Seite 127/128 Lernbox Lektion 1 t/m 3 + Redemittel
De woordjes leren zoals het erboven staat. Staat het er van het Duits naar het Nederlands, dan krijg je op de toets het Duitse woord en moet jij de Nederlandse betekenis ervan weten. De Redemittel (zinnen) leer je NL-DU en DU-NL.
Seite 94 Grammatik A Kloktijden
Seite 112 Grammatik C Zwakke werkwoorden met de stam op -d, -t
Week 11: donderdag 14 maart, 2e uur
Slide 4 - Tekstslide
Spreken (3x)
Bij Sprechen 2 ga je in tweetallen een filmpje opnemen waarbij je iets vertelt over Schule und Sport/Freizeit EN je gaat naar een Restaurant of je werkt in een Restaurant.
In Peppels zit de uitleg en de leerstof.
Week 13: projectweek
Slide 5 - Tekstslide
Grammatik A
kloktijden
Slide 6 - Tekstslide
Kloktijden
Kloktijden zeg je in het Nederlands hetzelfde als in het Duits.
Kloktijden zeg je in het Nederlands hetzelfde als in het Duits.