Toetsvoorbereiding leefomgeving - geld & onderhoud

Toetsvoorbereiding leefomgeving - geld & onderhoud
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Toetsvoorbereiding leefomgeving - geld & onderhoud

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiding op de toets
Toets in de afrondingsweek
Combinatie van Leefomgeving:
                   - 3. De leefomgeving heeft onderhoud nodig
                   - 4. Ondersteunen van de cliënt bij geldzaken


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is ergonomisch werken?
A
Werken zodat lichamelijke klachten voorkomen worden
B
Milieubewust werken
C
Desinfecterend werken (zonder besmettingsgevaar)
D
Werken volgens een methode (planmatig)

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is kruisbesmetting?
A
Overdracht van schadelijke micro-organismen van het ene naar het andere product of voedingsmiddel
B
Besmetting van het geslachtsorgaan
C
Zodanig werken dat besmetting wordt voorkomen
D
Een bacterie-soort die via besmet voedsel in het lichaam komt en ziekte kan veroorzaken

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat HDL voor?
A
Hygiënische Dagelijkse Levensbehoeften
B
Hygiënische Dagelijkse Levensverrichtingen
C
Huishoudelijke Dagelijkse Levensbehoeften
D
Huishoudelijke Dagelijkse Levensverrichtingen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een ander woord voor desinfecteren
A
Besmetten
B
Ontsmetten
C
Hygiënisch
D
Onhygiënisch

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul het juiste antwoord op de stippenlijn. Wondjes afdekken tijdens het werken, is een vorm van ..... werken
A
Hygiënisch
B
Milieubewust
C
Ergonomisch

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen onderhoudsmiddel?
A
Soda
B
Schoenpoets
C
Polijstmiddel
D
Boenwas

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar begin je met schoonmaken? (meerdere antwoorden goed)
A
Boven
B
Beneden
C
Het schoonste
D
het vieste

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huishoudelijke uitgaven
Vaste lasten
Reserveringen

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem nog 3 zaken die bij de 'vaste lasten' horen

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een begroting?
A
In een begroting staan alle inkomsten.
B
In een begroting staan alle uitgaven.
C
In een begroting staan alle inkomsten en uitgaven in een overzicht.
D
In een begroting staan je schulden.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een deurwaarder is precies hetzelfde als een incassobureau.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij internetbankieren is het belangrijk om te controleren of je een 'slotje' bij de website hebt staan
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan je doen om iemand met schulden te helpen?

Slide 15 - Open vraag

Maak een overzicht van a) alle schulden; b) alle schuldeisers en c) alle aflossingen. 
Hoeveel moet per maand in totaal afgelost worden?

Maak een overzicht van de huidige inkomsten en uitgaven per maand.

Maak een begroting voor de komende maanden en kijk kritisch waarop bezuinigd en bespaard kan worden. Dit kan door te vergelijken met gegevens van bijvoorbeeld het Nibud of diverse schuldhulpsites.

Bepaal hoeveel er elke maand kan worden afgelost – liefst zo veel mogelijk.

Maak een betaalplan hoeveel elke schuldeiser betaald kan worden. Zorg dat eerst de meest urgente schulden afgelost worden en die met de hoogste rente.

Neem contact op met de schuldeisers over de invorderingsrente en om te bespreken of uitstel van betaling kan worden verkregen of het loonbeslag kan stoppen. Dat kan door te bellen of door een brief te sturen. Hier zijn voorbeeldbrieven voor.
toelaatbaarheid toets 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies