
  • Economische ongelijkheid is onvermijdelijk.
  • Dus... zo weinig mogelijk bemoeienis van de overheid.

Slide 10 - Tekstslide

Links of rechts?
  1. Je moet zelf een goede zorgverzekering afsluiten.
  2. Als je maar hard genoeg werkt, kun je alles bereiken.
  3. Het minimumloon moet omhoog naar 14 euro per uur.
  4. Criminelen die de wet overtreden hebben meer aan een tweede kans dan aan een lange straf.  

Slide 11 - Tekstslide

Progressief en conservatief

Progressief:
  • Vooruitstrevend, verandering, toekomstgericht.
  • Meer vrijheid in medisch/ethische kwesties
Conservatief:
  • Behoudend, behouden wat al bereikt is.
  • Graag houden bij het oude (tradities)
  • Minder vrijheid medisch/ethische kwesties

Slide 12 - Tekstslide

Progressief of conservatief? 
1. Koopzondag moet landelijk worden afgeschaft. 
2. De maatschappelijke dienstplicht moet weer worden ingevoerd. 
3. Op identiteitspapieren hoef je geen geslacht meer te vermelden.
4. Als mensen boven de 75 niet meer willen leven moeten ze hulp krijgen bij zelfdoding.

Slide 13 - Tekstslide

Populisme
Populisme is een stijl van politiek bedrijven.

  • Populisten zeggen 'de wil van het volk te kennen' en hiervoor op te komen en keren zich vaak tegen ‘de elite’(de machthebbers in de samenleving). 

  • Populistische partijen hebben soms zeer nationalistische standpunten
  • Populistische partijen hebben vaak daadkrachtige oplossingen. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Wat vind jij? 
Kies LINKS of RECHTS.
Bedenk een argument waarom je hier staat.
Ik vraag een aantal van jullie te beargumenteren waarom je aan deze kant staat. 

Slide 16 - Tekstslide

Links

Mensen die in drugs handelen zijn daar niet volledig zelf verantwoordelijk voor.
Rechts 

Mensen die drugs handelen zijn zelf verantwoordelijk voor hun daden. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Links

Zorg moet gratis worden, het eigen risico moet worden afgeschaft.
Rechts 

Het eigen risico moet blijven bestaan. 
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Huiswerk 
Bekijk blz. 102 van je lesboek.
Zoek 3 partijen waar je meer van wil weten.
Bekijk de NOS explainer over deze partijen.
KOM STEMMEN MAANDAG!!

https://www.youtube.com/watch?v=mYHYZ4aoeNI

Slide 21 - Tekstslide

Van welke partij is dit de lijsttrekker?
A
CDA
B
VVD
C
Groenlinks - PVDA
D
SP

Slide 22 - Quizvraag

Van welke partij is dit de lijsttrekker?
A
Groenlinks - PVDA
B
NSC
C
Groenlinks - PVDA
D
CDA

Slide 23 - Quizvraag

Van welke partij is dit de lijsttrekker?
A
NSC
B
Denk
C
SGP
D
BBB

Slide 24 - Quizvraag

Hoe heet de nieuwe partij van Pieter Omtzigt?
A
Nieuw sociaal contact
B
Nationaal super contract
C
Nationaal sociaal contract
D
Nieuw sociaal contract

Slide 25 - Quizvraag

Wie zit er in de Tweede Kamer?
A
Alleen de ministers
B
150 mensen van politieke partijen
C
De Eerste Kamer en de minister president
D
De koning

Slide 26 - Quizvraag

Wie mag gaan stemmen?
A
Iedereen in Nederland die ouder is dan 18 jaar
B
Iedereen met de Nederlandse nationaliteit
C
Iedereen die Nederlands is en ouder is dan 18 jaar

Slide 27 - Quizvraag

Wat is een partijprogramma?
A
De activiteiten van de partij
B
De ideeën van de partij
C
De mensen in de partij

Slide 28 - Quizvraag

Heeft elke partij 1 persoon waar je op kunt stemmen?
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quizvraag

Wat is een coalitie?
A
Een ander woord voor de Tweede Kamer
B
Meer dan 1 partij die samen werken
C
Een ander woord voor regering

Slide 30 - Quizvraag

Wie wordt de nieuwe premier volgens jou?

Slide 31 - Poll