L'adjectif possessif




L'adjectif possessif


Het bezittelijk voornaamwoord
Doel: Aan het einde van deze les kan je de theorie i.v.m. de adjectifs possessifs correct toepassen. 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransSecundair onderwijs

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les




L'adjectif possessif


Het bezittelijk voornaamwoord
Doel: Aan het einde van deze les kan je de theorie i.v.m. de adjectifs possessifs correct toepassen. 

Slide 1 - Tekstslide

Ma sœur 
Mes parents 
Mes amies 
Ma mère
Mon père
Mon grand-père

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Luc
Son père, Jef
Sa femme, Anniek
Ses enfants, Marie & Greet
Sa mère, Annie

Slide 4 - Tekstslide

Notre tante
+
Nos tantes

Slide 5 - Tekstslide

Votre prof d'anglais
+
Vos profs

Slide 6 - Tekstslide

Leur enfant
Leurs enfants

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Hoe zeg je dat iets van jou is?
In het Nederlands gebruiken we het bezittelijke voornaamwoord:
MIJN

Slide 9 - Tekstslide

Welke woordjes gebruikt men daarvoor in het Frans?
A
son, sa, ses
B
ton, ta, tes
C
mon, ma, mes
D
votre, notre, leur

Slide 10 - Quizvraag

Mon
Ma
Mes
tante
grand-père
copains
soeur
cousins
oncle
Grand-mère
belle-soeur
famille
frère

Slide 11 - Sleepvraag

Mon, ma, mes?
___ femme
A
mon
B
ma
C
mes
D
tes

Slide 12 - Quizvraag

Mon, ma, mes?
___ parents
A
mon
B
ma
C
mes
D
ta

Slide 13 - Quizvraag

TIP !
  1. Kijk eerst wie de bezitter is.
  2. Kies dan het juiste bezittelijk voornaamwoord.
  3. Zet het nadien in de juiste vorm = mannelijk, vrouwelijk, meervoud. Kijk naar het object / de persoon dat/die wordt bezit.

Slide 14 - Tekstslide

Rahma aime porter ____ jupe noire (f) (haar).
A
son
B
sa
C
ses
D
mes

Slide 15 - Quizvraag

Karar met _____ chaussures bleues (mv) (zijn).
A
sa
B
ses
C
son
D
mon

Slide 16 - Quizvraag

Lore cherche ____ ceinture (f) (haar)
A
son
B
sa
C
ses
D
ta

Slide 17 - Quizvraag

Malik ____ (zijn) (m) père est docteur comme profession.
A
sa
B
son
C
ton
D
mon

Slide 18 - Quizvraag

Bonjour Robbe, _______ (jouw) (m) frère s'appelle Dieter ?
A
son
B
sa
C
ton
D
mon

Slide 19 - Quizvraag

Amber, ce sont ____ lunettes de soleil (mv) (jouw)?
A
tes
B
mes
C
ses
D
ton

Slide 20 - Quizvraag

Les chats de Zhander sont très mignons. Ce sont ... chats! (m) (zijn)
A
Ses
B
Son
C
Sa
D
Tes

Slide 21 - Quizvraag

Le collège sur la photo est ... collège (m) (jouw), Zineeddine?
A
Son
B
Ton
C
Ta
D
Sa

Slide 22 - Quizvraag

Oefenen maar ! 
  1. Oefen eerst in je boek. De leerkracht duidt aan welke oefeningen je kan maken. 
  2. Maak de BW (smartschool) "ma famille/adj.poss." Je hebt hier oortjes (met draad) voor nodig ! 

Slide 23 - Tekstslide