Chapitre 2 : Tu viens chez -moi?

Bron A
           1. Bron A: (4), 5 Ecouter 
2. voc. A 
3. Fais les exercices : 5, 6, 7. 8
Le programme: 
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Bron A
           1. Bron A: (4), 5 Ecouter 
2. voc. A 
3. Fais les exercices : 5, 6, 7. 8
Le programme: 

Slide 1 - Tekstslide

A:  Écouter 
leerdoelen: Aan het eind van deze paragraaf kun je een gesprek over familie begrijpen.
-  ken je woorden die te maken hebben met familie.
-  weet je hoe je woorden kunt leren met behulp van plaatjes . 
- weet je hoe je het stappenplan bij het luisteren moet gebruiken.

 

Slide 2 - Tekstslide

Stappenplan luisteren
Als je naar een gesprek gaat luisteren, dan doe je dat in drie stappen:
1. voorbereiden - Je leest de opdracht en bedenkt wat je al weet over het onderwerp.
2. globaal luisteren - Je luistert een eerste keer naar het fragment en zoekt naar het hoofdonderwerp en de belangrijkste informatie. Je let ook op herhalingen.
3. gedetailleerd luisteren - Je bekijkt de vragen bij het fragment en luistert dan nog een keer.



Slide 3 - Tekstslide

écris six mots sur la famille

Slide 4 - Woordweb

Le jeudi 11 novembre 2021
           1. overhoring : Vocabulaire A  
              2. Bron B : Fais les exercices : 9,10, 11,12
 programme: 

Slide 5 - Tekstslide

lire ensemble voca. A

Slide 6 - Tekstslide

lire les phrases 

Slide 7 - Tekstslide

jeu de rôle

Slide 8 - Tekstslide

Bron B : leerdoelen

Slide 9 - Tekstslide

fais l'ex. 9, 10, 11, 12 
Quel animal de compagnie as-tu?

Slide 10 - Tekstslide

Le lundi 15 novembre 2021
           1. Vocabulaire B : overhoring
              2. Bron C phrases-clés : ex. 13 , 14 et 15 
 programme: 

Slide 11 - Tekstslide

vocabulaire B

Slide 12 - Tekstslide

voc. B+phrases 

Slide 13 - Tekstslide

réponds aux questions
 Tu as un animal?
____________________________
2. Il est sympa?
___________________________

Slide 14 - Tekstslide

réponds aux questions.
1. Tu as un animal?
____________________________
2. Il est sympa?
___________________________

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Répète les phrases-clés B

Slide 17 - Tekstslide

1. On travaille ensemble avec les exercices : 13 b ,c , e
2. Tu travaille avec ton voisin et tu changes les mots avec les lettres cursives.  
3. Travaille avec les élèves de la classe avec l'ex. 14 et 15 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Les devoirs
1. Apprends les phrases C (FN-NF) 
2. Revise ( herhaal) A et B (FN-NF)

Slide 20 - Tekstslide

Répète les phrases-clés C : jeu de rôle

Slide 21 - Tekstslide

Le jeudi 25 novembre 2021
           1. Bijvoeglijke naamwoord : On corrige ex. 15 e + 17 c+ 18 
2. Bron E: on regarde le film + fais ex. 20, 21 ,22 
      
 programme: 


Slide 22 - Tekstslide

Ecris le bon adjectif:
1. J'habite dans une ( vieux) maison
2. Il y a deux ( beau) chambres .

Slide 23 - Open vraag

Traduis et écris l'adjectif (bijv) à la bonne place:
1.( groot) Deux .....frères .....
2. (rood) Des ......poissons ......

Slide 24 - Open vraag

Salut, je m'appelle Louis,
Je suis un ( franse jongen) . J'ai les ( zwart haar) [haar: cheveux] et les ( groen ogen) . Je porte souvent un (witte polo).
J'ai une ( kleine zusje), elle s'appelle Evy. J'ai aussi deux ( mooie katten).

Slide 25 - Open vraag

Bron E 
1. On regarde le film.
2. Ex. 20, 21 et 22 

Slide 26 - Tekstslide

Le lundi 29 novembre 2021
           
1. Bron E : on lit les phrases et  le  vocabulaire.
2. Bron F: lis le texte et       fais  les exercices de 23 jusqu'à 26 
      
 programme: 


Slide 27 - Tekstslide

Voc. bron E

Slide 28 - Tekstslide

voc. + phrases 

Slide 29 - Tekstslide

Réponds aux questions:

1. Comment tu trouves ta chambre?
2. Tu es souvent dans ta chambre?

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Leerdoelen bron F 

Slide 32 - Tekstslide

Bron F
1. Fais ex. 23, 24, 25, 26

Slide 33 - Tekstslide

LE JEUDI 2 DÉCEMBRE  2021
           
1. On révise l'adjectif et tu écris des petits textes .
2. Bron G :  on répète les phrases-clés (    jeu de rôle) .
fais ex. 27 et travaille à deux avec l'ex. 28, 29
      
 programme: 


Slide 34 - Tekstslide

Décris -toi en six phrases (nom, nationalité , physique ( uiterlijk) , caractère , famille , animal . Utilise au moins six adjectifs.

Slide 35 - Open vraag

Décris l'image en français en quatre phrases.Utilise un adjectif dans chaque phrase

Slide 36 - Open vraag

Répète les phrases-clés 

Slide 37 - Tekstslide

G. Phrases-clés et parler 
1. Travaille avec l'ex. 28 et 29 

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

les devoirs
1. Finis les ex. t/m 8
2. Apprends le voc. A (FN-NF)

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide