Biologisch onderzoek doen

Onderzoek doen



Mevrouw Kroonstadt

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Onderzoek doen



Mevrouw Kroonstadt

Slide 1 - Tekstslide

Planning

  • Les over onderzoek doen
  • Zelfstandig werken
  • Herhalen

Slide 2 - Tekstslide

Je knippert ongeveer 20x per minuut je ogen! Dat is meer dan 10 miljoen keer per jaar.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Onderzoek
In de biologie testen wij onderzoeksvragen door onderzoek te doen.

Je onderzoek moet je altijd opschrijven zodat iemand anders het over kan doen.

Slide 5 - Tekstslide

Biologisch onderzoek
  1. Probleemstelling (waarneming, je merkt iets op, je vraagt je iets af...)
  2. Onderzoeksvraag (een precieze omschrijving wat je wilt onderzoeken)
  3. Hypothese (verwachting, maak gebruik van wat je al weet)
  4. Werkplan (Proefgroep +Controlegroep; altijd grote aantallen; 1 factor, rest gelijk )
  5. Uitvoering van het experiment
  6. Waarnemingen (wat zie je bij de proef en resultaten)
  7. Conclusie (antwoord op de hypothese)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Probleemstelling
waarneming, je merkt iets op, je vraagt je iets af...


Een vraag? Bijvoorbeeld: Waarom zijn bananen krom? 




Slide 8 - Tekstslide

Wat is een goede probleemstelling?
A
Waarom heb ik pijn?
B
Koeien hebben roze vlekken
C
Hoe is de aarde ontstaan?
D
Zou je geld geven aan een arme zwerver?

Slide 9 - Quizvraag

Onderzoeksvraag
  • Dit is de vraag die je gaat onderzoeken.
  • Let op: een onderzoeksvraag is dus altijd een vraag!
  • Maar meer toegespitst, zodat je er onderzoek naar kan doen: Groeit een banaan in een andere richting als het licht van onderen komt of van de zijkant? of Welke invloed heeft licht op de groei van planten?

Slide 10 - Tekstslide

Welke onderzoeksvraag zou juist zijn?
(voor een biologisch onderzoek)
A
Alle vogels kunnen vliegen
B
Vind ik cola of pepsi lekkerder?
C
Bestonden dino's vroeger echt?
D
Groeit tuinkers sneller door klassieke muziek?

Slide 11 - Quizvraag

Hypothese (de verwachting)
  • Dit is wat jij denkt dat het antwoord is op de onderzoeksvraag( voorlopige stelling )
  • Het mag geen gok zijn, hierbij gebruik je de kennis die je hebt geleerd bij biologie:
  • Bij de biologie heb ik geleerd dat planten naar het licht groeien,dus de bananen groeien ook richting de zon. 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een juiste hypothese?
A
Dieren zijn slimmer dan mensen
B
Appels zijn rood omdat mijn moeder dat gezegd heeft
C
Een kiemplantje in het licht is in een paar dagen langer dan een plantje in het donker
D
Apen bestaan niet want ik heb ze nog nooit gezien

Slide 13 - Quizvraag

Werkplan (methode)
hierin schrijf je precies op wat je gaat doen en wat je nodig hebt.

Iemand anders kan hetzelfde onderzoek weer uitvoeren met de hulp van jouw werkplan.

Slide 14 - Tekstslide

Werkplan opzetten
-schrijf stap voor stap op wat je gaat doen
-proeven doen met grote hoeveelheden
-onderzoek één dingen tegelijk (DE FACTOR)
-gebruik een proefgroep en een controlegroep

Slide 15 - Tekstslide

Een werkplan opzetten

Slide 16 - Tekstslide

Benodigdheden
  • Schrijf op welke materialen je hebt gebruikt voor je onderzoek.
  • Alle materialen moet genoteerd worden en ook de hoeveelheden van toegevoegde en gebruikte stoffen.

Slide 17 - Tekstslide

Wat staat er in een werkplan?
A
Alleen welke materialen ik ga gebruiken
B
Hoe ik mijn onderzoek uitvoer + materialen
C
De resultaten van mijn onderzoek
D
Waarom ik gekozen heb voor dit onderzoek

Slide 18 - Quizvraag

Onderzoek doen
Als je onderzoek doet maak je altijd twee groepen:

- proefgroep (testgroep)
-Controle groep

Slide 19 - Tekstslide

Ik wil onderzoek doen naar de invloed van licht op tuinkers, wat moet ik WEL doen?
A
Plaats 1 zaadje in het licht en 1 zaadje in het donker
B
Plaats 50 zaadjes in het licht en schrijf op wat er gebeurd
C
Plaats 15 zaadjes in het licht en 15 in het donker en laat ze beide op watjes uitkomen
D
Plaats 15 zaadjes in het licht en 15 in het donker en laat de 1 op watjes uitkomen en de ander in aarde

Slide 20 - Quizvraag

Waarnemingen
  • Wat gebeurt er bij mijn controlegroep en wat gebeurt er bij mijn testgroep/proefgroep? 

Slide 21 - Tekstslide

Resultaten
  • Alles wat je waarneemt en uitrekent noteer je in deze paragraaf.
  • Als het kan doe je dit in een tabel en een grafiek.

Slide 22 - Tekstslide

Conclusie
  • Hier geef je antwoord op je onderzoeksvraag met behulp van je resultaten.

Een samenvatting/handleiding is te vinden in slide hieronder!

Slide 23 - Tekstslide

timer
5:00

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Korte pauze
timer
5:00

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag
  • Wat? Bedenk waar jij je onderzoek over wilt doen en bedenk al een onderzoeksvraag en een hypothese.
  • Hoe? Pak je laptop, gebruik een voorbeeld van de docent of vraag ChatGPT.
  • Hulp? Internet, buur of steek je vinger op
  • Tijd? Tot het einde van de les
  • Klaar? Begin met het schrijven van het werkplan

timer
15:00

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag
  • Wat? Maak opdrachten 5 en 6 van blz 62 en 63
  • Hoe? Pak je laptop en open BVJ of je lesboek
  • Hulp? Internet, buur of steek je vinger op
  • Tijd? Tot het einde van de les
  • Klaar? Biologiepagina.nl

timer
15:00

Slide 28 - Tekstslide

Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?

Slide 29 - Tekstslide